«Geraffineerd.» – André Oyen

coverE19voorDEF.inddOver ‘Extaze 19 – Vrouw en Literatuur’ op Ansiel, 29 december 2016:
(…) ‘Extaze’ is er op een geraffineerde maar niet te drammige manier in geslaagd om belangrijke vrouwelijke literatoren in de schijnwerpers te plaatsen. (…) Marlene de Vries geeft een pittige schets van Betje Wolff en Aagje Deken. (…) Elisabeth Leijnse beperkt zich hier tot Cécile de Jong van Beek en Donk, die de ‘encyclopedische’ tendensroman ‘Hilda van Suylenburg’ schreef waarin alle aspecten van de vrouwenkwestie werden belicht. (…) Jacques Sicking confronteert ons met het wel aparte werk van Carry van Bruggen, schrijversnaam van Caroline Lea de Haan, zuster van Jacob Israël de Haan. (…) Joke Linders heeft de dankbare taak om grootheid Annie M.G. Schmidt, die spot met van bovenaf opgelegde regels en opvattingen, te doorlichten. (…) Michiel van Kempen duidt op de hang naar vrijheid van de Surinaamse Bea Vianen (…) zij beschrijft Suriname lyrisch, maar is uiterst kritisch over de sfeer van benauwenis.
Lees hier en hier de recensie
Meer over Extaze 19

Literair tijdschrift Extaze 19 ‘Vrouw en Literatuur’ [Jrg. 5, nr. 3]

coverE19voorDEF.inddExtaze 19 – Vrouw en Literatuur
vijfde jaargang nr. 3
Gebrocheerd, geïllustreerd, 112 blz.
€ 15,00
Presentatie 6 oktober 2016
ISBN 978-90-6265-940-1

De rode draad in dit nummer van literair tijdschrift Extaze: vrouwen in de Nederlandstalige literatuur die de gemoederen van hun lezers in beroering hebben gebracht en in verschillende opzichten baanbrekend zijn geweest. Uit negen eeuwen literatuurgeschiedenis koos de redactie in acht essays:

Hadewijch, de dertiende-eeuwse schrijfster en mystica, die de balans zoekt tussen ketterij en christelijke verering (Charlotte D’Eer);

Anna Maria van Schurman (1607–1678), vrouw van de wetenschap en de letteren, die in woord geschrifte haar onvrede uit over stad (Utrecht), kerk en universiteit (Pieta van Beek);

Betje Wolff (1738–1804) en Aagje Deken(1741–1804), die strijden tegen intolerantie en dogma’s van gereformeerd Nederland (Marleen de Vries);

Johanna Grobbelaar, de Zuid-Afrikaanse (begin negentiende eeuw), die wil meehelpen aan de opbouw van haar land (Annemarié van Niekerk, Pieta van Beek);

Cécile de Jong van Beek en Donk (1866–1944), die een ‘encyclopedische’ tendensroman schrijft waarin alle aspecten van de vrouwenkwestie moeten worden belicht (Elisabeth Leijnse);

Carry van Bruggen (1881–1932), die zich verzet tegen groepsgedrag en groepsdenken (Jacques Sicking);

Annie M.G. Schmidt (1911–1995)) die spot met van bovenaf opgelegde regels en opvattingen (Joke Linders);

Bea Vianen (1935), die in haar poëzie smacht naar vrijheid, waarbij het Surinaamse een niet weg te denken element vormt (Michiel van Kempen).

Korte verhalen van Marc Colsen, Elke De Klerk, Heidi Koren, Trudy van Rooij-van Mil, John Toxopeus, Ilona Verhoeven, Jan Zwaaneveld. In Archief gedichten van Lorine Niedecker (1903–1970) vertaald door Jeroen van den Heuvel en een selectie uit de dagboeken en brieven van Aya Zikken (1919–2013), gekozen en ingeleid door Kees Ruys. Gedichten van Jos Versteegen. Het beeld in dit nummer is van
Wendela de Vries.

De presentatie van Extaze 19 zal plaatsvinden op donderdag 6 oktober 2016 in de Houtrustkerk in Den Haag (hoek Houtrustweg/Beeklaan).
Lees ook nieuwe verhalen, gedichten (o.a. van Astrid H. Roemer), interviews en recensies op het digitale supplement van Extaze
Meer over Extaze

«Sporadisch duiken er toch nieuwe namen op in het Surinaamse schrijverslandschap.» – Pieter van Maele

VoorplatGeenwegterug75 VoorplatLachmisingOver o.a. Karin Lachmising en Iraida van Dijk-Ooft in Trouw, 18 mei 2016:
Terwijl Astrid H. Roemer morgen de prestigieuze P.C. Hooftprijs voor letterkunde in ontvangst neemt, verkeert de literaire wereld in haar geboorteland Suriname in crisis. Er zijn amper schrijvers, amper lezers, en er is amper literair vuur. (…) Karin Lachmising: ‘Ik heb veel respect voor de auteurs uit de jaren zestig en zeventig, maar op zich was dat vanuit literair oogpunt een makkelijke tijd. Er was één duidelijke vijand, de witte man. Hoe geweldig is het niet om als schrijver een kolonisator te hebben, te kunnen schrijven over de zucht naar vrijheid en zo grote massa’s ter been te brengen? Nu die staatkundige onafhankelijkheid is verwezenlijkt, moeten we nog van zoveel andere dingen vrijkomen. We moeten vooral leren vrijkomen van onszelf, we moeten durven met elkaar het conflict aan te gaan en de gevestigde orde te veranderen. Als ik een alomvattend thema moet noemen waar de Surinaamse literatuur mee aan de slag moet gaan, dan is dat het wel.’ (…) Iraida van Dijk-Ooft: ‘Het klinkt ontzettend idealistisch, maar zelfs in zulke tijden van grote twijfel heeft de literatuur een taak te vervullen. Het zal mij niet lukken het systeem te veranderen. Dat is ook niet mijn bedoeling. Ik wil door te schrijven wat veranderen bij de mens, al is het maar bij één lezer. Ik wil Surinamers doen inzien dat we in deze multi-etnische samenleving veel te veel langs elkaar heen leven, we leven erop los, zonder na te denken over het waarom. Wat zijn de oorzaken van onze angsten, ons verdriet, ons gebrek aan zelfvertrouwen? Daar wil ik het over hebben. Mij maakt het niet uit dat ik niet aan de wieg zal staan van een massabeweging. Als er bij iemand maar een vonkje is.’
Lees hier het artikel/interview
Meer over Karin Lachmising
Meer over Iraida van Dijk-Ooft
Meer over Astrid H. Roemer

«Deze P.C. Hooftprijs laat ons weer eens naar het Westen kijken en dat is goed.» – Arjen Fortuin

90-6265-289-1Over o.a. Astrid H. Roemer, Bea Vianen, Iraida van Dijk-Ooft, Karin Lachmising, Sakoentela Hoebba, Mala Kishoendajal in NRC Handelsblad, 20 mei 2016:
(…) Een van de auteurs aan wie Astrid Roemer haar P.C. Hooftprijs opdroeg, was Bea Vianen, een nog veel vergetener schrijfster. Schrijvers helemaal niet kennen is een beschamende zaak voor een criticus, dus ging ik snel naar een klein antiquariaat om Vianens debuut ‘Sarnami, hai’ te kopen. (Het is vrij recent herdrukt, maar zo klinkt het iets minder beschamend). Voorlopig vind ik het geweldig. In het openingshoofdstuk beschrijft Vianen hoe een jonge Surinaamse vrouw op bezoek gaat bij een buitengewoon onaangenaam oudje dat een twijfelachtige rol heeft gespeeld in haar familiegeschiedenis. De kakkerlakken lopen bijna over het papier, zo indringend toont Vianen de viezigheid. ‘De vrouw houdt haar hoofd gebogen. Haar gezicht wordt bijna geheel door de gore witte sluier bedekt. Haar blouse is net zo vuil als het laken en de slopen op het planken bed […] De zilveren armbanden rinkelen lui, telkens wanneer zij een blaadje afplukt of een stengeltje wegplukt.’ Het is een fascinerend soort realisme dat Vianen beoefent: hard, soms overwritten, maar met een hoofdpersoon die veel meer wordt gedreven door nieuwsgierigheid dan door missiedrang. (…)
Lees hier het artikel

«Bewondering voor dit debuut.» – Els van Swol

Opmaak 1Over ‘Geen weg terug’ van Iraida van Dijk-Ooft op Literair Nederland, 20 januari 2016:-
Met het fragmentarische, en niet-chronologisch opgeschreven verhaal staat de schrijfster (…) in de recente traditie van de Surinaamse literatuur. Het is Astrid H. Roemer, winnares van de P.C. Hooftprijs 2016, die deze fragmentarische aanpak ook bezigde en daarmee brak met de traditionelere stijl van in Nederland bekende Surinaamse auteurs als Cynthia McLeod, Bea Vianen en Ellen Ombre. Waar ze niet mee breekt, is de aandacht voor de tradities van Suriname, zoals geestverering en dergelijke. Blijft de vraag naar de op het eerste gezicht grammaticale onhandigheden en een zekere stroefheid in de eerste twee hoofdstukken. (…) Dit taalgebruik, dit taaleigen – want dat is het – blijkt gaandeweg niet alleen het voertuig van het verhaal, maar ook de uitdrukking ervan; die eerste twee hoofdstukken waren alleen maar een ouverture om ons in die taal, in het drama dat volgt te trekken. Een taal, die niet alleen is geworteld in Suriname, maar ook in alle hevigheid, soms door punten tussen elk woord te zetten, uitdrukking geeft aan de heftigheid van het verhaal en de moeite die het kost om het te vertellen. Als je dit beseft, rest alleen meer bewondering voor dit debuut. En schaamte dat je als Nederlander toch nog zo ver van de Surinaamse vertelcultuur blijkt af te staan.
Lees hier de recensie
Meer over ‘Geen weg terug’

‘De wereld heeft gezicht verloren’, film van Cindy Kerseborn over Astrid H. Roemer

RoemerAnsichtZonderSnijtekens1-75Met Bea Vianen behoort Astrid H. Roemer tot de belangrijkste vrouwelijke schrijvers van Suriname. Bea Vianen wordt in november 2015 tachtig jaar, Astrid H. Roemer is 68.
Over Astrid H. Roemer gaat op 7 december in Theater van ’t Woord de documentaire film ‘De wereld heeft gezicht verloren’ in première, waarmee regisseur Cindy Kerseborn haar drieluik over Nederlandse schrijvers uit de West (Edgar Cairo, Frank Martinus Arion, Astrid H. Roemer) afsluit. Astrid H. Roemer leek al een decennium van de aardbodem verdwenen, maar Cindy Kerseborn ging op zoek en vond haar.
Meer over deze film
Meer over Cindy Kerseborn op deze site
Meer over Astrid H. Roemer op deze site

«Fascinerende weergave van de frustraties van een gekwelde dichter.» – John Jansen van Galen

VoorplatZoekennaarSlory75Over ‘Zoeken naar Slory’ van Ezra de Haan in Het Parool, 20 november 2014:
Michaël Slory en de eenzelvige Shrinivási zijn de belangrijkste levende Surinaamse dichters. Ezra de Haan neemt voor zijn reisverslag zijn ‘zoektocht’ naar Slory als uitgangspunt. De Haan wandelt heel Paramaribo door en doet daarbij aardige waarnemingen. (…) Als hij de dichter tenslotte ontmoet, doet hij een vondst. Zelf heb ik Slory wel voor de radio proberen te interviewen, maar de opname viel nooit te monteren, want hij spreekt in zijn schier eindeloze monologen geen punt of komma uit. De Haan besluit in arren moede Slory’s woordenstroom af te drukken zonder te pogen er orde in te brengen. Er is soms geen touw aan vast te knopen, maar het is een fascinerende weergave van de frustraties van een gekwelde dichter in een land dat voor hem, zoals de Surinaamse schrijfster Bea Vianen het noemt, ‘een strafhok’ is waar hij nooit meer uitkomt.
Meer over ‘Zoeken naar Slory’
Meer over E. de Haan bij Uitgeverij In de Knipscheer
Meer over Michaël Slory bij Uitgeverij In de Knipscheer

«Poëzie van bijzondere, kleine dingen.» – Jerry Dewnarain

Over ‘Hecht en Sterk’ van Shrinivási in De Ware Tijd Literair, 23-02-2013:
Wat deze poëziebundel uniek maakt is, hoe de 86-jarige dichter zijn thema’s in poëtische woorden of taal stampt. (…) ‘Hecht en Sterk’ staat als bundel op zichzelf. Je hoeft niet alles van Shrinivási gelezen te hebben om de poëzie in deze bundel te begrijpen. De dichtbundel ‘Hecht en Sterk’ is als geheel, gelet op de volgorde van Shrini’s oeuvre, steeds hetzelfde soort poëzie. Het is dezelfde manier van gedichten maken vanaf het begin tot dit nieuwe werk. En toch heeft ‘Hecht en Sterk’ een eigen karakter. De accenten liggen namelijk anders. Deze dichtbundel begint als een verhaal van verlangen, van dromen, van een visioen van harmonie en eenheid. Thema’s over pijn in het persoonlijk leven en de extase van het samenzijn (harmonie) treft de lezer ook aan. Maar al die dromen over eenheid en de verzoening tussen mensen komen niet altijd uit. Er is ook desillusie, woede, machteloosheid in ‘Hecht en Sterk’ te bespeuren. Deze nieuwe poëzie van Shrini is heel herkenbaar: zij vertelt een levensverhaal van heel veel levens, van aanvaarding van het leven zoals het is of zoals de zon schijnt: soms fel en soms achter de donkere, grijze wolken.

Lees hier

Meer over Shrinivási

Shrinivási, Hecht en Sterk, Suriname, Curaçao, Mathoora-muloschool, Wortoe d’e tan abra, Bea Vianen, Over de grens, Juan Rulfo, Pedro Paramo

Leo Geerts – Het gras in de duinen. Opstellen over literatuur

Geerts Gras in de duinenLeo Geerts
Het gras in de duinen
Opstellen over literatuur

genaaid gebrocheerd, 304 blz., € 19,50
geïllustreerd met 16 collages in zwart-wit
eerste uitgave 1993
ISBN 978-90-6265-386-3
leverbaar rechtstreeks bij uitgever

In Het Gras in de Duinen zijn de literaire kritieken gebundeld van Leo Geerts (1935-1991). Zijn leven lang heeft Geerts schrijver van onder andere de romans ‘Pagadders’, ‘Loeders’, ‘Dadaders’ en de Mulisch-pastiche ‘De mentor’, de internationale literatuur met een oplettend oog gevolgd.

In het Woord Vooraf bij Het Gras in de Duinen schrijft Cyrille Offermans: ‘Wat telkens opvalt is dat Geerts altijd snel ter zake komt. Hij moet niets hebben van ‘‘persoonlijke’’ inleidingen of irrelevant vertoon van eruditie. Zelden of nooit begint hij aan een bespreking met een samenvatting van de inhoud, laat staan dat hij het daarbij zou laten. Geerts is een polemisch criticus: hij stoot meteen door tot de kern van een boek en treedt – vaak via andere critici – in discussie met de auteur. Wat hij te berde brengt heeft karakter en scherpte, zet aan tot instemming en tegenspraak en – las but not least – tot lezen. Dat maakt de kritieken van Geerts altijd boeiend, ook als je het niet altijd met hem eens bent.’

Met zijn opstellen over de Nederlandse, Vlaamse en Caribische literatuur en zijn beschouwingen over het werk van ondermeer Bordewijk en Mulisch, laat Leo Geerts zich in Het Gras in de Duinen zien als een veelzijdig en begenadigd lezer en criticus.

Opmerkelijk voor een Vlaams essayist was zijn haast vanzelfsprekende belangstelling voor de Nederlandstalige Caribische literatuur uit Suriname en de Antillen (Edgar Cairo, Bea Vianen, Michiel van Kempen, Albert Helman, Michaël Slory, Astrid H. Roemer) met zelfs een ‘uitstapje’ naar de Amerikaanse Indiaan Craig Strete die in Nederlandse vertaling debuteerde.
Meer over Het Gras in de Duinen
Meer over Leo Geerts

Bea Vianen – Op het laatst krijgen wij met z’n allen donderop

Vianen-Op-het-laatstBea Vianen
Op het laatst krijgen wij met z’n allen donderop

Gedichten
Suriname
ISBN 978 90 6265 309 6
€ 15,00
Eerste uitgave 1989
(verkrijgbaar bij uitgever)

In Op het laatst krijgen wij met z’n allen donderop zet Bea Vianen de lijn van haar vorige bundel, Over de grens. Gedichten 1976-1986, consequent voort. Ook deze gedichten zijn de persoonlijke, door cultuur, achtergrond, historie en milieu bepaalde, observaties van een rusteloze vrouw op zoek naar vrijheid maar bestookt door angst, verwarring en vervreemding – indringende, soms aangrijpend poëzie, met in sfeertekening en woordgebruik de onmiskenbare signatuur van Bea Vianen.

Bea Vianen (Paramaribo, 1935 – RK Hindu) leefde in Suriname, Nederland, Bolivia, Columbia, Peru en Ecuador. Tot nu toe publiceerde zij drie dichtbundels en vijf romans.