«Een poëtisch en muzikaal monument voor drie grote Surinaamse dichters.» – Ezra de Haan

voorplatSilence75Over ‘De stilte van het ongesproken woord’ op Literatuurplein.nl, 29 augustus 2014:
De stilte voor het ongesproken woord is een poëtisch en muzikaal monument voor drie grote Surinaamse dichters. Door ook aandacht te geven aan informatie over de dichters, met name de getuigenissen die soms zeer persoonlijk zijn, krijgt de lezer meer begrip voor de impact die Dobru, Trefossa en Shrinivāsi hadden en hebben op de Surinaamse samenleving. De muzikale bewerking van de gedichten is divers als Suriname. De impact van het gezongen woord geeft een extra dimensie aan de gedichten. Niet snel vergeet je de stemmen van Raj Mohan en Julya Lo’ko. Wellicht is dit project het begin geweest van iets moois. Surinaamse dichters die voor een tweede Stilte van het ongesproken woord in aanmerking komen zijn: Jit Narain, Michaël Slory en Edgar Cairo.
Lees hier de recensie
Meer over ‘De stilte van het ongesproken woord’

«Boeiend vanwege zijn poëtische toon, de voordrachten en de muziekfragmenten van Snijders.» – Iwan Brave

Over ‘Aan de Waterkant. Rogeria Burgers praat met Michaël Slory’ in De Ware Tijd Kunst & Cultuur, 24 december 2013:
“Boos op de wereld, op het land en op al die vrouwen die maar niet met u willen zijn?”, vraagt de interviewster dan ook resumerend aan het einde van de dertig minuten. “Vooral in stamverband en groepsverband wordt er ontzettend gediscrimineerd door de Surinamers zelf,” zijn Slory’s openingswoorden. Daarmee is de toon gezet voor een verhaal over een leven vol afwijzingen en ondergewaardeerd voelen. (…) Het blijft boeiend om naar Slory te luisteren, vanwege zijn poëtische toon, de voordrachten en de muziekfragmenten van Ronald Snijders. Slory’s verstrooidheid ontroert en zorgt regelmatig voor een lach. Al met al een pijnlijk relaas van de dichter des vaderlands, wiens naam vele malen groter is dan de waardering die hij ervaart en die gewild had dat zijn liefdespoëzie meer praktijk was.

Lees hier de recensie

Meer over ‘Aan de Waterkant’

Meer over Michaël Slory

Alioum Fantouré – Tussen de keerkringen

Alioum Fantouré
Tussen de keerkringen
Oorspronkelijke titel Le cercle des tropiques
Guinee
Vertaling Maina Huisken
Afrikaanse Bibliotheek
Paperback, 280 blz.,
Eerste uitgave 1980
ISBN 90-6280-586-8

Tussen de keerkringen is het eerste boek van Alioum Fantouré, schrijver uit Guinee. Een roman waarin een individu, een volk en een staat vanaf het historische moment van de onafhankelijkheid, het groeiproces van hun bevrijding doormaken.
Alioum Fantouré is gefascineerd door de sociale en politieke machinerie van de macht en haar gewelddadige varianten. Hij beschrijft het drama van de menselijke machtswaanzin. Nauwkeurig observeert Alioum Fantouré de verwachtingen, illusies en idealen die op het scherp van de onafhankelijkheid door verschillende groepen van mensen gekoesterd worden. Zonder de lezer een oplossing te bieden, geeft Fantouré een glashelder inzicht in het gebruik en misbruik van macht.

Edgar Cairo – Adoebe Lobi / Alles tegen alles. Roman

Edgar Cairo
Adoebe Lobi / Alles tegen alles
Nederland, Suriname, roman
Paperback 244 blz.,
Eerste druk november 1977
ISBN 978 90 6265 011 2
UITVERKOCHT

Edgar Cairo (Paramaribo, 1948) heeft zich de afgelopen jaren ontwikkeld tot de belangrijkste en productiefste Caraïbische auteur in het Nederlands taalgebied.

Adoebe Lobi/Alles tegen alles, zijn tweede in de rijkdom van het Surinaams-Nederlands geschreven roman, speelt zich af in het Suriname van kort voor de onafhankelijkheid, een land vol innerlijke tegenspraak. In die gespleten wereld voert de jeugdige hoofdpersoon van de roman, Roy, zijn strijd voor persoonlijke onafhankelijkheid. Hij staat voor de maatschappelijke én persoonlijke vuurproef van het eindexamen, én voor de beslissing om, net als steeds meer van zijn landgenoten, naar Holland te vertrekken ofwel, als ‘een verziekte idealist’, in Suriname achter te blijven.
Zal Roy slagen? Zal hij blijven? En waarom? Of waarom niet?
Adoebe-Lobi betekent letterlijk ‘epileptische liefde’: de auteur kiest uiteindelijk zowel voor als tegen zijn land. Zijn roman is echter veel meer dan een ‘persoonlijk’ document. Maatschappelijke conflicten spelen er een grote rol in: de strijd tussen Creolen en Hindoestanen, de gesloten wereld van de handelaren tegen die van de maatschappijbewusten, de lichthuidigen contra de donkerhuidigen, de wrijvingen die voortkomen uit het verschil tussen rijk en arm, de positie van de vele Nederlanders van Europese afkomst.
Kortom , in Adoebe Lobi/ Alles tegen alles gaat een wereld open die uit vele werelden blijkt te bestaan.

Edgar Cairo woont in Amsterdam, waar hij theoretische literatuurwetenschap studeert. Hij is dichter, toneelschrijver en romanschrijver. Momenteel werkt hij aan een nieuwe roman.

De pers over Adoebe Lobi / Alles tegen alles:
«De publicatie van deze roman is een gebeurtenis. Dat de ‘lessen’ boeiend en beeldend gegeven worden strekt de schrijver niet alleen tot eer, hij bewijst ermee in de eerste plaats een echte schrijver te zijn. Wat kan men meer wensen! Cairo is een natuurtalent.»
(Elseviers Magazine, Tom van Ewijk)

«Een boeiend geschreven roman die je in één adem uitleest.»
(Eindhovens Dagblad, Archie Sumter)

«Een interessante roman en om literaire zowel als buitenliteraire redenen de moeite waard er kennis van te nemen.»
(Leeuwarder Courant, Ab Visser)

«Laat er geen misverstand over bestaan: Adoebe-Lobi / Alles tegen alles is door elke niet-Surinaamse Nederlander probleemloos te lezen. Hij zal verbaasd staan over de buigzaamheid van zijn taal, door de geschiedenis gekneed tot een Surinaams-Nederlandse cultuurtaal waarin Edgar Cairo overtuigend een Surinaams-Nederlandse literaire traditie inzet.»
(De Volkskrant, Jan Kees van de Werk)