Olga Orman – Cas di biento / Doorwaaiwoning. Gedichten

VoorplatDoorwaaiwoning72OLGA ORMAN
Cas di biento / Doorwaaiwoning

Gedichten. Aruba, Nederland
Vertaling en voorwoord Fred de Haas
Gebrocheerd, 112 blz., € 17,50
maart 2015
ISBN 978-90-6265-870-1

Op 14-jarige leeftijd verliet Olga Ursinda Orman (1943) haar geboorteland Aruba om verder te studeren in Nederland. Hiermee trad zij in het voetspoor van vele andere Antilliaanse jongeren die de eilanden van hun geboorte – meestal tijdelijk verwisselden voor een studieverblijf in Nederland. In die tijd waren de zes Caribische eilanden Aruba, Curaçao, Bonaire, Sint Maarten, Sint Eustatius en Saba nog verenigd binnen het Koninkrijk der Nederlanden onder de naam Nederlandse Antillen. Na haar studie was zij jarenlang als leerkracht werkzaam op Curaçao.

De gedichten die in deze tweetalige bloemlezing zijn verzameld onder de titel Cas di biento / Doorwaaiwoning zijn voornamelijk geschreven in Nederland en voor een deel in Aruba en Curaçao. Zij stralen een grote betrokkenheid en verbondenheid uit met het wel en wee van haar geboorteland Aruba.

Haar gedichten verschenen in Bentana Habri (2004), in Met de wil elkander bij te staan (2004), in Fruta Hecho / Rijpe vruchten (2006), op de CD Cosecha / Oogst (2006), Kinderen van het heelal (2008), Symbiose tussen pen en penseel (2008), Topa ontmoet Tula (Amrit, 2012) en in de bundel Wie ik ben / Ta ken mi ta (In de Knipscheer, 2011).

Meer over Fred de Haas bij Uitgeverij In de Knipscheer

«Giselle Ecury is in dit opzicht illustratief.» – Eric Mijts en Wim Rutgers

VoorplatRodeAppel75dpiKleinOver o.a. ‘De rode appel’ van Giselle Ecury in ‘De diaspora van de identiteit’ in Ons Erfdeel, augustus 2014:
Er is in deze eeuw weer een groep auteurs ontstaan die op de ABC-eilanden en in Nederland werk van kwaliteit afleveren in het Nederlands: een nieuwe generatie Nederlands-Caribische auteurs. (…) In het werk van Giselle Ecury lezen we de dominante want steeds terugkerende thema’s als gemengde afkomst, interculturele relaties, het raadsel van de oorsprong en de zoektocht naar identiteit. We zien de steeds terugkerende dubbele setting in Nederland en het Caribisch gebied. Het perspectief ligt bij de uit dat gebied afkomstige personages. Ze vertellen hun levensverhaal in een taal die tegen het Papiaments aanleunt door het gebruik van met de eilanden gebonden specifieke woorden. Uit de thematiek vloeit een dubbelstructuur voort, waarbij verleden en heden elkaar raken en verzoend moeten worden. (…) ‘De rode appel’ (2013), is inhoudelijk opgebouwd als een tweeluik met de dubbelgeschiedenis van de twee hoofdpersonen Elisabeth en Nicki, die beiden het product zijn van een interculturele relatie, waarmee ze in het reine moeten zien te komen. Verleden en heden blijken onlosmakelijk met elkaar verbonden door een dubbele terugblik: die van Elisabeth op haar au-pairtijd als jong meisje in Zuid-Frankrijk, waarnaartoe ze na dertig jaar terugreist om opheldering te krijgen over wat er toentertijd precies gebeurd is, en vervolgens van haar vriend Nicki, die haar zijn levensverhaal over zijn Curaçaose jeugd toevertrouwt, waarna ze dat opschrijft. (…) Voorlopig [zal deze groep] hun kracht nog zoeken in eigen kring om via die positie een brug te slaan, ook al worden deze auteurs nog (te) weinig opgemerkt of hooguit weggezet in het minderhedencircuit.
Lees hier het artikel
Meer over Giselle Ecury bij Uitgeverij In de Knipscheer