«Karel Wasch neemt de lezer mee in zijn gedroomde werkelijkheid.» – Geert Zomer

VoorplatEngel-75Over ‘Toen dichters over engelen droomden’ van Karel Wasch op MeanderMagazine, 1 september 2021:
De titel van de bundel is werkelijk prachtig. (…) Er is een openingsgedicht, gevolgd door drieëndertig andere gedichten, verdeeld over zes afdelingen. (…) De inhoud van de bundel doet aan een trap denken. Deze telt 34 treden. Het is een torentrap, die tot in de hemel reikt waar engelen wonen. De onderste trede is de eerste stap op weg naar het hogere; de reflectie op het ‘lage’. (…) In het openingsgedicht ‘Toen dichters over engelen droomden’ overhandigt de dichter aan de ik-figuur in het gedicht een sleutel, en zo ook aan de lezer. (…). ‘Mijn engel’, waarover de dichter schrijft is zijn wezenlijke zelf en de dichter leeft in zijn eigen geschapen droom. Om uit deze droom te ontsnappen heeft hij een sleutel nodig. Ineens heeft hij deze in handen en kan zo de toren beklimmen om zijn ware zelf, die in de hemel woont, te ontmoeten. (…) Karel Wasch neemt de lezer mee in zijn gedroomde werkelijkheid. Deze werkelijkheid is niet altijd even prettig. Het geluk, dat ons het meest herinnert aan ons bestaan in de hemel, lijkt soms verloren. (…)
Lees hier de recensie
Meer over ‘Toen dichters over engelen droomden’
Meer over Karel Wasch bij Uitgeverij In de Knipscheer