«In diens poëzie spreekt een stem op een manier zoals ik van geen enkele Nederlandse dichter ken.» – Arjen Mulder

AshetuOver de poëzie van Bernardo Ashetu in Indies Tijdschrift, 28 februari 2023:
(…) Het aanstekelijk enthousiasme van ‘Dat wij zongen’ nodigt uit tot het zelf ontdekken van deze schat aan onbekende Nederlandstalige boeken uit Suriname en de Caraïbische eilanden. In ‘Dat wij zongen’ probeert Alfred Schaffer in zijn stuk ‘Met één stap miljoenen mijlen vooruit’ wikkend en wegend om met behulp van postkoloniale theorie iets concreets te snappen van de rebusachtige, zangerige poëzie van Bernardo Ashetu. (…) Ik ben het met Schaffer eens dat het hoog tijd is het werk van Ashetu (duizend gedichten waarvan er tot nu toe slechts zo’n tweehonderd zijn gepubliceerd) uit te geven in een ‘kloeke, prachtig vormgegeven verzamelbundel’. In diens poëzie spreekt een stem op een manier zoals ik van geen enkele Nederlandse dichter ken: niet exotisch (al gebruikt Ashetu veel exotische namen) en ook niet vervreemdend (want het vertrouwde ontbreekt grotendeels), maar wel ‘anders’. Waar veel modernistische en postmoderne literatuur zich heeft ingespannen op een ‘andere’ manier te kijken naar de westerse cultuur door te experimenteren met de standaard literaire middelen, maar slechts zelden in haar opzet slaagde, is die ‘andere’ blik het vanzelfsprekende uitgangspunt van Ashetu’s poëzie. Schaffer verwoordt dit knap in ‘Dat wij zongen’: ‘Deze poëzie viert niet zozeer de schoonheid van de Nederlandse taal, maar de schoonheid van het ongerijmde. Ashetu’s gedichten bejubelen in elk geval niet het ego van de dichter; misschien stelt deze poëzie zich wel té bescheiden op. Het is in elk geval typerend dat de dichter in ‘Dat ik zong’ – een kleinood waarin een verlangen doorklinkt samen te vallen met muziek, lyriek en vervoering – zich niet groot, maar juist klein maakt, als een insect. Lijkt het in de eerste regels nog te gaan om een wens, door die vervolgens in woorden te vangen wordt ze daadwerkelijk ingelost, al is het maar voor even, en klinkt in het kortstondige zingen ook het afsterven mee.’ (…)
Lees hier het artikel
Meer over Bernardo Ashetu bij Uitgeverij In de Knipscheer

Gedicht van Bernardo Ashetu [3]

Bernardo AshetuIn zijn bijna dagelijkse Facebookbericht memoreert Wim van Til, oprichter van en coördinator bij Poëziecentrum Nederland, de geboorte- en sterfdagen van Nederlandstalige dichters. Vandaag (3 augustus 2021) is het de geboortedag van onder anderen Leonhard Huizinga (1906-1980) en Jac Vroemen (1936-2014) en de sterfdag van Maarten Maartens (1858-1915) en Bernardo Ashetu (1929-1982). Wim van Til kiest voor een gedicht van Jac Vroemen. Uitgeverij In de Knipscheer opteert voor het gedicht ‘De valstrik’ van Bernardo Ashetu uit zijn bij deze uitgeverij verschenen bundel ‘Dat ik je liefheb’ uit 2011. Dit gedicht werd ook gebloemleesd door Klaas de Groot in de door hem samengestelde bloemlezing ‘Grenzenloos . 40 jaar Knipscheer poëzie’.

De valstrik

Liggend in bosschage
zoet van bloemengeur
en schaduw zag ik
citroenkleur voorbijgaan
in felle hitte van de zon.

Citroenkleurig
was ’t lang gewaad
dat je droeg terwijl
je over wijding en
wijwater zachtjes
tot jezelf sprak.

Zweet op mijn
onvermoeide armen
bracht het idee van
de valstrik hoe je dit
ook beschouwen zou.

’s Avonds overwon
ik je wrokkende vader
in een gevecht en
vond in ’t maanlicht
een vrucht die mij
een lichte duizeling
van bevrediging schonk.

Meer over Bernardo Ashetu bij Uitgeverij In de Knipscheer

Gedichten van Michiel van Kempen [1], Bernardo Ashetu [2] en Wim Brands [2]

Bernardo AshetuIn zijn bijna dagelijkse Facebookbericht memoreert Wim van Til, oprichter van en coördinator bij Poëziecentrum Nederland, de geboorte- en sterfdagen van Nederlandstalige dichters. Vandaag (4 april 2021) is het de geboortedag van onder anderen Albert Bontridder, Bernardo Asheto, Toon Brouwers, Michiel van Kempen, Fred Penninga, Mariet Lems en Yentl van Stokkum. Bert Willems, F. ter Harmsen van Beek, Rudy Kousbroek, Redbad Fokkema en Wim Brands stierven op 4 april. Bij wijze van felicitatie/gedenken kiest Wim van Til voor een gedicht van Michiel van Kempen (1957) uit diens bij Uitgeverij In de Knipscheer verschenen bundel ‘Wat geen teken is maar leeft’ uit 2012. Uitgeverij In de Knipscheer brengt hierbij ook eer aan Bernardo Ashetu (1929-1982) en Wim Brands (1959-2016). Van Bernardo Ashetu het gedicht ‘As’ uit zijn door In de Knipscheer uitgebrachte bloemlezing ‘Dat ik je liefheb’ uit 2011. Dit gedicht is door Klaas de Groot ook opgenomen in de bloemlezing ‘Grenzenloos – 40 jaar Knipscheer poëzie’. En van Wim Brands het titelloze gedicht ‘Ik zat in de trein met een verkeerd kaartje’ gepubliceerd in Extaze 5 (In de Knipscheer, 2013 nr. 1).

Runenteken

Vanuit mijn ronde huis kijk ik een vogel na
die aan een wolkendek zich optrekt van west naar
oost, ik volg oranje room daar bovenop
bereik de plaats waar wij zoëven liepen
steeds dichter gingen wij daar naast elkaar
tot op de heuvelkam waar jij een sigaret opstak
en onze wegen, zo zei je, zich zouden scheiden
en hoe wij daar opgelucht vrede mee hadden
en ik de hond riep die voor een auto overstak
en jij mijn arm greep om niet onderuit te glijden
Terwijl ik in het ronde huis op mijn gemak
mijn honingraat van hersens observeer
vraag ik mij af waarom er zoveel lucht gekomen
was op het moment dat je zuurstof nodig had
om tabak te laten branden, en niet meer
dreef op deze engte van de golf, je ontkomen
was aan de smalte van het middaguur
Nog altijd schuiven die oranje randen
voorbij maar nu als rook van vuur
dat spoelt en bruist en niet zal verzanden
Dit huis met zijn wenkbrauwen van hout
omvat zoveel wat daarbuiten het bestaan niet houdt
en wat wij koesteren als de baan van ons bestaan
die ons bijeenbracht, uiteen liet gaan
Deze vallei die traag omlaag glijdt naar de rivier
houdt het huis als eiland in een lagune
daarginds een dode boom, hier in mijn hoofd
een runenteken op de buiging van de wind
Nu is de hemel helder, geen vogel volgt
de laatste stip die regen nog zou kunnen dragen
maar die verder vallen zal, niet hier
niet in het ruim van lucht tussen deze flanken
en wij die binnen de klanken van dit waterland
wonen, laten geen traan, want wat niet zinkt
en wat niet drijft en wat niet zweeft
en wat geen teken is maar leeft
en is en is en is, begraaft de waan
het is van geen betekenis geweest

As

Dat zich op de heilige berg
de holen van zigeuners bevinden –
Zo droomde ik een weg omzoomd door rozenstruiken
en een zee, een zee van as.
Toen sprongen er uit een oude
krant felle letters op die mijn
kracht ontzetten en mijn moeheid
doodden. Ik sprong als een gladde
vis een sprong onstuitbaar en
ik weet niet wat juichte, ik
weet niet wat. Maar zo vond ik
op een omzoomde weg zeer zacht
slapend een zigeunerin en ril
van wat ik rond haar lichaam zag,
ril van de smaak en de duivelse
zoetheid waar ik mij zo kinderlijk
aan waagde en van die zee, die zee
van as.

Ik zat in de trein met een verkeerd kaartje

ik zat in de trein met een verkeerd kaartje
hoewel ik het bedrag dat ik had betaald
ook voldeed voor deze route

dus maakte ik mij geen zorgen
de conducteur zou instemmend
knikken

maar ik werd wakker getikt door
mijn vader die – voor het eerst
in zijn leven het zo begeerde

uniform aan had – het stond
hem goed, het was oud
maar als nieuw

naam? vroeg hij, adres?
en schreef een boete.

Meer over Michiel van Kempen bij Uitgeverij In de Knipscheer
Meer over ‘Wat geen teken is maar leeft’
Meer over Bernardo Ashetu bij Uitgeverij In de Knipscheer
Meer over ‘Dat ik je liefheb’
Meer over Wim Brands op deze site
Meer over ‘Grenzenloos – 40 jaar Knipscheer poëzie’

«Zeven ‘Indische’ gedichten van Bernardo Ashetu.» – Klaas de Groot

AshetuKlaas de Groot kwam in de nog ongepubliceerde poëzie van de Surinaamse dichter Bernardo Ashetu (1929-1982) zeven gedichten tegen die een ‘Indisch’ etiket opgeplakt zouden kunnen krijgen. Hij schreef er eerder bijdragen over op Caraïbisch Uitzicht en in literair tijdschrift Extaze (nr. 28) en werkte deze publicaties om tot het artikel ‘Een durian als handgranaat’, op 11 februari 2019 verschenen op Caraïbisch Uitzicht: ‘De poëzie van Bernardo Ashetu heeft veel weg van een oceaan. Achter iedere horizon ligt een andere einder. Iedere herlezing zorgt ervoor dat nieuwe ruimtes zich openen, nieuwe perspectieven zich presenteren. Dit hoeft niet te verwonderen, want achter het pseudoniem school immers de zeeman Hendrik George (Henk) van Ommeren. Een man die vele zeeën en oceanen heeft gezien. Van Ommeren werd op 4 maart 1929 geboren te Paramaribo, hij overleed in Den Haag op 3 augustus 1982. Zijn graf bevindt zich daar op Oud Eik en Duinen. Tijdens zijn werkend leven als telegrafist heeft hij veel poëzie geschreven, maar algemeen bekend is hij nooit geworden. Ook hier is er een parallel met de zee: het allergrootste deel van de gedichten kwam niet aan de oppervlakte. Na de publicatie van Yanacuna in 1962, een aflevering van de Antilliaanse Cahiers, kwamen er geen bundels meer naar buiten. Hij stelde nog dertig selecties samen die hij niet wilde publiceren. Weerzin tegen de naam van zijn vader, Van Ommeren, moet hem daartoe gebracht hebben. Het is logisch dat tussen alle gedichten van Ashetu heel wat poëzie staat die met de zee te maken heeft. Er zijn meer dan negentig zeegedichten. Daarnaast is er een veel kleinere groep gedichten te ontdekken. Dat is een opvallende reeks van zeven gedichten, die een ‘Indisch’ etiket opgeplakt zouden kunnen krijgen. (…)
Lees hier het artikel
Meer over Bernardo Ashetu bij Uitgeverij In de Knipscheer
Meer over Klaas de Groot bij Uitgeverij In de Knipscheer

‘Laatste woord’ van Bernardo Ashetu [1]

Bernardo AshetuWim van Til is oprichter van en coördinator bij Poëziecentrum Nederland. Hij plaatste op zijn blog onderstaand gedicht van Bernardo Ashetu (Paramaribo 1929-Den Haag 1982) ter gelegenheid van zijn diens sterfdag. Het gedicht ‘Laatste woord’ (uit ‘Yanacuna’) is opgenomen in de bloemlezing ‘Dat ik je liefheb’ (2011) verschenen bij Uitgeverij In de Knipscheer. Ashetu publiceerde bij leven één poëziebundel ‘Yanacuna’. In zijn nalatenschap werden 31 ongepubliceerde bundels aangetroffen, samen meer dan duizend gedichten.

Laatste woord

Dat ik je liefheb
staat buiten twijfel,
dat ik je liefheb
is m’n laatste woord.
Ach, de witte vlammen
en de naakte Brahma,
de woeste tempel en ’t
slap akkoord,
geen naakte Boeddha speelde
ooit piano maar zie de
meeuwen buiten en hoor mijn
laatste woord.

Zie
Meer over ‘Dat ik je liefheb’
Meer over Bernardo Ashetu op deze site

«Een monumentje.»

Opmaak 1Over ‘Grenzenloos. 40 Jaar Knipscheer Poëzie’ van Klaas de Groot op Paperback Radio, 25 juni 2019:
Klaas de Groot las maandenlang gedichtenbundels om tot de juiste selectie te komen voor zijn bloemlezing ‘Grenzenloos’. Reden ertoe was het veertigjarig bestaan van uitgeverij In de Knipscheer in 2016. Niet alleen uit alle gepubliceerde dichtbundels maar ook uit alle in literaire tijdschriften van de uitgeverij gepubliceerde poëzie werd gekozen. Mandala, De Held en Extaze bleken fuiken voor talent. ‘Grenzenloos’ bevat 160 dichters en 190 gedichten. Peter de Rijk praat met de samensteller van de bloemlezing over de keuze van de gedichten en het portret van de Nederlandse poëzie dat het boek geeft. Het interview werd live uitgezonden op woensdag 9 januari 2019 van 14.00 tot 15.00 vanaf de vierde etage van Boekhandel Scheltema Amsterdam.
Luister hier naar de uitzending
Meer over ‘Grenzenloos’
Meer over Klaas de Groot bij Uitgeverij In de Knipscheer

«Zijn leven verliep in isolement. Hij schiep zijn eigen eilanden.» – Klaas de Groot

978-90-6265-676-9Over ‘De (zee)laarzen van Bernardo Ashetu’ in Nieuw Letterkundig Magazijn, (jrg. 35 nr. 1), mei 2017:
De Surinaamse dichter Bernardo Ashetu (1929-1982) publiceerde tijdens zijn leven één bundel: ‘Yanacuna’ (1963). Het grootste deel van zijn werk bleef in portefeuille. De mans achter het pseudoniem Ashetu, Hendrik George (Henk) van Ommeren, was marconist en werkte een deel van zijn leven op de koopvaardij. Als zeeman schreef hij heel wat zeegedichten. In veel daarvan is Ashetu’s neiging tot het surrealisme merkbaar. (…) In Nederland komt in 2007 ‘Dat ik zong’ op de markt en in 2011 de meest uitgebreide keuze ‘Dat ik je liefheb’, ook met gedichten uit de dertig ongepubliceerde bundels. Het is wonderbaarlijk om te zien dat degenen die iets zeggen over deze verzamelingen, allemaal heel enthousiast zijn, terwijl het werk verder een stil leven blijft leiden. Klaas de Groot schreef eerder over Bernardo Ashetu o.a. in Literair tijdschrift Extaze 17/18 ‘Water-Zee’ [Jrg. 5, nr. 1/2, april 2016]
Lees hier het artikel
Lees hier een uitgebreidere versie op Caraïbisch Uitzicht dd. 2 juni 2017
Meer over Bernardo Ashetu op deze site
Meer over Klaas de Groot op deze site

« Wie hem niet leest, doet zichzelf tekort.» – Ezra de Haan

Over ‘Hecht en sterk’ van Shrinivási op Literatuurplein.nl, 11 -02-2013:
Het consumeren van gedichten van Shrinivási laat je niet onberoerd. Op de een of andere manier legt hij de tijd stil. Zijn woorden roepen een haast meditatief lezen op. Haast hebben wordt belachelijk. Even in het hier en nu zijn, is essentieel. Zelfs kleine, korte gedichten bieden verstilling en na lezing inzicht. Daarmee zijn ze poëtisch en filosofisch tegelijk. (…) In ‘Hecht en sterk’ zijn vele prachtige gedichten van Shrinivási samengebracht. De bloemlezing bewijst dat de reikwijdte van zijn werk groter is dan die van het Caribisch gebied. Shrinivási schrijft over de onderwerpen die ertoe doen. En dat met de wijsheid… Wie hem niet leest, doet zichzelf tekort.

Lees hier de recensie

Meer over deze bundel

«Hoe verborgen kan een groot dichter zijn?» – Klaas de Groot

Over ‘Dat ik je liefheb’ van Bernardo Ashetu in OSO (2012-1), 10 september 2012:
Ashetu is een uniek dichter die volstrekt overtuigt. Een dichter die vorm en inhoud tot een geheel kon maken. Dat ik je liefheb laat goed zien hoeveel variaties deze dichter kon aanbrengen in zijn werk. (…) ‘Dat ik je liefheb’ is een boek dat niet vergeten mag worden, de dichter kan nu te voorschijn komen. De Caraïbisch-Nederlandse letterkunde is een goudmijn rijker. En de waarde van goud stijgt nog steeds.

Lees hier de recensie

Meer over Bernardo Ashetu

“Bernardo Ashetu heel goed in de kleine waarneming.”

Guus Middag in NRC Handelsblad [Boeken] over Dat ik je liefheb, vrij 06-01-2012:

Dit is de poëzie van Bernardo Ashetu: surrealistische sfeer, veel verschillende invallen tegelijk, associatieve sprongen. Dat zorgt voor raadselachtige gedichten. (…) Misschien moet je dit soort poëzie dan maar schouderophalend opzij leggen, maar dat lukt mij niet. Daarvoor moet ik er toch te vaak om grinniken. (…) Zijn wonderlijke gedichten zijn altijd kort, zonder rijm en zonder vaste vorm. Het is poëzie van losse waarnemingen. Soms nemen ze de vorm aan van simpele liedjes, licht en kinderlijk, maar meestal zitten er gaten in. (…) Klein oeuvre, kleine gedichten, heel goed in de kleine waarneming.

Eerder schreef Guus Middag al over Bernardo Ashetu in NRC Handelsblad:
Ashetu heeft een mooi vervreemde, vervreemdende blik op de werkelijkheid. Hij kan met nieuwe ogen kijken naar zoiets alledaags als een wekker. Hij kan als een kind, of een geliefde, opgaan in magische handelingen, altijd in oorspronkelijke bewoordingen. (…) De poëzie van Ashetu is mal, vreemd, kinderlijk – maar ook altijd fris. De beelden zijn verrassend en onvoorspelbaar, nooit belegen en nooit cliché.