«Politiek, etniciteit, seksualiteit, ingeperkte vrijheid: het zijn vaste motieven in Vianens werk.» – Michiel van Kempen

Bea Vianen (copyright Els Kirst) (foto Els Kirst)
Over Bea Vianen (6 november 1935 – 6 januari 2019) in De Groene Amsterdammer, 23 januari 2019:
Bea Vianen zette als eerste vrouwelijke romanschrijver de Surinaamse letteren op de kaart als een literatuur die kon getuigen van kritisch zelfinzicht. Maar de scherpte van haar eerste romans loste gaandeweg op in het gruis van haar bestaan. Bea Vianen, geboren uit een gemengd-etnische relatie, groeide op in een omgeving van hindostanen en Javanen. Toen ze acht jaar was overleed haar moeder aan tuberculose en werd ze in een kostschool geplaatst. (…) Bea Vianen was een sensitieve vrouw die schreeuwde om onafhankelijkheid en vrijheid, gevormd door conflicterende religies en culturen, Nederland en het laat-kolonialisme en in heel die verwarrende kluwen verdwaald geraakt. ‘Sarnami, hai’ (Suriname, ik ben). Suriname is Bea Vianen. Michiel van Kempen is hoogleraar Nederlands-Caraïbische letteren aan de UvA.
Lees hier het artikel
Meer over Bea Vianen op deze site

«De Haan schetst ook een bemoedigend beeld van Suriname.»

VoorplatZoekennaarSlory75Over ‘Zoeken naar Slory’ van E. de Haan in Straatjournaal, 1 januari 2015:
Ezra de Haan heeft van ‘zijn cultuurshock’, zijn eerste roadnovel gemaakt, getiteld ‘Zoeken naar Slory’. De Haan heeft voor vertrek ook het plan opgevat om tijdens zijn bezoek de legendarische Surinaamse dichter Michaël Slory te ondervragen. De kleurrijke markt bezoekt hij vrijwel dagelijks. Daar zou Slory regelmatig dichtbundeltjes van eigen hand proberen te slijten en de krant waar hij ook voor schreef, ‘De Ware Tijd’, ophalen. Maar Slory treft hij niet. (…) De tijd verstrijkt sneller dan gedacht – hoewel de uren met broeiende hitte en slagregens lijken voort te kruipen – en Slory is nog steeds niet gevonden. De Haan is inmiddels met de boot en met taxi’s het land af geweest. Hij heeft de geboortegrond, het district Coronie, en de binnenlanden verkend. Hij heeft zijn nummer achtergelaten bij de krant, heeft bij het schamele woonhuis van Slory tevergeefs aangeklopt. Het versterkt het boek.
Straatjournaal is de maandelijkse dak- en thuislozenkrant van Bollenstreek, Haarlemmermeer, Kennemerland, West-Friesland, de Kop van Noord-Holland en Texel.
Lees hier de recensie
Meer over ‘Zoeken naar Slory’
Meer over E. de Haan bij Uitgeverij In de Knipscheer
Meer over Michaël Slory bij Uitgeverij In de Knipscheer

«Uiterst informatief, romanesk (dag)boek.» – Guus Bauer

VoorplatZoekennaarSlory75Over ‘Zoeken naar Slory’ van E. de Haan op Literatuurplein.nl, 21 december 2014:
De Haan krijgt een uitnodiging om op de Surinaamse Schrijversvakschool een aantal cursussen te geven. Het is een uitgelezen kans om tegelijkertijd de natuur, de levenswijze van de inwoners, de inborst en de taal en de muziek van de voormalige kolonie te bestuderen. De Haan lijkt zich vast voor te hebben genomen om niet als een zelfingenomen bakra de toerist te gaan uithangen, maar zich daadwerkelijk open te stellen voor de kleinigheden, hoe eigenaardig ook, die Suriname maken tot wat het is. (…) Via korte citaten uit ‘De Ware Tijd’ geeft De Haan een duidelijk beeld van een, naar het lijkt, murw geslagen maatschappij. Een land vol tegenstellingen, een land ook met vaak onverholen discriminatie tussen Creolen, Hindoestanen, Javanen, bosnegers en andere in- en uitheemse bevolkingsgroepen onderling. (…) Maar De Haan schetst ook een bemoedigend beeld van de mensen die hij tegenkomt, gewoon op straat, in de (eet)winkeltjes. Een beeld waardoor je begrijpt waarom ook veel bakra’s toch verknocht zijn aan dit stukje Zuid-Amerika. (…) De Haan heeft voor vertrek ook het plan opgevat, interviewer in hart en nieren immers, om tijdens zijn bezoek de legendarische Surinaamse dichter Michaël Slory te ondervragen. (…) Het is eigenlijk niet belangrijk of hij de levende legende treft of niet. De dichter en zijn land wonen zogezegd in zijn gedichten. De gedichten schetsen in hun ogenschijnlijke eenvoud een eigen beeld van Suriname. Een land van wonderbaarlijk schone vrouwen, van een overweldigende natuur. Een land dat blijft verbazen, waar de mensen nog zichzelf durven zijn, dat door improvisatie toch fier overeind blijft, net als dit uiterst informatieve, romaneske (dag)boek dat een eerste inzicht geeft in de ingewikkelde verhoudingen tussen Surinamers onderling en tussen Suriname en Nederland.
Lees hier de recensie
Meer over ‘Zoeken naar Slory’
Meer over E. de Haan bij Uitgeverij In de Knipscheer
Meer over Michaël Slory bij Uitgeverij In de Knipscheer

12 december 2014: Shrinivási 88 jaar

Shrinivasi januari 2009 - 2 - Copyright foto Usha MarheFoto Usha Marhé

Wim Rutgers over het gedicht ‘Toen realiseerde hij zich’ in Antilliaans Dagblad, donderdag 11 december 2014:
In Fort Nieuw-Amsterdam bevindt zich een plaquette met daarop een gedicht en foto van de Surinaamse, inmiddels al jaren op Curaçao wonende, dichter Shrinivási, pseudoniem van M.H. Lutchman (Suriname, 1926). Het eenvoudig uitgevoerde tableau bevindt zich bij de steiger waar de korjalen de verbinding tussen Leonsberg en het fort onderhouden, een betekenisvolle plek die als metafoor voor de poëzie van Shrinivási zou kunnen gelden. Hij wordt immers algemeen gezien als de dichter van de verbinding, de verzoening, in het zo cultureel verscheiden Suriname. Op de plaquette staat een gedicht dat voor het eerst in 1991 in de bundel ‘Sangam’ (ontmoeting) verscheen, in 2013 herdrukt werd in ‘Hecht en sterk’, en nogmaals in de prachtig uitgevoerde bundel ‘De stilte van het ongesproken woord’ (2014), waarin naast Shrinivási ook de dichters Dobru en Trefossa geëerd worden met kleurrijke gedrukte en gezongen teksten.

Toen realiseerde hij zich
dat de rivier
toch maar één oever had
waarop hij stond
en naar de verte keek
waarin een beeld
uit vroegere dagen
langzaam maar zeker
was opgelost
zodat er toekomst
noch verleden was
verlangen niet
en eindelijk geen verdriet.

Ook hier is een schrijver van de ‘verzoening’ aan het woord, dit keer geen verzoening tussen de bevolkingsgroepen, zoals in veel vroeger werk, maar een verzoening met het eigen ik. Shrinivási schreef een heel persoonlijk maar niet zo gemakkelijk te interpreteren gedicht. De dichter zegt er zelf over in ‘De stilte van het ongesproken woord’, dat hij met dit gedicht ‘afscheid genomen’ heeft ‘van het pijnlijke en destructieve in mijn leven’. Maar dat maakt het raadsel voor mij alleen maar groter.
Lees hier of hier over ‘Het raadsel van de poëzie’
Meer over ‘Hecht en sterk’
Meer over ‘Een weinig van het andere’
Meer over ‘De stilte van het ongesproken woord’