«In deze ‘novel of childhood’ is de hoofdpersoon de personificatie van de ontwikkeling van een samenleving.» – Wim Rutgers

VoorplatDeEed75Over ‘De eed’ van Henry Toré in Antilliaans Dagblad, 6 december 2020:
Met de kleine roman ‘De eed’ (2020) voegt Henry Toré (Curaçao 1940) het eiland Bonaire toe aan de Curaçaose schrijvers die de actuele drugsproblematiek in hun romans tot hun thema gemaakt hebben, zoals Diana Lebacs, De langste maand (1994), Erich Zielinski, De engelenbron (2003), Joseph Hart, Verkiezingsdans (2013) en Kruispunt (2015) en Rudolf Crispulo, Piká ‘i mi pueblo (2014). (…) De uitvoerige proloog bevat het einde van het verhaal, de erop volgende hoofdstukken zijn als flash back verteld. Deze beschrijven het treurige einde van de hechte vriendschap tussen de twee Bonairiaanse jongens Oi en Lucien. (…) Hoofdpersoon Oi komt uit een aanzienlijk gezin en werpt zich op als leider, maar is tevens een dromer die graag mediteert en grote bewondering heeft voor de revolutionaire Latijns–Amerikaanse priesters en hun bevrijdingstheologie. Lucien is door zijn geheel andere achtergrond realistischer en zelfs sceptischer. (…) Oi blijkt in Nederland een vriendin gevonden te hebben (…) met wie hij trouwt. Dan krijgt het verhaal plotseling een onverwachte wending. (…) Na een jaar verpleging op Curaçao keert Oi op zijn eiland terug, en zijn we als lezer chronologisch bij de proloog van het verhaal beland, waarin Oi onomkeerbaar slachtoffer is geworden van drank en drugs. (…) Maar het echte slot staat in de ‘proloog’ en dat blijft voorbehouden aan de lezer.
Lees hier en hier de recensie
Meer over ‘De eed’

«Intiem portret in schraal maar mooi proza.» – André Oyen

VoorplatDeEed75Over ‘De eed’ van Henry Toré op Ansiel, 22 november 2020:
Het mooie beklijvende boek begint met Lucien Maxime Reuman die afscheid neemt van Oi (…), ooit zijn beste vriend, maar nu gestorven als een verstotene, nog slechts een schaduw van zijn vroegere glorieuze ik. Het verhaal situeert zich in een terugblik van Lucien op Bonaire op in de jaren vijftig van de vorige eeuw. (…) Oi, bijgestaan door zijn trouwe vriend Lucien, omringde zich vaak met andere jonge Bonairianen, die hij trachtte de ogen te openen voor het feit, dat (zoals hij het formuleerde) de wereld niet ophield bij Klein Bonaire. (…) Oi interesseert zich sterk voor de revolutionaire krachten in Zuid-Amerika van de bevrijdingstheologie. (…) Lucien is zo geen voorvechter, maar hij volgt Oi met wie hij een eed van vriendschap heeft gezworen door dik en door dun. De kleine gemeenschap dweept ook met hem omwille van zijn engagement. Een vreselijke ontdekking in zijn persoonlijk leven pakt echter dramatisch uit voor Oi. Dit voorval drijft de vrienden Lucien en Oi uit mekaar en Oi verwordt van een groot voorvechter van het eiland tot de loser van het eiland. In ‘De eed’ zijn we getuige van een tragedie die een vriendschap en een bloeiende carrière ten gunste van de bevolking verwoest. Henry Toré heeft er met een schraal maar mooi proza een intiem portret van gemaakt.
Lees hier de recensie
Meer over ‘De eed’