Over ‘De rode kimono’ van Peter Andriesse op Literatuurplein.nl, 23 augustus 2014:
Peter Andriesse (1941) is terug van weg geweest. (…) Andriesse schrijft nog steeds zoals ik dat van hem gewend was: leesbaar, realistisch en herkenbaar. (…) Met een overvloed aan details, alsof het gisteren gebeurde, schetst hij het leven aan boord. (…) Voor hen die de reis van Indonesië naar Nederland nog per passagiersschip gemaakt hebben, moet de roman een voortdurend déjà vu gevoel oproepen. ‘De rode kimono’ is een boek vol nostalgie in uiterst helder proza geschreven. Peter Andriesse heeft de zwarte kunst nog niet verleerd. Moeiteloos stapt hij, ondanks zijn leeftijd, in de denkwereld van een dertienjarige. Eigenlijk komt de erotiek, die we uit eerdere verhalen en romans van hem kennen, samen met zijn Indisch jeugdsentiment. Het levert een boek op dat moeiteloos standhoudt tussen zijn andere ‘Indische’ boeken.
Lees hier de recensie
Meer over ‘De rode kimono’
Tag: Reina Prinsen Geerligsprijs
«De lezer verveelt zich geen moment.» – E. Mutter
Over ‘De rode kimono’ van Peter Andriesse voor NBD/Biblion, 5 augustus 2014:
Deze roman vertelt hij over Erik (13), die vanuit Sumatra naar Holland wordt gestuurd om naar de middelbare school te gaan. Hij wordt op de Willem Ruys onder de hoede gesteld van het echtpaar Vonk. Pamela Vonk, een jonge Indische vrouw, zoekt aan boord fysieke toenadering tot Erik. Deze ontwikkelt na enige aarzeling, een diepe genegenheid voor haar. In Holland komt hij in de kost bij een tante in een klein dorpje in de Achterhoek. Erik ervaart de overgang van het luxe leven aan boord naar het kille, armoedige leven bij zijn tante als een cultuurschok. Zijn eenzaamheid wordt verergerd door het grote verschil tussen het vrije leven in de tropen en het troosteloze leven in de Achterhoek. Andriesse vertelt dit verhaal over een jongeman die op de drempel staat van volwassenheid, op meeslepende wijze. Zijn stijl is beeldend en helder.
Lees hier de recensie
Meer over ‘De rode kimono’
«Knap werk.» – Jill Stolk
Over ‘De rode kimono’ van Peter Andriesse in Den Haag Centraal, 13 juni 2014:
In 1954 vaart de dertienjarige Erik op de ‘Willem Ruys’ van Sumatra naar Nederland, waar hij na de zomervakantie naar de HBS zal gaan. Tijdens de bootreis doet zijn jonge ‘pleegmoeder’, de Indische mevrouw Vonk, een dringend appèl op Eriks ontluikende seksualiteit. (…) Andriesse vertelt zijn 229 bladzijden tellende verhaal in een flow. Het leven van de puberjongen Erik wordt minutieus gebracht, maar er is geen moment van traagheid, het wordt nergens saai. De toon van deze auteur is ingehouden en tegelijkertijd wordt er emotie overgebracht.
Lees hier de recensie
Meer over ‘De rode kimono’
«Een heel sterke en prachtige geschreven roman.» – André Oyen
Over ‘De rode kimono’ van Peter Andriesse op iedereenleest.be, 2 mei 2014:
De rode kimono is een coming of age-roman over een ontheemde jongen die tussen twee werelden balanceert, die van Nederlands-Indië en die van het moederland Nederland. In zijn succesvolle bundel Koude Sambal schreef Peter Andriesse reeds eerder over zijn eigen verblijf vanaf zijn negende jaar op Sumatra, en in het bijzonder het internaat waar hij schoolging. In De rode kimono keert de dertienjarige Erik in 1954 met het schip de ‘Willem Ruys’ terug naar Holland om naar de middelbare school te gaan. (…) Het is de schrille overgang van de tropen en de overdadige luxe van een passagiersschip naar de kille Achterhoekse arbeiderswoning die door Andriesse zonder overdrijvingen in klare taal wordt neergezet. Hij tekent ontzettend mooi de eenzaamheid van de jongen, die na zijn verblijf in de tropen moeilijk kan wennen in het troosteloze oord. Ook kan hij moeilijk contacten leggen met de Nederlandse jongens. Hij voelt zich daardoor nog eenzamer. (…) De rode kimono is een heel sterke en prachtige geschreven roman, waarin de schrijver zich helemaal kan inleven in de leef- én gedachtewereld van een dertienjarige die in de knoop ligt met gedachten rond goed en kwaad, maar die zijn vleselijke verlangens niet onder controle kan houden.
Lees hier de recensie of (uitgebreider) hier]
Ernst Jansz in Letterij op 24 april 2014
Letterij, het programma met schrijvers in de Pletterij, heeft op 24 april als overkoepelende titel ‘De Overkant’, en presenteert de bezoeker drie schrijvers: voor de pauze Roni Klinkhamer en Peter Andriesse en na de pauze Ernst Jansz.
Roni Klinkhamer is als schrijver met ‘Murphy Slaughter’ een late debutant. In dit romandebuut is Murphy Slaughter onderweg naar zijn overkant, van ‘Hardland’ naar ‘Hartland’. Ooit werd Roni Klinkhamer in Muziekkrant OOR genomineerd als tip van het jaar en ooit mocht ze als een van de winnaars van een radioprijs in Paradiso optreden met Doe Maar.
Peter Andriesse ontving al op 24-jarige leeftijd in 1965 een eervolle vermelding van de jury van de Reina Prinsen Geerligsprijs voor zijn verhalen. Hij verhuisde als 9-jarige jongen met zijn ouders naar Sumatra en zat daar 4 jaar op een internaat. Voor hem is Nederland ‘de overkant’, waar hij naar terugverlangt. Op 24 april verschijnt van hem na een adempauze van 20 jaar een nieuwe roman, ‘De rode kimono’, die letterlijk de overtocht van een puber naar Nederland tot onderwerp heeft. De reis op de Willem Ruys markeert zijn seksuele ontwaken en de stap naar vroege volwassenheid.
Ernst Jansz is vooral bekend als muzikant (CCC Inc., Doe Maar). Hij debuteerde als schrijver in 1983 met de novelle ‘Gideons droom’ (zojuist heruitgegeven in een uitgebreide editie) in 1985 gevolgd door de alom geprezen roman ‘De Overkant’, een zoektocht naar zijn overleden Indische vader. In 2006 verscheen de autobiografische roman ‘Molenbeekstraat’ en in 2010 zijn romaneske verslag in brieven over zijn vertaalarbeid van twaalf songs van Bob Dylan in ‘Dromen van Johanna’, waarin hij en passant onthult over wie Dylans lied ‘Red River Shore’ gaat. Uiteraard komt ook zijn theatertournee voor komend najaar met ‘Gideons droom en andere Indische sprookjes’ ter sprake.
De avond wordt gepresenteerd door Franc Knipscheer, de gesprekken met de auteurs worden gevoerd door Peter de Rijk.
Locatie: Pletterij, Lange Herenvest 122, Haarlem. Aanvang: 20.00 uur. Zaal open: 19.30 uur. Toegang 5 euro.
Vooraf reserveren op: reserveren@pletterij.nl of 023 542 3540.
Meer over ‘Murphy Slaughter’
Meer over ‘De rode kimono’
Meer over ‘Gideons droom’
Peter Andriesse – De rode kimono. Roman
PETER ANDRIESSE
De rode kimono
Roman
Nederland – Nederlands-Indië
genaaid gebrocheerd, 232 blz., e 17,50
april 2014
ISBN 978-90-6265-853-4
In De rode kimono keert de dertienjarige Erik in 1954 met de ‘Willem Ruys’ terug naar Holland om naar de middelbare school te gaan. In beeldende stijl beschrijft Andriesse de bootreis naar Nederland en zijn aankomst in het dorp in de Achterhoek waar hij voordien gewoond heeft. Daar komt hij, samen met zijn oudere broer die eerder terugkeerde, bij zijn tante in de kost. Het is de schrille overgang van de tropen en de overdadige luxe van een passagiersschip naar de kille Achterhoekse arbeiderswoning die door Andriesse zonder overdrijvingen in klare taal wordt neergezet. Hierin toont hij zijn meesterschap als verteller.
De rode kimono geeft een beeld van een eenzame jongen die zich nergens meer thuisvoelt. Noch op Sumatra waar hij zijn ouders moet achterlaten, noch in de Achterhoek waar hij terugkeert. Tijdens de duur van de bootreis ontdekt hij zijn ontluikende seksualiteit in de steeds intiemer wordende relatie met zijn tijdelijke pleegmoeder, de jonge half-Indische mevrouw Vonk. Haar lichamelijke toenadering wordt door de schuchtere jongen aanvankelijk als een bedreiging ervaren, maar gaandeweg vat hij een diepgaande genegenheid voor haar op.
De rode kimono is een coming of age-roman over een ontheemde jongen, geschreven in dezelfde geserreerde stijl als waarin Andriesse uitblonk in zijn succesvolle bundel Koude Sambal, waarin hij zijn verblijf vanaf zijn negende jaar op Sumatra, en in het bijzonder het internaat waar hij schoolging, beschreef.
Peter Andriese (1941) heeft een 15-tal verhalenbundels, novellen en romans op zijn naam staan. De jury van de Reina Prinsen Geerligsprijs gaf hem in 1965, vier jaar vóór de publicatie van zijn debuutbundel Verboden te jodelen, al een eervolle vermelding voor de verhalen die hij in literaire tijdschriften had gepubliceerd. Andriesse was medewerker van Propria Cures van 1969 tot 1979. Andriesses succesvolste roman, is zijn meermalen herdrukte gepersifleerde dokters- en tevens sleutelroman uit 1971, Zuster Belinda en het geheime leven van Dr. Dushkind, waarin alle opgevoerde personages genoemd zijn naar meer en minder bekende sigarettenmerken.
Over zijn Indische jeugdverhalen Koude sambal (1978, 1990):.
«Het is erg moeilijk om je achteraf in te leven in de manier waarop je als kind de dingen beleefde. Peter Andriesse is daar naar mijn mening erg goed in geslaagd. De verhalen hebben een natuurlijk einde, er zijn géén stijlbloempjes en geen gedachten van de volwassene achteraf. Kortom, het is een voortreffelijke bundel.» – Hans Vervoort
«Maar het was vooral de verhalenbundel Koude Sambal die mij een paar verrassingen heeft bereid. (…) Het decor van Andriesses verhalen is ook de Oostkust van Sumatra: de oliepalm-onderneming waar zijn vader werkte, de kostschool waarop hij kort na de oorlog een aantal jaren doorbracht. Die kostschool ken ik: ik ben er zelf ook op geweest.» – Rudy Kousbroek in NRC Handelsblad
«Geen franje of verduisteren of mooi doen. (…) uiterst versoberde jeugdherinneringen. (…) een boekje dat in onze Indische literatuur op zichzelf al interessant is, omdat het speelt in een tijd toen er niet meer zoveel Nederlanders waren, zeker geen kinderen.» – Hans Warren in PZC
Meer over ‘De rode kimono’
Leon de Winter – De (ver)wording van de jongere Dürer
LEON DE WINTER
De (ver)wording van de jongere Dürer.
Nederland, Roman
Gebonden, 212 blz., € 15,75
ISBN 90-6265-465-7
Zesde editie, eerste druk 1999
De hoofdpersoon van De (ver)wording van de jongere Dürer is een intelligente, net volwassen geworden jongeman, die door opvoeding en milieu niet tot ontplooiing is kunnen komen. Het boek begint als hij vrijkomt uit de jeugdgevangenis, waar hij twee maanden heeft gezeten voor het stelen van een taxi. In de gevangenisbibliotheek is hij zich voor het eerst bewust geworden van zijn gevoelens, waarbij de werken van de Romantici een krachtige invloed uitoefenden. Zijn, met name aan Jozef von Eichendorff’s Aus dem Leben eines Taugenichts ontleende, termen blijken echter niet geschikt om zijn ervaringen en relaties in de `vrije wereld’ voor zichzelf te verwoorden. Er ontstaat een conflict tussen wat Handke de Buitenwereld en de Binnenwereld noemt, een noodlottig conflict dat hem uiteindelijk terugbrengt tot wat hij in het begin was: een wezen zonder macht over het woord, een dier. De vraag die overblijft is of dit laatste wording of verwording genoemd moet worden.
De (ver)wording van de jongere Dürer is vooral een zeer eigentijdse roman die, zonder ook maar even modieus of aan actualiteit gebonden te zijn, een indringend beeld geeft van het leven op de grens van de volwassenheid, op de drempel van de jaren tachtig, in de buitenwijken van een grote stad, waarin eenzaamheid, onleefbaarheid, werkeloosheid en jeugdcriminaliteit al bijna vertrouwde problemen zijn.
De pers over De (ver)wording van de jongere Dürer
«De lezer, die in het begin nog moeite wil doen om in Dürers huid te kruipen, lukt dat steeds minder naarmate het boek vordert. Hij raakt steeds verder van Dürer weg, maar begrijpt hem steeds beter, ziet hem steeds helderder. Dat achteruit lopen met de camera tijdens het leesproces loopt parallel met Dürers steeds groter wordende afstand ten opzichte van de wereld, zijn steeds groter wordende vereenzaming: de vorm is zelf de inhoud.» – Vrij Nederland, Doeschka Meijsing
«Zowel naar vorm als naar inhoud is De (ver)wording van de jongere Dürer een verrassend boek. Om met de vorm te beginnen: in de eerste helft van het boek is de schrijver de alleswetende verteller; hij weet wat er in de hoofdpersoon, de 19-jarige werkloze jongere Dürer, omgaat en is volledig op de hoogte van diens gaan en staan. Halverwege het boek evenwel lijkt Dürer uit het beeld te zweven; de schrijver verliest hem soms geheel uit het oog en moet dan afgaan op getuigenverklaringen en op Dürers dagboeknotities om de stappen en de gedachten van Dürer te reconstrueren. Dürer, met andere woorden, heeft zich van zijn schepper losgerukt, een vormkwestie die, zoals zal blijken, alles met de inhoud van dit opmerkelijke boek te maken heeft… Het lijdt geen twijfel dat De (ver)wording van de jongere Dürer een van de beste romandebuten van de laatste tijd genoemd mag worden. Leon de Winter heeft kans gezien op literaire wijze vorm en inhoud te geven aan een zeer eigentijdse problematiek (die in de grond zo eigentijds niet is of hij is van alle tijden) zonder in modieus gedoe te vervallen. Het boek is een knap signalement van wat er mis is in onze maatschappij.» – Het Vrije Volk, Frank van Dijl
«Het is niet alleen de probleemstelling (hoe reageert een werkloze jongere uit een milieu dat geen gedachten en geen woorden heeft, op een als bedrieglijk en ondoorzichtig ervaren werkelijkheid) die dit boek tot een origineel en zelfs gedurfd werkstuk maakt. het heeft een dimensie meer dan die van het verhalen van een actueel gegeven; in wezen gaat het over de verbijsterende discrepantie tussen menselijk denken, menselijke taal, en wat er gebeurt.» – Bzzletin, Hella Haasse
«Een boeiend geschreven roman, knap van stijl en psychologie, met een even hedendaagse als belangwekkende thematiek.» – juryrapport Reina Prinsen Geerligsprijs 1979.