«Ik had het voorrecht om drie Curaçaose schrijvers persoonlijk te kennen, namelijk Pierre Lauffer, Chal Corsen en Boeli van Leeuwen.» – Walter Palm

Over ‘De vele gezichten van mijn pen’ door Walter Palm in Antilliaans Dagblad, 8 januari 2024:

(…) Inmiddels is mijn manuscript gepubliceerd met als titel ‘De vele gezichten van mijn pen’. (…) De titel verwijst naar de vele gezichten van mijn schrijverschap: dichter, verhalenschrijver, essayist en recensent. Dit boek bevat gedichten, verhalen, essays en recensies plus literaire memoires. Laat ik daarmee beginnen. Ik had het voorrecht om drie Curaçaose schrijvers persoonlijk te kennen, namelijk Pierre Lauffer, Chal Corsen en Boeli van Leeuwen. (…) Mijn gedichten besprak ik ook met Boeli van Leeuwen. We spraken op een heel bijzondere plek af namelijk het kantoor van het Bestuurscollege van Curaçao. Boeli van Leeuwen was in de jaren zeventig een hoge ambtenaar bij het Bestuurscollege van Curaçao en ik had in zijn werkkamer stapels ambtelijke stukken verwacht die lagen te wachten op zijn machtige paraaf, maar niets van dat alles. Er lag een vuistdik boek van de katholieke theoloog Schillebeeckx op zijn bureau. Hij ging uitvoerig in op de theologische opvattingen van deze Nijmeegse theoloog, en ik stelde de theologische opvattingen van mijn moeder daar tegenover. Volgens mijn moeder had God zijn of haar enige zoon naar de mensen gestuurd om ze te leren hoe ze moesten leven, maar in plaats daarvan hebben de mensen de zoon gekruisigd. Volgens mijn moeder wou God toen niets meer weten van de mensheid. Een totaal afwezige God. Ik ben maar niet ingegaan op de theologische opvatting van mijn vader want die was een aanhanger van de Aristotelische Thomas van Aquino. (…) Was Chal Corsen onder de indruk van de beeldenrijkdom van mijn gedichten, Boeli was gecharmeerd van de muzikaliteit van mijn gedichten, wat hij niet vreemd vond want ik kom uit een muziekfamilie. Boeli van Leeuwen kwam weer ter sprake bij de toneelbewerking door John Leerdam van Boeli’s bestseller ‘Geniale Anarchie’. Dit boek gaat over de ervaring van Boeli met Curaçaose politici. Op verzoek van de regisseur heb ik voor deze toneelbewerking het gedicht Demagogen geschreven dat ook opgenomen is in ‘De vele gezichten van mijn pen’. (…)

Lees hier en hier
Meer over deze Inleiding bij Dutch Caribbean Bookclub
Meer over ‘De vele gezichten van mijn pen’
Meer over Walter Palm bij Uitgeverij In de Knipscheer

«Fascinerende zoektocht naar Indiaanse root heel fijnzinnig uitgebeend.» – André Oyen

Over ‘De vloek van de familie Darkland’ van >Craig Strete op Ansiel, 14 december 2023:
Eindelijk heb ik nog eens een klassiek spookverhaal ‘De vloek van de familie Darkland’ gelezen. De Amerikaans-Indiaanse schrijver Craig Strete verrast zijn lezers voortdurend met zijn magisch-realistische (SF-) verhalen in o.a. ‘Als al het andere faalt’ en ‘Doodsriten’ (resp. bejubeld door Jorge Luis Borges en Salvador Dalí). Bijna altijd speelt zijn indiaanse erfenis een rol in zijn literatuur, zo ook in ‘De vloek van de familie Darkland’. En dat vind ik fascinerend! Sees Jane Elkhart is half indiaans, half . Zij woont met haar witte moeder in de grote stad. Haar vader, haar indiaanse deel, is overleden toen zij nog maar een klein kind was. (…) Haar grootvader Elkhart en nichtje Mary hebben een huis gehuurd aan een meer, bij de grond van de stam van haar vader. (…) Aan de andere kant van het meer (…)  bevindt zich een indiaanse winkel, waarboven de familievriend Jason Two Elks woont, die geregeld het meer over peddelt in zijn kano. Al van dag 1 komt Sees Jane komt er al snel achter dat het spookt in het huis. (…)  Maar de grootvader, oud als hij is, is sterk en koppig – hij laat zich niet wegjagen. ‘De vloek van de familie Darkland’ is een bijzonder boeiend en goed geschreven vol magisch realisme. Wat mij persoonlijk in het boek aansprak was de fascinerende zoektocht van Sees Jane naar haar Indiaanse roots, die Craig Strete heel fijnzinnig uitbeent!
Lees hier de recensie
Meer over ‘De vloek van de familie Darkland’
Meer over Craig Strete op deze site

«Segura moet zijn verbeeldingskracht koesteren, want die is uniek.» – L. Torn

VoorplatHeidens-75Over ‘Heidens altaar’ van Ulises Segura voor NBD /Biblion, 12 april 2022:
Ulises Segura (1973) debuteerde in 2016 met ‘De mooie mond van Bobby Cespedes’, een bundel verhalen die zich afspelen in een magisch-realistische omgeving. De bundel werd welwillend door recensenten ontvangen. In deze tweede bundel verhalen zien we dat Segura zich verder heeft ontwikkeld. Qua verbeeldingskracht scoort Segura opnieuw hoog. Hij weet met weinig middelen een meestal dreigende sfeer op te roepen. Bijvoorbeeld in het verhaal ‘Reygerswael’ waarin drie jongens naar een eiland roeien waar ze in een verlaten fabriek elkaar kwijtraken. Of het sterke verhaal ‘Bladmaskers’ waarin een vrouw haar overleden man elk jaar opgraaft en voor een week weer tot leven wekt om samen een goede tijd te hebben. In het verzinnen van zulke grensoverschrijdende ervaringen is Segura op zijn sterkst. (…) Segura moet zijn verbeeldingskracht koesteren, want die is uniek. (…)
Meer over ‘Heidens altaar’
Meer over Ulises Segura bij Uitgeverij In de Knipscheer

«Magisch, wonderlijk, griezelig, maar met een realistische inslag.» – Marjo van Turnhout

VoorplatHeidens-75Over ‘Heidens altaar’ van Ulises Segura op Leestafel, maart 2022
(…) Eigenlijk laten de zes verhalen zich niet navertellen. Ze zijn op zijn zachtst gezegd eigenaardig. Magisch, wonderlijk, griezelig, maar met een realistische inslag. Je begint aan een verhaal over normale mensen, die vervolgens iets meemaken of iets doen wat niet echt normaal is. Maar toch wel logisch. Meestal dan. Ze gaan over vertrouwen, maar ook over verraad. En na ieder verhaal moet je even bijkomen en bedenken: wat heb ik nu eigenlijk gelezen? De titel? Ik doe een gooi: Het concept van het heidens altaar is ontstaan in Zuid-Europa uit een heidens gebruik, waarbij een viering werd gehouden op het graf van een overledene. Dat is wel een element dat je in de meeste verhalen terugvindt: iemand is er niet meer, en wordt op de een of andere manier herdacht.(…) Bladmaskers lijkt op het eerste gezicht een luguber verhaal. Maar eigenlijk is het heel liefdevol. Een verhaal over schepping, iedere keer weer. (…) Het tweede verhaal – het mooiste – heet De Grootte van een Duimspijker en gaat over rouw. Terwijl dat gaandeweg duidelijk wordt, weet de lezer niet meer in hoeverre hetgeen hij beschrijft echt is. (…)
Lees hier de recensie
Meer over ‘Heidens altaar’
Meer over Ulises Segura bij Uitgeverij In de Knipscheer

«In deze roman is niets wat het lijkt, en vooral: is niemand wie hij lijkt.» – Willem Thies

Opmaak 1Over ‘Irma. Een mikado van boze goden’ van Kees Broere in Antilliaans Dagblad, 6 november 2021:
De roman’ Irma. Een mikado van boze goden’ van Kees Broere is een merkwaardig, intrigerend, veel-lagig boek; een boek dat zich ontvouwt als een huis dat aan de binnenkant veel groter blijkt dan het van buitenaf leek. (…) Toen je om het huis heen liep, had je niet de indruk dat het al die ruimtes en verdiepingen, doorgangen en lagen, kón bevatten. Dat maakt het onwerkelijk – surrealistisch, misschien wel magisch-realistisch. (…) Irma Weever is een jonge Surinaams-Curaçaose vrouw. (…) Zij heeft (ik citeer) ‘zwart bloed’. (…) Paul Fadel is een betrouwbare, hoffelijke, veilige vriend, een soort broerfiguur; en seculiere moslim. (…) Irma wil rechten gaan studeren omdat zij al van jongs af aanvoelde dat alles in de wereld draait om het overtuigen, niet om wie het beste verhaal heeft, maar om wie dat het best weet te brengen. (…) Later komt Irma in New York te wonen. (…) Hier verliest zij haar vriend Paul aan een verslaving. Hij verdwijnt in de nevelen, in de rook van een crackpijp. Of toch niet? Want in deze roman is niets wat het lijkt, en vooral: is niemand wie hij lijkt. (…)
Lees hier de complete recensie
Meer over ‘Irma. Een mikado van boze goden’
Meer over Kees Broere bij Uitgeverij In de Knipscheer

«Een listig, vindingrijk spel met genres.» – Willem Thies

Opmaak 1Over ‘Irma. Een mikado van boze goden’ van Kees Broere in Pletterij, 11 oktober 2021:
‘Irma. Een mikado van boze goden’ is een veel-lagige roman, een matroesjka: een reeks van in elkaar passende poppen. Wát is de láátste pop, de pop uit één stuk, de naadloze pop? Je zou ‘Irma’ een surrealistische of magisch-realistische roman kunnen noemen; maar met evenveel recht een postmoderne roman. In de roman worden verschillende genres vermengd: één laag of genre is dat van de sterk geëngageerde roman: niet alleen maatschappelijk betrokken en urgent, maar veelal ook universeel filosofische vragen worden gethematiseerd en geproblematiseerd. Kun je iemand werkelijk kennen? (…) Wat is identiteit? Heeft die een kern of vele lagen? En wat als een laag meer naar binnen de laag daarbuiten ontkent of tenietdoet? Is de binnenste pop uit één stuk en naadloos, of bevat de laatst geopende pop enkel leegte, niets? Een andere laag is die van een misdaadverhaal, een detective, een thriller: een spannende te ontrafelen plot of intrige tegen de achtergrond van het geweld van de orkaan Irma en de aanslagen op de Twin Towers. Nóg een andere laag is die van een hedendaags sprookje, of het eerder genoemde magisch-realistische verhaal. Kees Broere speelt een listig, vindingrijk spel met genres. In ‘Irma’ volgt wending op wending op wending, pop ontspringt aan pop. Ik citeer: ‘Het is een spel. Een schaakspel. Wit begint, maar met de juiste zetten kan zwart evengoed winnen.’ Ja, het is een spel: een schaakspel én een mikadospel in één. Het vergt strategisch inzicht en vernuft, maar ook tact en delicate, voorzichtige vingers, én een dosis geluk: de stokjes moeten één voor één ontward worden, zónder de ándere in beroering te brengen, en dat op meerdere tafels. Als er een ander stokje gaat rollen, is het spel verloren. Broere toont zich in ‘Irma’ een simultaanmikadospeler én schaakspeler in één.
Lees hier de complete recensie
Meer over ‘Irma. Een mikado van boze goden’
Meer over Kees Broere bij Uitgeverij In de Knipscheer

«De Brabanders stijl is helder, zonder opsmuk.» – Ko van Geemert

VoorplatBrabanderOnweer-75Over ‘Het geluid van naderend onweer’ van Eric de Brabander in Parbode, 1 mei 2021:
De meeste van de 27 verhalen spelen zich af op Curaçao. (…) Niet alles speelt op Curaçao, we komen ook een schooltje in Den Haag tegen en in Tucacas, Venezuela, wordt de lezer geconfronteerd met Duitsers met een schimmig oorlogsverleden. Het verhaal ‘Bushmaster’ speelt zich af in Suriname, in Pikin Slee. (…) De Brabander blijkt over een rijke fantasie te beschikken – een goudmijn voor de schrijver! – met soms bizarre, surrealistische trekjes: zo figureren in zijn verhalen 100-jarige duiven, een pratende hond, een jongetje dat kan vliegen, een vampier, een opgeviste zeemeermin, een engel en een ruimteschip. Veel van De Brabanders verhalen zou je magisch realistisch kunnen noemen en hebben daarin wel wat weg van het werk van Belcampo of Roald Dahl. Voordehandliggender is misschien om De Brabanders inspiratiebronnen in Latijns-Amerika te zoeken, dat immers aanzienlijk dichterbij Curaçao ligt dan Europa, met auteurs als Borges, Marquez, Isabelle Allende of Alvaro Mutis. De Brabanders stijl is helder, zonder opsmuk. (…) De verhalen uit deze bundel zijn alle onderhoudend en vaak verrassend. (…)
Lees hier de recensie
Meer over ‘Het geluid van naderend onweer’
Meer over Eric de Brabander bij Uitgeverij In de Knipscheer

«Magisch maar tegelijk heel filmisch: het is alsof je het allemaal kunt zien.» – Marjo van Turnhout

VoorplatHetMeer-75Over ‘Het Meer’ van Harman Nielsen op Leestafel, 31 maart 2021:
Diyan fotografeert. Niet zomaar wat kiekjes schieten, hij doet er echt moeite voor. (…) Die nacht is hij een bouwval binnengeslopen. Het zal ooit een fabriek geweest zijn, er zijn rijen boogramen, een ketelhuis en een hoge schoorsteen. (…) Eigenlijk wil hij foto’s maken met het licht van het ‘blauwe uur’, dat net na zonsondergang te zien kan zijn. Maar het is bewolkt, dat lukt dus niet. Dan maar wat foto’s maken, en een andere keer terugkomen. (…) Hij verlaat de fabriek, en zet thuis de foto’s over op de computer. Hij schrikt. Hij was immers alleen? Maar hij ziet toch echt een gezicht op die ene foto! Tenminste, hij ziet een hartvormige vlek, een breed voorhoofd, ongewoon hoge wenkbrauwbogen, bleke bolle wangen, wijd open ogen…. (…) De volgende avond is hij terug. Niet eens vanwege dat gezicht. Maar toen hij die foto maakte had hij een vreemd gevoel: de ruimte dijde uit, De muren verschoven. Er was ‘méér’ en dat wilde hij onderzoeken. Het gebeurt hem vaker: er is ‘iets’ op een bepaalde plek. Iets meer dan het oog ziet. En dat iets dat is wat hij wil vastleggen. Het magische van een plek, van een bepaald tijdstip. (…) Het is vooral de poëtische schrijfstijl waarmee Harman Nielsen een magische sfeer neerzet. Magisch maar tegelijk heel filmisch: het is alsof je het allemaal kunt zien. In de details zit een verklaring verscholen. (…) Een roman die net als ‘Mal’, dat Nielsen eerder schreef, ook goed gelezen kan worden door Young Adults.
Lees hier de recensie
Meer over ‘Het Meer’
Meer over Harman Nielsen bij Uitgeverij In de Knipscheer

«Hulde aan de auteur die het genre van magisch realisme binnen de Nederlandse literatuur doet herleven.» – Kees de Kievid

VoorplatHetMeer-75Over ‘Het Meer’ van Harman Nielsen op Boekenbijlage, 25 maart 2021:
Op een totaal verwilderd en verlaten terrein achter de duinen staat een vervallen fabriek. (…) De hoofdpersoon is Dyan, van Surinaamse afkomst, een twintiger en verwoed fotograaf. (…) Hij en wil rond en in de fabriek foto’s maken. Niet zomaar foto’s, maar hele bijzondere die iets toevoegen aan de werkelijkheid, “het meer”. (…) In het halfdonker maakt hij een aantal foto’s. Thuisgekomen, ontdekt hij dat er op de foto van een wenteltrap een meisjesgezicht te zien is. Dyan heeft ‘het meer’ gevonden! Hij raakt geobsedeerd door haar en wil haar vinden. (…) De omgeving die Nielsen beschrijft doet onwillekeurig denken aan de schilderijen van Carel Willink: een desolaat landschap met een eenzame persoon. Het lijkt zo realistisch, maar wat zit erachter verborgen? Zo ook in dit boek. (…) Horend bij het magisch realisme is de realistische beschrijving van verbeelding. Dat is eveneens het zoeken naar ‘het meer’ het proberen de realiteit te verbinden met het bovennatuurlijke. (…) Spannend mag dit werk zeker genoemd worden. De kans dat Dyan betrapt wordt, lijkt steeds groter te worden, zeker als hij een derde bezoek aan het terrein aflegt. De spanningsboog wordt steeds strakker gespannen, zowel inhoudelijk als in stijl. Wat zal de climax brengen? Dat weet Nielsen tot het laatst te bewaren met een verrassend (of toch niet) einde. Hulde aan de auteur die het genre van magisch realisme binnen de Nederlandse literatuur doet herleven. Een vergelijking met Daisne en Lampo, de meesters van het genre, ligt in het verschiet.
Lees hier de recensie
Meer over ‘Het Meer’
Meer over Harman Nielsen bij Uitgeverij In de Knipscheer

«Subtiel geschreven verhaal over het zoeken naar de werkelijkheid.» – J.J. Wolrich

VoorplatHetMeer-75Over ‘Het Meer’ van Harman Nielsen voor NBD/Biblion, 11 februari 2021:
Novelle waarin Dijan, een jonge fotograaf, op zoek gaat naar plekken die meer laten zien dan de alledaagse realiteit. Hij komt terecht bij een oud verlaten terrein waarop een oude fabrieksruïne staat. Binnen in de fabriek maakt hij foto’s in het vroege ochtendlicht. Thuisgekomen bekijkt hij de foto’s uitgebreid en hij ziet daarop een schim van een jonge vrouw. Wanneer de avond valt, besluit hij terug te keren naar de fabriek om de vrouw te zoeken. Daar aangekomen, vindt hij een luik dat openstaat, met een wenteltrap naar beneden. Hij daalt de trap af en komt in een totaal andere wereld terecht. Subtiel geschreven verhaal over het zoeken naar de werkelijkheid. De spanning wordt vanaf het begin opgebouwd. Het taalgebruik is beeldend, waarmee de magisch-realistische sfeer wordt weergegeven.
Meer over ‘Het Meer’
Meer over Harman Nielsen bij Uitgeverij In de Knipscheer