Op zaterdagmiddag 8 oktober vindt (van 13.00 tot 17.00 uur) de 10de Caraïbische Letterendag plaats. Deze lustrumviering vindt plaats in het HNI (voorheen NAi) in Rotterdam. Na ruim twee jaar uitstel vanwege corona viert de Werkgroep Caraïbische Letteren eindelijk een nieuwe editie, gewijd aan de grote voorlopers. Bij deze gelegenheid verschijnt de bundel ‘Dat wij zongen’ (Uitgeverij Das Mag) met essays van 21 auteurs (waaronder Ken Mangroelal, Astrid H. Roemer, Tommy Wieringa, Eric de Brabander, Ruth San A Jong) over 20 groten die hen voorgingen (onder wie Albert Helman, Pierre Lauffer, Boeli van Leeuwen, Michaël Slory, Shrinivási, Edgar Cairo, Astrid H. Roemer, Bernardo Ashetu, Bea Vianen). Het eerste exemplaar van ‘Dat wij zongen’ wordt aangeboden aan de grootste levende Nederlands-Caraïbische dichter: Jit Narain. In gespreksronden, geleid door Raoul de Jong en Julien Ignacio, komt een groot aantal schrijvers uit de bundel ‘Dat wij zongen’ aan het woord. Verder zijn er intermezzi: Charlotte Doornhein herdenkt de onlangs overleden Diana Lebacs; Raoul de Jong leest voor uit zijn succesroman ‘Jaguarman’; Michiel van Kempen vraagt aandacht voor de ten onrechte onbekende Antilliaanse antikoloniaal Medardo de Marchena van auteur Aart G. Broek en een mystery guest zet Ronald Snijders – winnaar van de Boy Edgarprijs – in de schijnwerpers. De presentatie is in handen van Sarita Bajnath, van het AT5-boekenprogramma ‘Leesoffensief’.
Meer over ‘10de Caraïbische Letterendag’
Meer over ‘Dat wij zongen’
Tag: Medardo de Marchena
Aart G. Broek – Schaamrood. Essay
Aart G. Broek
Schaamrood
Aantekeningen over angst, agressie en ambitie
Essay
Gebrocheerd met flappen, 164 blz.
€ 18,50
Eerste druk 2017
ISBN 978-90-6265-972-2
Presentatie september 2017
‘Schaamrood’ is een noodzakelijke en welkome aanvulling op ‘De terreur van schaamte’ en ‘Dwarsliggers’, waardoor een intrigerende trilogie is ontstaan. Met deze aantekeningen doorzoekt de sociaal wetenschapper Aart G. Broek opnieuw de reikwijdte van schaamte: het pijnlijke gevoel dat we krijgen wanneer we worden vernederd en dreigen opnieuw te worden vernederd. Dat kweekt angst en agressie én soms juist ambities. Het vorsen en wroeten vinden plaats aan beide zijden van het Koninkrijk der Nederlanden. Wrokkende jihadspijtoptanten, bestuurlijk gajes bij geprivatiseerde overheidsbedrijven en de gure kritiek op Zwarte Piet voegen zich bij de revolte van mei ’69 op Curaçao, het politieke denken van Frank Martinus Arion, de vileine afstraffing van Medardo de Marchena op Bonaire en de carnavaleske sinterklaasviering op een zonovergoten eiland in de Caribische Zee.
De zoektocht van Broek levert beschouwingen op, waarin soms uitgesproken controversiële zienswijzen worden verdedigd en gevoeligheden schaamteloos worden benoemd. Zwarte Piet symboliseert verdraagzaamheid waar dreadlocks de dictatuur verheerlijken. Jihadspijtoptanten zijn als het lontje van een kruitvat, waar we een lucifer bij houden. Voorkom klokkenluiden, word een dwarsligger. Rolmodellen voeden agressie. Dekoloniseren is geen roulette; het Koninkrijk der Nederlanden kent vier landen: dat moet er dan ook één worden. Hoogtijd voor moslims om de hand in eigen boezem te steken. Tot zondebok bestempelen snoert de mond, internering is wel zo effectief. De herdenking van slavernij voedt racisme en vereist verschuiving naar groter verband. Schaamteloos besturen verdient zonder meer de voorkeur. Door succes zal wraak zoet blijken.
Aart G. Broek specialiseerde zich in communicatiewetenschap, (historische) sociologie en, meer recentelijk, criminologie. Hij promoveerde op een onderzoek naar de propagandapraktijk van de rooms-katholieke missie op de Benedenwindse Antillen. Hij woonde twintig jaar op Curaçao, werkte er als docent, projectuitvoerder en interim-manager. Sinds zijn terugkomst in Nederland ontwikkelde hij zich tot organisatie- en beleidsadviseur inzake conflict-, agressie- en veiligheids¬vraagstukken. Broek publiceerde onder meer ‘Het zilt van de passaten; Essays over Caribische cultuur’ (2000), ‘De kleur van mijn eiland; Ideologie en schrijven in het Papiaments sinds 1863’ (2006), ‘De terreur van schaamte; Brandstof voor agressie’ (2007), ‘Geboeid door macht en onmacht; De geschiedenis van de politie op de Nederlands-Caribische eilanden’(2011) en ‘Dwarsliggers; Tegenspraak onder schaamteloos leiderschap’ (2013).
Meer over Aart G. Broek op de site