«Elders bréngt je ook ergens.» – Arjan Peters

VoorplatElders2-75Over ‘Elders Literair 2023-1’ in Argus, 21 juni 2023:
Het vertrouwde is niet genoeg; je wilt ook andere gebieden verkennen. Dat zou je het programma kunnen noemen van het nieuwe literaire tijdschrift ‘Elders’, in navolging van het gelijknamige digitale platform, met aandacht voor poëzie, verhalen, essays en beeldende kunst. (…) ‘Er is geen elders waar het anders is,’ verzuchtte Gerrit Kouwenaar in 1993, maar daar legt Elders literair zich niet bij neer. (…) In het eerste nummer staat een mooi verhaal van Kristien De Wolf. (…) Een ander elders zien we in het essay van Jan Paul Hinrichs over schilderes Sanne Bruinier. (…) Verre landen en eilanden kenmerken de tekeningen van Rens Krikhaar, maar de mens blijkt telkens ontberingen of de ondergang te wachten. (…) De thuiszitter zal intens tevreden zijn dat hij niet de deur uit hoeft om toch iets mee te maken. De contribuanten van ‘Elders’ reizen zich een ongeluk en daarvoor dankt die lezer hen recht hartelijk. (…) Niettegenstaande de titel kan dit blad dus uiteenlopende bevolkingsgroepen zich thuis laten voelen.
Lees hier de recensie
Meer over ‘Elders Literair’

Gedicht van Sjoerd Kuyper

Opmaak 1In zijn bijna dagelijkse Facebookbericht memoreert Wim van Til, oprichter van en coördinator bij Poëziecentrum Nederland, de geboorte- en sterfdagen van Nederlandstalige dichters. Het is vandaag (6 maart 2022) de sterfdag van Raymond Herreman, Jan H. Eekhout en W.J. van der Molen. Het is ook de geboortedag van onder anderen Marijke Hanegraaf en Sjoerd Kuyper (1952); Bij wijze van felicitatie laat Wim van Til zijn keuze vallen op een gedicht W.J. van der Molen. Uitgeverij In de Knipscheer kiest in dit bericht voor het gedicht ‘Dagen uit het leven’ van Sjoerd Kuyper in het literaire tijdschrift Mandala (1976-I) van Uitgeverij In de Knipscheer. Dit gedicht werd ook geselecteerd door Klaas de Groot in zijn bloemlezing ‘Grenzenloos; 40 jaar Knipscheer Poëzie’ (2018). Sjoerd Kuyper publiceerde bij Uitgeverij In de Knipscheer in de jaren tachtig van de vorige eeuw de kinder- en jeugdboeken ‘Het zakmes’ (1981), ‘Heb je wel gehoord’ (1982) en ‘MaGier en de MiddelMan’ (1984).

II Dagen uit het leven

Ze staat weer achter je,

Ze sluipt zo stil, zo’n
Zachte mond tegen je hals.
Ze vlucht zo blij,

Want hoeveel tegels telt het schoolplein?
In hoeveel tellen kun jij tot honderd tellen?
Hoeveel meisjes dragen een strik
Als ik?

Meer over Sjoerd Kuyper bij Uitgeverij In de Knipscheer
Meer over ‘Grenzenloos’

«Een monumentje.»

Opmaak 1Over ‘Grenzenloos. 40 Jaar Knipscheer Poëzie’ van Klaas de Groot op Paperback Radio, 25 juni 2019:
Klaas de Groot las maandenlang gedichtenbundels om tot de juiste selectie te komen voor zijn bloemlezing ‘Grenzenloos’. Reden ertoe was het veertigjarig bestaan van uitgeverij In de Knipscheer in 2016. Niet alleen uit alle gepubliceerde dichtbundels maar ook uit alle in literaire tijdschriften van de uitgeverij gepubliceerde poëzie werd gekozen. Mandala, De Held en Extaze bleken fuiken voor talent. ‘Grenzenloos’ bevat 160 dichters en 190 gedichten. Peter de Rijk praat met de samensteller van de bloemlezing over de keuze van de gedichten en het portret van de Nederlandse poëzie dat het boek geeft. Het interview werd live uitgezonden op woensdag 9 januari 2019 van 14.00 tot 15.00 vanaf de vierde etage van Boekhandel Scheltema Amsterdam.
Luister hier naar de uitzending
Meer over ‘Grenzenloos’
Meer over Klaas de Groot bij Uitgeverij In de Knipscheer

Klaas de Groot (samenstelling) * Grenzenloos

Opmaak 1Grenzenloos
40 jaar Knipscheer Poëzie

Bloemlezing koninkrijkspoëzie
samenstelling Klaas de Groot
redactie Peter de Rijk
gebrocheerd in omslag met flappen
298 blz., € 22,00
2018
ISBN 978-90-6265-953-1

Poëziebloemlezingen kunnen er niet genoeg zijn. Gelukkig lokken er overal velden waar een bloemlezer verlekkerd kan rondwaren. Hij of zij kan kiezen uit wat er over een bepaald onderwerp is gedicht. Hoeveel is er niet verzameld over de dood of over de liefde? Keuzes uit bepaalde periodes of bepaalde dichters worden geregeld gemaakt. Het soort bloemlezing dat meestal voor veel beweging zorgt, is de verzameling uit het werk van een groep of generatie dichters.
Een keuzeveld met duidelijke grenzen is het fonds van een uitgeverij. Als de bloemlezing dan ook nog bedoeld is om een verjaardag te vieren, dan is het terrein duidelijk, de piketpalen staan er. Uitgeverij In de Knipscheer is veertig jaar geworden en daarom verschijnt de bloemlezing Grenzenloos. De tussen-n is verplicht, omdat het tijdschrift Mandala, de wieg van de uitgeverij, zich een grenzenloos tijdschrift noemde en de n mag als het woord een gebied bedoelt dat geen grenzen heeft. De wereld buiten de eigen wereld, dat is het terrein. Tijdens de jaren dat In de Knipscheer nu bestaat, zijn er natuurlijk verschuivingen geweest, maar het kijken over de grenzen is gebleven.

In 2015 ontstond het idee voor de bloemlezing. Uitgevers moeten en zullen verder denken dan bloemlezers, bang moeten ze ook niet zijn. Al helemaal een uitgever met veel poëzie in zijn fonds. Die geeft vaak uit op de grens, die springt geregeld in het diepe. En dat diepe kan dus ook heel breed zijn. Uitgeverij In de Knipscheer heeft nu veertig jaar dat uitgegeven wat de uitgever de moeite waard vond en vindt. Samensteller Klaas de Groot heeft meer dan twee meter poëzie (boeken, bundels en de tijdschriften Mandala, De Held en Extaze) ingedikt naar enkele centimeters, waarbij de bundels vertaalde poëzie van buiten de koninkrijksgrenzen buiten beschouwing bleven. Grenzenloos bundelt ruim 160 dichters met in totaal 190 gedichten.

«Uitgeverij met vizier op de wereld.» – Paul Lips

Hans PlompDeBesteOver ‘40 jaar In de Knipscheer’ met Pim Wiersinga, Peter Bruyn en Hans Plomp op ‘Vurige Tongen’ in Ruigoord in Haarlems Dagblad, 2 juni 2017:
Het ‘echte’ jubileumfeest gaat hoogstwaarschijnlijk dit najaar gevierd worden. ‘Maar eerst verschijnt in september een verzamelbundel waarin alle dichters vertegenwoordigd zijn die ooit bij ons hebben gepubliceerd’, verzekert Knipscheer. Ondertussen legt hij de poëziebundel ‘In de kring van menselijke warmte’ op tafel, waarin tal van dichters een poëtische hommage brengen aan de getormenteerde auteur Rogi Wieg (1962-2015). De bundel is donderdag 1 juni gepresenteerd tijdens Poetry International in Rotterdam. Verschillende auteurs van In de Knipscheer presenteren zich tijdens ‘Vurige Tongen’ in Ruigoord. Zaterdag 4 juni Pim Wiersinga en Peter Bruyn. Tweede Pinksterdag zal Ruigoord-coryfee Hans Plomp een bloemlezing uit vijftig jaar dichtwerk onder de titel ‘Dit is de beste aller tijden’ presenteren.
Lees hier of hier het artikel
Meer over ‘In de kring van menselijke warmte’
Meer over ‘Dit is de beste aller tijden’

Op komst. Werk van schrijvers in opkomst

Op komst. Werk van schrijvers in opkomst
Mandala IV/4
Nederland, bloemlezing
Paperback 112 blz.
ISBN 90-6265-109-7
Eerste druk 1983

De in deze uitgave opgenomen teksten zouden oorspronkelijk worden afgedrukt in Mandala IV/4, een nummer dat geheel zou worden gevuld met werk van (jonge) auteurs die nog niet in boekvorm hadden gepubliceerd. Toen echter door de bezuinigingswoede de financiële basis onder het tijdschrift wegviel, en pogingen om Mandala dan maar zonder subsidie op niets uitliepen, werd uiteindelijk gekozen voor een uitgave in deze vorm, Op komst, ‘een bloemlezing uit het werk van auteurs in opkomst’.

In een nawoord schrijft Jos Knipscheer, mede-oprichter en redacteur van Mandala: ‘Het doet mij veel deugd dat het einde van Mandala gevierd wordt met deze bloemlezing, waarin talentvolle jongere auteurs een wissel trekken op de toekomst. Dat de bijdragen alle dateren uit de jaren 1979-1981 (dat enkele ervan inmiddels in bundels zijn opgenomen, en dat enkelen van de auteurs inmiddels boekpublicaties op hun naam hebben taan) doet naar mijn gevoel niets af aan het perspectiefrijke beeld dat dit boek biedt (…) Toen zij hun werk opzonden wisten velen nog niet wat zijn nu wél weten: dat er voor hen een plek en een toekomst is in de Nederlandse literatuur.’

Op komst biedt bijdragen van Job Degenaar, Peter Edel, Ruud van Espen, Albert Hagenaars, Chris Junge, Kristian Kanstadt, Peter Kouwenberg, Els Kuypers, Joost Niemöller, Jacques Schmitz, Arend Slagman, Henrik Stoute, René Stoute, Wim van Til, Robert Vernooy, Floris Voorvelt en W.J. van Wouten.

Erika Dedinszky – De ijstijd begint met de kou

Erika Dedinszky
De ijstijd begint met de kou
Nederland, gedichten
Paperback; 80 blz.
ISBN 90-6265-047-3
Eerste druk 1980

«Elke tijd krijgt de poëzie die het verdient.»

De ijstijd begint met de kou is, na Gyógyfüvek, beszélö állatok (1973) en Kornoeljeboom (1975) haar derde eigen dichtbundel. De erin opgenomen gedichten werden geschreven tussen 1975 en 1979. Enkele gedichten en reeksen verschenen eerder in tijdschriften als De Gids en Mandala.

Erika Dedinszky is Hongaarse van geboorte. Ze kwam in 1957 naar Nederland. Sinds het begin van de jaren zeventig houdt ze zich actief bezig met de verbreiding van Hongaarse cultuur-uitingen in Nederland en met de verbetering van de culturele betrekkingen tussen beide landen. Ze schrijft en vertaalt zowel in het Hongaars als in het Nederlands. Vertalingen van moderne Hongaarse poëzie verschenen in diverse literaire tijdschriften, en in de bloemlezing De toren van het zwijgen (1977) en in Cantata profana, een keuze uit het werk van Sándor Csoóri (1979)
Meer over Erika Dedinszky

Margriet Poort – Als het chroom glanst. Gedichten

Margriet Poort
Als het chroom glanst
Nederland, gedichten
Paperback  40 blz.
ISBN 90-6265-051-1
Eerste druk 1980

«Ik geef hier gedichten die gemaakt werden om hardop gesproken te worden uit, ondanks het feit dat deze stap in tegenspraak is met hun functie. Het is dus van belang dat ik dit nadrukkelijk stel, het gevolg ervan voor de lezer duidelijk maak, en de stap verantwoord.
Het gevolg is dat de lezer de betreffende teksten moet lezen als een letterlijk verslag van het gesprokene: als (recente) historie. (…) » – Margriet Poort in de Verantwoording

Margriet Poort woont in Eindhoven. Ze debuteerde in 1976 met de bundel Mijn God bespeelt zich met vingers (De Bezige Bij). Enkele van de in Als het chroom glanst opgenomen teksten verschenen eerder, in vroegere versies, in Nestrover nader (eigen beheer, 1977) en Poëzie op de tocht (Mandala III/1, 1979).

Joop Verhaaren – Een kras in de Nachtwacht. Gedichten

KrasNachtwachtJoop Verhaaren
Een kras in de Nachtwacht

gedichten
Nederland
gebrocheerd, 80 blz., € 12,50
ISBN 978-90-6265-048-4
eerste uitgave 1980
uitsluitend rechtstreeks bij de uitgever

Een kras in de Nachtwacht bevat poëzie die tussen augustus 1978 en oktober 1979 geschreven werd.
De reeks ‘Spreeuwen / De sperwer’ is gebaseerd op het verschijnsel dat zich voordoet wanneer een wolk spreeuwen wordt genaderd door een sperwer. Omdat iedere spreeuw – uit veiligheidsoverwegingen – naar het midden wil en de spreeuwentroep daardoor het kleinst mogelijke volume gaat innemen, ontstaat een hechte bolvorm; de sperwer valt dan niet aan, maar zodra zich een spreeuw uit de bolvorm losmaakt, zal de roofvogel geen seconde aarzelen.
Van de reeksen ‘Reservaat / De stroper’ en ‘Reservaat / De fotograaf’ zijn de beelden ontleend aan het Aamsveen, een natuurreservaat nabij Enschede.

Joop Verhaaren (Den Bosch, 1949-2016) woonde in Enschede. Zijn poëzie verscheen in bladen als Naar Morgen, Mandala, Avenue literair en Windscherm. Bij Opwenteling publiceerde hij twee bundels: ‘Zoals we ooit begonnen zijn…’ (1974) en ‘Randschap’ (1979)
Meer over Joop Verhaaren op deze site

Wim van Binsbergen – Klopsignalen. Gedichten

Wim van Binsbergen
Klopsignalen
Nederland, poëzie
Paperback, 60 blz.
ISBN 90-6265-030-9
Eerste uitgave 1979

Wim van Binsbergen (1947) schrijft gedichten sinds 1962. In 1971 publiceerde hij in eigen beheer ‘Gedichten en twee essays’ en in 1977 maakte hij zijn officiële debuut met Leeftocht.

Klopsignalen is zijn tweede bundel. Het materiaal voor zijn poëzie ontleent Van Binsbergen veelal aan zijn wetenschappelijk achtergrond. Hij deed antropologisch onderzoek in Tunesië en Zambia, publiceerde een groot aantal wetenschappelijke studies, over religieuze vernieuwing en over migratie in Afrika. Over zijn gedichten schrijft hij (in een brief onder te titel ‘Wetenschap en dichterschap’, Mandala III/1) o.m.: ‘Mijn gedichten hoezeer uiterlijk ook het tegendeel suggererend, gaan eigenlijk niet over wetenschap, noch over Afrika. Dat is maar vormmateriaal; vroeger gebruikte ik iets anders en later zal ik hopelijk wel weer iets anders nemen. Die gedichten gaan over de poging om fundamenteel onoplosbare tegenstellingen die mijn leven en denken beheersen (en die zozeer in ons sociaal en economisch stelsel verankerd zitten dat ze zich in analoge vorm bij anderen, bij voorbeeld mijn lezers, zullen voordoen) te overbruggen, op een manier die alleen binnen de hulpeloze en toch dwingende vormgeving van het kunstwerk mogelijk is, en door niets anders dan die vormgeving.’
Meer over Wim van Binsbergen