«Optimistisch blijven over de toekomst, dat is het grootste mirakel van deze poëzie.» – Mario Molegraaf

Opmaak 1Over ‘Krassen’ van Chawwa Wijnberg in PZC, 13 november 2015:
Maar het plezier is er niet minder om, bij haar valt dat vooral af te lezen uit een stroom nooit vertoonde woorden. De nieuwe Van Dale stond zo trots wit in mijn kast, maar lijkt door alle vondsten van de dichteres toch een beetje verschoten. In de drie delen zoek je vergeefs naar ‘gisterzinnetje’ of ‘maandagochtendhekel’, door Chawwa Wijnberg uit het niets tevoorschijn getoverd. Er is in ‘Maandag’, een gedicht over de verstoorde illusies van zondagskinderen, ook nog sprake van maandagwind en maandagregen, van maandagochtendscholen en maandaghuilen. Tot nu toe ontbraken ons de woorden, maar wat de dichteres bedoelt herkennen we met pijn en opluchting tegelijk: zij dus ook! Moeten we nu lachen of huilen om een dag van ongerief, ‘van opgevreten muizen/ van kattenkwijl en staartverlies’ en bovendien ‘van fiets gevallen/ spaken in wiel/ en schadebrief.’ (…) ‘Spreek vrede’ is haar oproep, wapens weg. Ze wijdt zelfs een heus sonnet, ‘Zulke tijden’, aan deze heerlijke illusie, een droom van vredige tijden: ‘we strelen de voeten/ we vertellen de kinderen/ het is nooit oorlog geweest.’ Haar manier om te vechten tegen het verschrikkelijke verleden en tegen de akelige actualiteit. En dan toch optimistisch blijven over de toekomst, dat is het grootste mirakel van deze poëzie.
Lees hier de recensie
Meer over ‘Krassen’
Meer over Chawwa Wijnberg bij Uitgeverij In de Knipscheer

«Een sterke tweetalige bundel.» – André Oyen

VoorplatNicolaas75Over ‘Als de aloë sluimert / Cucuisa cabisha’ van Quito Nicolaas op Ansiel, 4 november 2015:
In deze mooie selectie bruist de geschiedenis, cultuur en levensstijl van een Caribisch volk. Het is een sterke tweetalige bundel waarin de lezer ook wordt vertrouwd gemaakt met termen als ‘landskind’ en ‘creolisering’. De woorden doordesemd van nostalgie en verlangen nemen je mee naar de spirit en schoonheid van Aruba!
Lees hier de recensie
Meer over ‘Als de aloë sluimert’

Uitnodiging presentatie van ‘Krassen’ van Chawwa Wijnberg in Amsterdam en Middelburg

Opmaak 1Op woensdagavond 28 oktober 2015 vindt om 20.00 uur in de Boekhandel Van Rossum de ‘Amsterdamse’ presentatie plaats van Krassen, de nieuwe dichtbundel van Chawwa Wijnberg. Alle maandagochtendvragen komen aan bod in deze bundel. Het volgevretene vraten en grommend grief krijgen er flink van langs. En ondanks al die emotie valt er soms een stilte. Dat kan door peilloze woede of verdriet komen, maar ook door inzicht. Het zijn haar stilste woorden die het hardst aankomen. De bundel heeft als bonus de luister-cd Minimazzel en andere verhalen.
Aan deze presentatie werken o.m. mee Janine Beulink, jazz-zangeres Mirjam van Dam en Lejo Schenk. Locatie: Boekhandel Van Rossum, Beethovenstraat 32, 1077 JH Amsterdam, Tel: 020-4707077. (Tram 5 en 24 stoppen voor de deur, bus 15 op de Stadionweg.) Inloop vanaf 19.30 uur, Aanvang 20.00 uur.

In Middelburg vindt de presentatie plaats op zondagmiddag 1 november 2015 0m 15.00 uur in Boekhandel De Drvkkery met medewerking van Mario Molegraaf, Andreas Oosthoek en Matthieu Meys (piano). Locatie: Boekhandel De Drvkkery, Markt 51, 4331 LK Middelburg, Tel: 0118 886 886. Aanvang 15.00 uur.
Toegang vrij. Meld uw komst aan op indeknipscheer@planet.nl, opdat u op de gastenlijst geplaatst kunt worden.
Meer over de ‘Amsterdamse’ presentatie
Meer over ‘Krassen’
Meer over Chawwa Wijnberg bij Uitgeverij In de Knipscheer

Quito Nicolaas leest het gedicht ‘Golven’

In aansluiting op het radio-interview met Quito Nicolaas op Amsterdam FM-radio op maandag 21 september 2015 nodigt Rob Zwetsloot Quito Nicolaas uit om een gedicht ‘op camera’ te lezen uit zijn zojuist verschenen bundels ‘Als de aloë sluimert’. De keuzze viel op het gedicht ‘Golven’.
Luister hier naar de uitzending
Meer over Quito Nicolaas bij Uitgeverij In de Knipscheer

W.A. Jonker – Kijkgaten naar binnen. Geïllustreerde gedichten

VoorplatPimJonker75W.A. Jonker
Kijkgaten naar binnen
Geïllustreerde gedichten

Nederland
Paperback, royaal formaat, 70 blz., € 16,50
ISBN 978-90-6265-903-6
december 2015

W.A. (Pim) Jonker (1955) debuteerde met de geïllustreerde gedichtenbundel Schuld (1986). Tevens publiceerde hij gedichten in Maatstaf en in de Volkskrant. Na afgestudeerd te zijn aan de Academie voor beeldende kunsten te Arnhem koos hij voor een organisatorische loopbaan naast zijn kunstenaarschap. Zo was hij, onder andere, parttime programmeur bij de Balie, artistiek leider van de Brakke Grond en directeur van het poppodium Het Paard van Troje in Den Haag. Driemaal stelde W.A. Jonker, halverwege de jaren negentig, de geruchtmakende, underground tentoonstellingen samen van het festival Triple X. Jarenlang was hij lid van de Amsterdamse Kunstraad en de adviescommissie Cultuur en Cultuurhistorie Noord Holland.

Kenmerkend voor zijn beeldende kunst en gedichten is zijn schijnbare, maar goed overwogen, nonchalance. Typerend voor hem zijn de sporen die nagelaten worden: de vlekken, typex, het gat van de punaise, geen leestekens, hoofdletters alleen bij namen en rijm bij toeval. Dat kan als provocerend opgevat worden. Al ligt dat weer aan de toeschouwer. W.A. Jonker laat het aan hem of haar over en biedt overal ruimte om zélf verbanden te gaan leggen. Dat kan die tussen beeld en taal zijn, maar ook tussen regels die, dan weer op de ene, dan weer op de andere wijze, een combinatie kunnen vormen. Juist het schetsmatige, onaffe, schurende, trekt hem aan, het spontane dat ontstaat door te experimenteren. Het levert altijd verrassende gedichten en tekeningen op die iets van de toeschouwer of lezer verwachten. Voor welk standpunt of associatie wordt er gekozen? Is er sprake van humor of cynisme of moet het als uiterst serieus worden opgevat? Misschien helpt Jonkers’ uitspraak: ‘Tekenen en schrijven zijn hetzelfde alleen anders.’

Kijkgaten naar binnen is een dichtbundel met illustraties die het moet hebben van invallen, intimiteiten, slordige collages, readymades en flarden van songteksten en bestaande gedichten. In twee delen: ‘Hotel’ en ‘Onderweg’. Daar waar je aankomt en tijdelijk verblijft en het onderweg zijn. Momentopnamen in een leven die wijzen op invulbaarheid. Want wat gaat er gebeuren of waar kom je vandaan? Dat zijn de vragen die in deze bundel mogelijk beantwoord worden.
Meer over ‘Kijkgaten naar binnen’

Chawwa Wijnberg – Krassen. Gedichten + cd Minimazzel en andere verhalen

Opmaak 1Chawwa Wijnberg
Krassen. Gedichten + cd Minimazzel en andere verhalen

Nederland
Paperback, 64 blz. + cd (51:57), € 19,50
ISBN 978-90-6265-898-5
1 november 2015

Het schreeuwen tegen dove oren, het zingen in de tegenwind, dat zijn de ‘kleine’ krassen die Chawwa Wijnbergs gedichten vormen. De reden ervoor is divers. Het kan haar ‘schrikvoorraad’ betreffen, maar kan ook een ‘verstapje’ zijn. Vaker echter zijn het grotere problemen als vluchtelingenstromen, oorlog of de aanslagen door Haatman.
Speels en kritisch was Chawwa Wijnberg altijd al en ook haar helderheid en humor heeft ze behouden, Krassen biedt echter ook een stroom aan nieuwe woorden. ‘Wijnbergs’ klinkt door in vrijwel al haar gedichten. Zesbaanshaast, nulzessen, gisterzon, taalvlees het zijn woorden die naadloos aansluiten bij onze snoerloze tijden. Alle maandagochtendvragen komen aan bod in deze bundel. Het volgevretene vraten en grommend grief krijgen er flink van langs. En ondanks al die emotie valt er soms een stilte. Dat kan door peilloze woede of verdriet komen, maar ook door inzicht. Het zijn haar stilste woorden die het hardst aankomen.

Als tijd vloeibaar was
en het nu
een hek op de weg
zo stil werd het

De cd bevat Minimazzel en andere verhalen bevat 5 verhalen: Elizabeth, De minimazzel, Het vlekjesbeest, Fiona de bosfaun, Ma Fladderkip. Chawwa Wijnberg (1942) is beeldend kunstenaar en dichter en woont in Middelburg. Zij was als joods kind een onderduikkind. Haar vader zat in het verzet en werd in de oorlog door de Duitsers gefusilleerd. Zij debuteerde in 1989 met Aan mij is niets te zien. Over haar vorige bundel Nachtvlinders door het kattenluik (2012) schreef Mario Molegraaf: ‘De begaafdste dichter die vandaag de dag op Zeeuwse bodem rondloopt’ en de Provinciale Zeeuwse Courant: ‘Wijnberg kiest, zoals altijd, haar eigen benadering. Niet zwaarwichtig, maar ogenschijnlijk luchthartig en vlinderachtig en tegelijkertijd intens en trefzeker.’ Krassen is haar zevende bundel.
Meer over ‘Krassen’
Meer over Chawwa Wijnberg bij Uitgeverij In de Knipscheer

Quito Nicolaas – Als de aloë sluimert. Gedichten

VoorplatNicolaas75Quito Nicolaas
Als de aloë sluimert / Cucuisa cabisha. Gedichten

Aruba / Nederland
Tweetalig Nederlands-Papiaments
Keuze, inleiding en vertaling Fred de Haas
Paperback, 152 blz. € 18,50
Presentatie 13 september 2015
ISBN 978-90-6265-894-7

Quito Nicolaas (San Nicolas, Aruba, 1955) vertrekt in 1972 naar Nederland om er Cultureel werk, Politicologie en Internationaal recht te gaan studeren. Hij debuteert als dichter in 1980 met het gedicht ‘E Dia di Mañan’ in Kontakto Antiyano. Na zijn studie keert hij in 1981 voor enkele jaren terug naar Aruba (waar hij de politieke aanloop naar de Status Aparte van Aruba meemaakt) om zich in 1984 definitief te vestigen in Nederland. Sindsdien werkt hij, eerst vooral als essayist, later als dichter en prozaschrijver aan een omvangrijk literair oeuvre, voor het merendeel in het Papiaments. In 2001 is hij een van de initiatiefnemers van de in 2003 opgerichte schrijversgroep Simia Literario.

Hoewel Quito Nicolaas niet de ambitie heeft om de geschiedenis in te gaan als ‘politiek’ dichter, zijn de echo’s van politieke en sociale ontwikkelingen in zijn geboorteland in zijn poëzie luid en duidelijk. Zijn gedichten ademen behalve vreugde over de autonome status c.q. de afscheiding van Curaçao en de speciale band met Nederland, ook nauw verhulde wanhoop over de kwaliteit van het politieke en sociale beleid van de opeenvolgende Arubaanse regeringen. Fred de Haas maakte een thematische keuze van 42 gedichten uit 5 van Nicolaas’ Papiamentstalige bundels en vertaalde ze naar het Nederlands onder de titel Als de aloë sluimert. De inhoud van de gedichten geeft er blijk van dat de auteur de gebeurtenissen op zijn geboorte-eiland nauwlettend heeft gevolgd en nog steeds volgt.

‘Het bijzondere van deze selectie is dat de lezer iets meer te weten komt van de geschiedenis, cultuur en levensstijl van een Caribisch volk, dat, ofschoon verbonden met de geest van Europa, niet zonder meer aansluiting heeft met de Europese manier van denken en voelen’, aldus Quito Nicolaas in zijn Woord Vooraf

Meer over ‘Als de aloë sluimert’

«Hij weet zijn eigen stem tot klinken te brengen: cerebraal en lyrisch tegelijk.» – Johan Reijmerink

VoorplatKromzang75Over ‘Kromzang‘ van Stefaan van den Bremt op MeanderMagazine, 14 juli 2015:
Stefaan van den Bremt toont zich in zijn nieuwste bundel Kromzang een belezen dichter die niet geheimzinnig doet over de bronnen die hem inspireren, of dat nu een lied van Bertolt Brecht of een tekst van Octavio Paz is. Zijn oriëntatie reikt over verschillende taalgebieden en literaturen heen. (…) Hij weet zijn persoonlijke herinneringen en lees- en kijkervaringen in wetenschap, kunst en natuur op een heldere wijze onder de woorden te krijgen. Van den Bremt is een dichter die met zo min mogelijk woorden probeert de ongrijpbaarheid van een niet te beredeneren herinneren en weten te vangen. (…) In de derde afdeling ‘Oude liedjes zingen krom’ passeren soms pijnlijke jeugdherinneringen die zich niet laten uitwissen. De liedjes van Van den Bremt liegen er niet om. Ze getuigen van verlies, verdriet, hang naar een genegenheid met mensen die hij toentertijd niet kon omvatten en begrijpen. Nu hij verder op zijn levensweg gevorderd is, kan hij net als Kierkegaard de gebeurtenissen achterwaarts begrijpen. (…) Zijn intentie om structuur te geven aan zijn bundels ontneemt hem niet de kans om open te staan voor wat hem toevalt. De traditie houdt hij sterk in ere. Desondanks weet hij zijn eigen stem tot klinken te brengen: cerebraal en lyrisch tegelijk. Zijn taal is helder van zegging met soms verrassende beelden. Ik vond het een leerzame en aangename kennismaking met deze rijke poëzie.
Lees hier de recensie
Meer over ‘Kromzang’
Meer over Stefaan van de Bremt bij Uitgeverij In de Knipscheer

«Ghandi zou in njai Katinem een medestander hebben gezien.» – Levity Peters

VoorplatAgerbeekRoodenWitOver ‘Rood en wit met blauw’ van Barney Agerbeek op MeanderMagazine, 7 juli 2015:
De Indo is de bastaard van Indonesië, de halfbloed, de Indo-Europeaan. Rood en wit zijn de kleuren van de Indonesische vlag. Vandaar de titel: Rood en wit met blauw, waarin de toevoeging met blauw de Nederlandse vlag toont. (…) Agerbeek en zijn ouders waren bannelingen. De poëzie van Agerbeek is doordrongen van het besef van gevangenschap in een lot dat je nooit verkozen hebt. (…) Het lijkt een niet aflatende boosheid te zijn van Agerbeek, dat het menselijke wordt geofferd aan het materiële. (…) Rood en wit met blauw is een prachtig uitgegeven bundel, subliem vormgegeven door Gracia Khouw en rijk geïllustreerd met werk van een groot aantal kunstenaars, en niet de kleinste.
Lees hier de recensie
Meer over ‘Rood en wit met blauw’
Meer over Barney Agerbeek bij Uitgeverij In de Knipscheer

«Aangenaam verrast door ‘Cas di biento’.» – Wim Rutgers

VoorplatDoorwaaiwoning72Over ‘Cas di biento / Doorwaaiwoning’ van Olga Orman in Antilliaans Dagblad, 11 juni 2015:
(…) Een uitgave met 28 gedichten, verdeeld over vier afdelingen, die in het Nederlands vertaald of misschien beter gezegd ‘hertaald’ werden door Fred de Haas die ook de inleiding en noodzakelijke aantekeningen verzorgde. Wie het werk van Olga Orman de laatste jaren heeft bijgehouden, door middel van de diverse publicaties, zal aangenaam verrast worden door ‘Cas di biento’ waarin het werk van de dichteres zich in de context van een complete bundel vervolledigt en verdiept. (…) De inhoud kan met de modeterm ‘identiteitspoëzie’ gekarakteriseerd worden. In de tien gedichten van Cas di biento / Doorwaaiwoning in de eerste afdeling ‘mijn land, mijn taal’ gaat Olga Orman terug naar haar wortels en geeft ze haar visie en standpunt op taalterrein waarbij ze, terugdenkend aan haar jeugd en haar ouders, haar moedertaal Papiamento en haar eiland in verleden en heden verdedigt en verheerlijkt. In de tweede afdeling ‘Onderweg’ met zes gedichten verinnerlijkt zich haar zoektocht, zoals in het slotgedicht van deze afdeling, in de vertaling van Fred de Haas: ‘Reisverhaal // Ik vertel zoveel verhalen / zing, verzin, vertel verhalen, welk verhaal blijf ik herhalen, / aldoor zingen en verhalen, / rij aan rij? / dat is het reisverhaal / van MIJ!’. (p. 63) In de vijf gedichten in de derde afdeling, zijn ‘Leven en dood’ een onvermijdbare ‘tweelingdracht / van dag en nacht en / tweezaam vormgegeven’, waarna de laatste groep van zeven gedichten verzameld onder de titel ‘bloeiend leven’ harmonie uitdrukt van de mens in de eilandelijke natuur en vooral de mens met zichzelf in zijn bestaan. Zo geeft de hele bundel een compositie waarin de ‘dichter-ik’ een weg zoekt in de ruimte, ten opzichte van het geboorteland en de moedertaal, en de tijd die de mens gegeven is te leven en van dat leven ten volle te genieten.(…)
Lees hierhier de recensie of in Antilliaans Dagblad
Meer over Olga Orman bij Uitgeverij In de Knipscheer