«De agressie in de wereld verklaard in wonderschoon boek.» – André van Leijen

coverTyfoon8.inddOver ‘Tyfoon’ van Rob Verschuren op Trefpunt Azië, 19 mei 2018:
Zo langzamerhand krijg ik het idee dat we voor het betere boek niet meer bij de grote uitgeverijen moeten zijn. Want steeds meer bepaalt de lezer wat de schrijver schrijft. Dat is commercieel verantwoord. Het zijn juist de kleine uitgeverijen waar het borrelt en waar de schrijver bepaalt wat de lezer te lezen krijgt. En als dat een goede schrijver is, neemt hij je mee en voert je naar gebieden waar je nog nooit bent geweest. Eén zo’n schrijver is Rob Verschuren. Met zijn nieuwe roman ‘Tyfoon’ voert hij je mee naar een onbepaald land, dat veel overeenkomsten heeft met Vietnam. Maar juist door de naam van het land niet te noemen, krijgt zijn verhaal een universele betekenis. (…) In de wereld die de schrijver schept, ontmoeten we drie kinderen, twee jongens en een meisje, die een eeuwig verbond met elkaar sluiten. Dat verbond valt echter gaande het verhaal steeds meer uiteen en uiteindelijk komen de twee jongens, als ze volwassen zijn, tegen over elkaar te staan. (…) ‘Tyfoon’ is een wonderschoon boek waarin aan de hand van de levensgeschiedenis van drie kinderen, de agressie in de wereld verklaard wordt door het onvermogen elkaars taal te begrijpen. Een taal overigens, waarmee Rob Verschuren zich zo trefzeker bedient.
Lees hier en hier de recensie
Meer over ‘Tyfoon’
Meer over Rob Verschuren bij Uitgeverij In de Knipscheer

Pollmanns latere leven bleek niet minder hachelijk.

VoorplatSchertsfiguurSchertsfiguur’ van Joost Pollmann in Volkskrant Boeken, 19 mei 2018:
In vijftien tragikomische maar genadeloze verhalen beschrijft Joost Pollmann zijn verleden. Met ouders die er Duitse en katholieke voorliefdes op nahielden, en met wie het merkwaardig afliep. Pollmanns latere leven bleek niet minder hachelijk.
Meer over ‘Schertsfiguur’

«Een kleine ‘Honderd jaar eenzaamheid’.»

coverTyfoon8.inddOver ‘Tyfoon’ van Rob Verschuren op bol.com [esenco], 11 mei 2018:
‘Tyfoon’ van Rob Verschuren is een kleine ‘Honderd jaar eenzaamheid.’ Klein vanwege zijn omvang. Klein vanwege het beperkt aantal personages. Honderd jaar eenzaamheid, vanwege de drie vrienden die een leven lang worden gevolgd en o.a. door een burgeroorlog uit elkaar groeien. Honderd jaar eenzaamheid ook, omdat er in deze roman nogal wat magische dingen voorkomen. Daarmee houdt de vergelijking met Márquez’s grootse roman op. ‘Tyfoon’ is geschreven in een volkomen eigen stijl, zoals we die hebben leren kennen in Verschurens debuut, de verhalenbundel ‘Stromen die de zee niet vinden.’ Die eigen stijl kenmerkt zich door een sfeervol en zintuigelijk proza. Er is geen ontkomen aan: je ruikt de vis op de markt, en bent zelf aanwezig op die markt. Aan de vormgeving van de zinnen, het detail en de vergelijkingen valt veel te genieten. Regelmatig zijn de vergelijkingen en beschrijvingen van een poëtische schoonheid. Over een klein meisje: ‘Onder haar T-shirt tekenden spitse schouderbladen zich af als de samengevouwen vleugels van een insect.’ En dat zonder dat zij de loop van het verhaal in de weg staan. Dat komt ook omdat de ene zin heel natuurlijk de andere zin voortbrengt. Je blijft doorlezen. Binnen de roman ontwikkelt zich een onderhuidse spanning in de drie hoofdpersonages Vinh, Duc en Mai, die vroeg of laat aan de oppervlakte zal moeten komen. Die spanning is gekoppeld aan een dreigende tyfoon. Mooi vond ik de totaal onverwachte wending in de climax. In die climax wordt het motto van de roman schitterend uitgewerkt: ‘It’s hard to hold the hand of anyone who is reaching for the sky just to surrender’ (Leonard Cohen – The Stranger Song). Wanneer je ‘Tyfoon’ voor de tweede keer leest, merk je hoe doordacht hij is opgebouwd. Bijvoorbeeld: in een paar zinnen staat op pagina 12 en 13 het lot van de drie hoofdpersonages al min of meer vast. Over Mai valt er daar te lezen: ‘Ze leek op weg een van die stevige, huiselijke vrouwen te worden die als baken en reddingsboei dienen voor mannen met wilde, onbegrepen en rampzalige verlangens.’ Met die zin is de hele roman samengevat. Door de hele roman heen blijkt alles met alles te zijn verbonden. Een must voor iedereen die de stijl even belangrijk vindt als de inhoud.
Meer over ‘Tyfoon’
Meer over Rob Verschuren bij Uitgeverij In de Knipscheer

«Dit boek schreeuwt om verfilming.» – Jona Lendering

VoorplatGrunwald75Over ‘Het geheim van mevrouw Grünwald’ van Diana Tjin op Mainzer Beobachter, 15 juli 2018:
(…) Maar het is natuurlijk in de eerste plaats een roman, waarin vier verhaallijnen door elkaar lopen. Dat lijkt complexer dan het is. Om te beginnen is daar de raamvertelling over de jonge Anna, die ergens begin jaren negentig op bezoek gaat bij de stokoude mevrouw Grünwald. De laatste komt wat meer uit de verf dan de eerste, maar zij is dan ook de eigenlijke hoofdfiguur van de roman. Ook Anna heeft echter een eigen verhaal – ze komt uit een disfunctionerend gezin – dat eveneens uit de doeken wordt gedaan en dat, vanzelfsprekend, iets te maken blijkt te hebben met de wederwaardigheden van mevrouw Grünwald. De derde en meest wrange verhaallijn is hoe mevrouw Grünwald in de jaren vijftig naar Nederland kwam: een land dat in meer dan één betekenis kil was voor de nieuwkomers. (…) En tot slot is er het vierde verhaal, waar het (getuige de documentatie achterin het boek) Tjin het meest om is te doen: dat van de internering van de Duitse Surinamers. (…) Ik ga ervan uit dat wat Tjin hierover vertelt, grotendeels waar is. Bijvoorbeeld dat de detentie zeven jaar duurde: niet van mei 1940 tot mei 1945, maar tot februari 1947. Bijvoorbeeld dat de meeste Duitse Surinamers nooit in Duitsland waren geweest. (…) En bijvoorbeeld de absurditeit dat prins Bernhard, die toch ook Duitser was, in 1942 op bezoek kwam in Paramaribo. Uiteraard was de detentie onvergelijkbaar met wat er is gebeurd in de Jappenkampen en de Duitse concentratiekampen. Het aardige van de roman van Tjin is dat ze mooi toont hoe de detentie toch traumatisch kon zijn. (…) En dan moet het verblijf in Nederland nog komen, waar Grünwalds kinderen het heel moeilijk krijgen. (…) Ik kan trouwens de gedachte niet onderdrukken dat dit boek, met dat leuke contrast tussen het Suriname van de jaren veertig en het Amsterdam van 1990, ronduit schreeuwt om verfilming.
Lees hier de recensie
Meer over ‘Het geheim van mevrouw Grünwald’

«Het gedicht als eenmalige mindmap van associaties.» – Peter J.R. Vermaat

VoorplatSchoonspringer75MetRandOver ‘De schoonspringer’ van Jos van Daanen op Meander Magazine, 17 mei 2018:
Het getuigt van enige durf om te willen debuteren met één lang gedicht. Het schrijven van zeer lange gedichten is sowieso een geheel andere tak van sport dan het maken van kortere verzen. (…) Het gedicht ‘De schoonspringer’ van Jos van Daanen beschrijft de val, nee de sprong, van de hoofdpersoon, de schoonspringer, van een flatgebouw van 23 verdiepingen, waarbij ‘de film van zijn leven’ aan hemzelf, maar ook aan het hooggeëerd publiek, de jury, de lezers, wordt getoond. Op iedere verdieping van het gebouw huist een wezen of een groep mensen, van waaruit gereflecteerd wordt op de springer en vice versa. Tussendoor klinkt commentaar van de coach. (…) ‘De schoonspringer’ is minder een compositie dan een improvisatie (…). In de taal tussen afsprong van de 23ste en doodklap op de begane grond schieten de woorden als vangarmen de werkelijkheid van heden en verleden in, waarbij de gelegde verbanden even als bliksemstralen aan de hemel oplichten, maar kort daarna weer door andere vormen worden vervangen. Het gedicht als eenmalige mindmap van associaties is een keuze, een gevolg van de kijk van de dichter op de wereld om hem heen. (…) De grondvorm is een tekst met hyperlinks, waarmee tijdens het lezen van het grotere geheel de dichter via een terzijde de lezer in het oor fluistert. (…)
Lees hier de recensie
Meer over ‘De schoonspringer’
Meer over Jos van Daanen op deze site

«Een knap en geniaal poëziedebuut!» – André Oyen

VoorplatSchoonspringer75MetRandOver ‘De schoonspringer’ van Jos van Daanen op Ansiel, 29 april 2018:
(…) Iemand springt vanaf de 23ste verdieping naar beneden springt en wil de film van zijn leven zien. Vele blikken volgen ‘deze schoonspringer’ in zijn vlucht naar beneden, maar de blik van de coach is toch wel de meest analyserende. Hoe dichter ‘de schoonspringer’ bij de grond komt, hoe duidelijker de verdorvenheid van de wereld en hoe meer beelden zich in het hoofd van ‘de schoonspringer’ opstapelen, hoe meer symbolen op de lezer afstormen. Een knap en geniaal poëziedebuut!
Lees hier de recensie
Meer over ‘De schoonspringer’
Meer over Jos van Daanen op deze site

«Zeer knap en origineel verhaal.» – André Oyen

CapgrasOver ‘De blauwdruk van Capgras’ van Inge Nicole op Ansiel, 8 mei 2018:
Deze roman begint heel mysterieus. Pas na enkele hoofdstukken kan je als lezer de situatie en de personages plaatsen. De dertig korte hoofdstukjes worden steeds ingeleid met een cursief gedrukte inleiding die soms dient als smaakmaker. De roman is een perfecte combinatie van beeld en woord en biedt de lezer ook nog een zeer knap en origineel verhaal.
Lees hier en hier de recensie
Meer over ‘De blauwdruk van Capgras’
Meer over Inge Nicole bij Uitgeverij In de Knipscheer

«Eén groot woordfestijn.» – André Oyen

Kaft zondagOver ‘Katapult. Oproer in Amsterdam’ van Ton van Reen op Ansiel , 6 mei 2018:
(…) Zijn oeuvre voor de volwassen lezer speelt zich deels af in Noord-Limburg, de streek waar Van Reen opgroeide. Zijn schildering van het naoorlogse dorpsleven en katholicisme is een equivalent van wat Jan Wolkers en Maarten ’t Hart deden voor het strenge en bekrompen protestantisme van hun jeugd; bij Van Reen echter ontbreekt iedere rancune. Met de echo van zijn prachtige roman ‘Dochters’ nog in mijn hoofd, ben ik de vierde druk van zijn zwarte sprookje ‘Katapult’, dat zich afspeelt in Amsterdam, uit 1979 gaan herlezen. De zeventienjarige David Meyer schiet met een katapult een brandende scherf van de zon en zet zo hotel-restaurant Americain in de fik. Dit is de start van een flinke oproer in Amsterdam en staat letterlijk en figuurlijk in brand. (…) De fantasie die de auteur op de lezer afvuurt zit boordevol symboliek en historiek. Het boek is één groot woordfestijn dat je langzaam moet savoureren!
Lees hier en hier de recensie
Meer over ‘Katapult’
Meer over ‘Dochters’
Meer over Ton van Reen bij Uitgeverij In de Knipscheer

Joost Pollmann beschreef zijn leven in 15 stukken in ‘Schertsfiguur’

VoorplatSchertsfiguurOver ‘Schertsfiguur’ van Joost Pollmann op Paperback Radio, 9 mei 2018:
Joost Pollmann, tien jaar lang de organisator van de Stripdagen te Haarlem, ook wel de stripprofessor genoemd, schreef 15 autobiografische verhalen. Peter de Rijk sprak op Paperback Radio (9 mei- 14.00- 15.00 uur) met hem over zijn jeugd in een tijdens de oorlog ‘fout’ gezin, over Peter Pontiac, zijn als tekenaar beroemd geworden broer en de raadselachtige verdwijning van zijn vader. Ook zal zijn moeder ter sprake komen met haar ongelooflijke levensverhaal. En dat brengt nieuws, Joosts broer Peter Pontiac had immers meer oog voor het leven van zijn vader in het stripverhaal Kraut. Tragisch en komisch zullen de onderwerpen zijn die langskomen, want Pollmann ontziet zichzelf, en anderen, niet.
Luister hier naar de uitzending
Meer over ‘Schertsfiguur’

«Je zult niet gauw een Nederlands boek vinden met zulke personages.» – Cees Nooteboom

coverTyfoon8.inddOver ‘Tyfoon’ van Rob Verschuren in een e-mail aan de uitgeverijredactie, 7 mei 2018:
Je zult niet gauw een Nederlands boek vinden met zulke personages, en met een dusdanige politieke achtergrond. De ontwikkelingen zijn spannend, de schrijver is goed op de hoogte, hij vermijdt woorden als Vietcong etc. en toch kunnen we de politieke en economische achtergrond goed volgen. Aan de ene kant zie je de omgeving, en de veranderingen die daar plaats vinden duidelijk voor je, aan de andere kant heeft de roman soms de allure van een sprookje, de grot, de godin, de eilanden, dat alles geplaatst is in een niet sprookjesachtige ‘nieuwe’ maatschappij, en tenslotte het dramatische einde.
Meer over ‘Tyfoon’
Meer over Rob Verschuren bij Uitgeverij In de Knipscheer