«Na de onlusten op 30 mei 1969 op Curaçao waarbij de hoofdstad Willemstad in brand werd gestoken kiezen Boyo Raven (tandarts), Kai Drop (oom van Boyo) en JonJon (monteur en halfzijdig verlamd) het ruime sop. Ze koersen naar Venezuela om een nieuwe polyesterboot te kopen, maar dan treedt een onverwachte wending in het verhaal op als Bebé, de bouwer van de boot, per ongeluk een man doodt. In allerijl vertrekken Boyo, Kai en JonJon naar Curaçao met de polyesterboot op sleeptouw. Dramatische gebeurtenissen volgen. Opmerkelijk van dit uitstekend geschreven boek is dat Dertig Mei niet alleen symbool staat voor een afgebrande stad, maar ook wordt geportretteerd als de voorbode van een nieuw tijdperk waarin de samenleving minder gesegmenteerd is naar kleur en afkomst. Deze roman is uniek in de Curaçaose literatuur omdat ze gaat over het eiland Curaçao, over de zee die het eiland omringt en over het vasteland aan de overkant.» – drs. O. Bachnoe voor NBD/Biblion
«Lang, erg lang werd de Antilliaanse literatuur bepaald door drie auteurs: Boeli van Leeuwen, Tip Marugg en Frank Martinus Arion. Toch werd er reikhalzend naar een nieuwe generatie Antilliaanse schrijvers uitgekeken. Het wachten werd in 2003 beloond met De engelenbron van Erich Zielinski. Eric de Brabander is de tweede auteur die voor nieuwe Antilliaanse literatuur gaat zorgen. Net als bij het debuut van Zielinski merk je direct de invloed van de Zuid-Amerikaanse literatuur in zijn roman Het hiernamaals van Doña Lisa. Hier schrijft een verhalenverteller, iemand die vanaf de eerste regel weet hoe hij de lezer bij zijn kladden moet pakken, hem overal heen sleurt en zodanig weet te boeien dat hij het liefst meteen weer opnieuw zou beginnen met het lezen van de roman. Ik moest bij het lezen aan Kroniek van een aangekondigde dood van Gabriel García Márquez denken. Met eenzelfde onontkoombaarheid begint de roman, alles ligt al vast, de rol van de personages, het toeval, het lot. En toch blijf je geboeid tot de laatste regel.» – Ezra de Haan op Literatuurplein.nl
«De Brabander vertelt het verhaal van drie boezemvrienden, mannen op leeftijd. Tandarts Boyo Raven, Kai en JonJon, die in een rolstoel zit. Het verhaal speelt tegen de achtergrond van 30 mei 1969, een van de roerigste perioden uit de geschiedenis van Curaçao. (…) Het aardige van De Brabanders werk is dat het Curaçao in een grotere, Zuid-Amerikaanse context plaatst. In Nederland bestaat nogal eens de neiging om het eiland af te doen als geïsoleerd en in zichzelf gekeerd. Niets is minder waar. Op een steenworp afstand ligt Venezuela. Vele latino’s bevolken de Antillen. Qua schrijfstijl is de roman onderhoudend, hoewel de auteur soms ingaat op de geschiedenis van Venezuela, zonder dat dit in het geheel van het verhaal past. De sfeer die De Brabander neer weet te zetten, is wel treffend.» – Mark Weenink op Chispa.nl
Meer over ‘Het hiernamaals van Doña Lisa’