Over ‘De wind van morgen’ van Arjan Sevenster in De Volkskrant, 24 juli 2020:
De klap van een ernstige diagnose kan worden verzacht door over het ziekteproces te schrijven. Maar hoe zorg je dat zo’n boek het persoonlijke overstijgt en voor een breed publiek interessant is? (…) Niet praten over emoties en ziekten was voor de vooroorlogse generatie vrij normaal. Dat deed je niet, en zeker niet over kanker, vaak fluisterend ‘k’ genoemd. Met die zwijgzaamheid is in de laatste decennia korte metten gemaakt. (…) En dat krijgt gehoor. (…) Als de wiskundige, japanoloog en dichter Arjen Sevenster in 2017 de diagnose uitgezaaide prostaatkanker krijgt, gaat hij voor familie en vrienden al snel over op groepsmails, omdat de belangstelling voor zijn wel en wee te overstelpend is om iedereen apart bij te praten. Zijn aanvankelijke update over diagnose, prognose en behandeling, breidt hij al snel uit met een terugblik op zijn leven, zijn gedichten en een verslag van zijn dagen en vooral van zijn overpeinzingen. Zoals zijn verbaasde constatering dat het hele traject voor zijn vrouw veel angstiger blijkt te zijn dan voor hemzelf: ‘Het blijft een wonder dat mijn ziekte me zo onberoerd laat, ik, die al bang was voor het jaarlijkse darmkankeronderzoek.’ Omdat je Sevenster gedurende de jaren van zijn updates volgt, leef je mee met alle momenten van hoop en vooral van tegenslag: de voorspelde acht tot tien jaar blijken er uiteindelijk maar twee te zijn. De verslagen zijn na zijn dood samengebracht in ‘De wind van morgen’, een prettig en herkenbaar boek voor lotgenoten en hun omgeving.
Lees hier het artikel
Meer over ‘De wind van morgen’
Meer over ‘Bloemen in de regen’