Over het idioom van Diana Lebacs op Caraïbisch Uitzicht, 30 november 2022:
(…) Voor wie schrijft Diana haar volwassenenboeken (‘De langste maand’, ‘Duizend leugens bruidstaart’ en ‘Dame van de avond en het berouw van Benaro’)? Voor mensen die Curaçao kennen en het Nederlands beter dan het Papiamentu beheersen, of voor de groep lezers in Nederland die Curaçao niet kennen? Het zal voor mensen uit de laatste groep zijn, omdat Diana de woordjes Papiamentu die in de tekst voorkomen steeds vertaalt of uitlegt en omdat ze aardig wat beschrijvingen geeft van ons eiland of onze gewoontes, die voor de meeste mensen van Curaçao overbodig zijn. (…) Krachtig is het begin van de roman ‘Duizend leugens bruidstaart’, wat de openingszinnen ervan aan te halen rechtvaardigt. ‘Het dorp leek iets te missen. Niet omdat de zon onbarmhartig scheen, niet omdat er geen ziel te bespeuren viel in de enkele straatjes, de kinderen niet voor de huizen speelden of de ouders aan het werk waren. Nee, tastbaar afwezig waren de mannen! In het dorp met nog geen vijfhonderd inwoners, weggezonken in de schoot van ruige heuvels en robuuste bergen, woonden slechts vrouwen en kinderen. (…)’ Prachtig idioom. (…) In dit probeersel van een -subjectief- onderzoek naar Diana’s idioom, heb ik gekeken naar mogelijke papiamentismen, Curaçaos Nederlands en ander aardig eigen taalgebruik. Diana beheerst het Nederlands goed. Ze gaat creatief om met de taal. Mijn conclusie is dat ze, als een dichter, spelend met op zoek gaat naar het wezen van de woorden. Ze durft Nederlands soms zo te schrijven dat het de wenkbrauwspier triggert. Daar is zij taalkunstenaar voor.
Lees hier het artikel op Caraïbisch Uitzicht
Meer over Diana Lebacs bij Uitgeverij In de Knipscheer