Over ‘Oscar Benton – I’m Back’ van Mees en Roel van Dalen in VPRO Gids nr. 8, 20 februari 2021:
(…) Een broze man met dunne grijze haren stiefelt achter een rollator door een verpleeghuis. Hij bestelt een vruchtensapje. Even later haakt hij in bij zijn hoogbejaarde huisgenoten en deint mee op ‘Het kleine café aan de haven’. Weinig verraadt hier dat we te maken hebben met een voormalig podiumbeest, iemand die ooit begeleid werd door bodyguards de bühne opkwam. (…) Eind jaren zestig, begin jaren zeventig maakt hij furore met zijn Oscar Benton Blues Band, die belangrijke (Chicago-)bluesplaten aflevert en waar bluesband Barrelhouse uit voortkomt. Hij krijgt een plek in de Dutch Blues Hall of Fame, maast mensen als Harry Muskee, Rob Hoeke en Eelco Gelling. De Haarlemmer is gezegend met een schuurpapieren stem die zich ergens tussen die van Tom Waits, Van Morrison en Joe Cocker bevindt. Begin jaren tachtig scoort hij een merkwaardige wereldhit – hier over het hoofd gezien. (…) In 2006 valt hij na overmatig drankgebruik thuis van de trap. Hij komt terecht op de punt van een tafel, die zich dwars door zijn schedel boort. Met zwaar hersenletsel ontwaakt hij uit een coma en na het ziekenhuis belandt hij in verzorgingstehuis Velserduin in IJmuiden, waar hij anoniem en hulpbehoevend zijn dagen slijt. Gelukkig voor hem zijn daar nog zijn ex-vrouw, een vriendin en de broers Guus en Johnny Laporte, gitaristen met wie Benton jarenlang speelde, die zich opwerpen als mantelzorgers. (…)
2Doc: Oscar Benton – I’m Back, dinsdag 23 februari 2021, NPO 2, 22.40-0.05 uur
Lees hier verder
Meer over ‘De zeven levens van Oscar Benton’
Meer over Peter Bruyn bij Uitgeverij In de Knipscheer
Tag: Rob Hoeke
Arti Kraaijeveld † 1 mei 2018
Begin september 2010 kreeg ik een mailtje van Frank Kraaijeveld, dat de Bintangs in 2011 50 jaar zouden bestaan, dat hij een uitgever zocht om ter gelegenheid daarvan een boek te maken. En omdat hij mijn in 1997 overleden broer Jos Knipscheer had gekend dacht hij dat In de Knipscheer wel eens geïnteresseerd zou kunnen zijn.
Mijn broer Jos en ik begonnen in 1976 een literaire uitgeverij. Eind 1978 o.a. versterkt met mijn partner in leven en werk Anja Brandse. Jos was eind jaren zestig en in de jaren zeventig popjournalist en schreef vanaf de oprichting met regelmaat voor Muziekkrant Oor. En ook ik schreef in 1976, 1977 een paar stukken voor Oor. Maar als je een boekenuitgeverij begint, kun je andere zaken en hobby’s wel vergeten. Dus dat was het einde van ons beider werk voor o.a. Oor. Maar goed, Jos schreef o.a. dus ook over de Bintangs en later nog over Circus Kraaijeveld. Jos was net als Frank Kraaijeveld een grote fan van de Indiaanse muzikant Link Wray en ook onder de indruk van diens producer Steve Verocca met wie later de Bintangs in 1975 ‘Genuine Bull’ zouden opnemen. Volgens Frank is Jos daarvoor zelfs mee geweest naar de Rockfield Studios in Wales.
Grappig genoeg ben ik dan weer een paar keer thuis op bezoek geweest bij mijn leeftijdgenoot Arti Kraaijeveld. Dat moet begin jaren ’70 geweest zijn. Mijn toenmalige vrouw Loes werkte in die jaren met Arti’s vrouw in een Bruna boekhandel in Amsterdam. Ik vond dat natuurlijk wel spannend, want Loes kwam uit deze contreien (Kennemerland en de IJmond), en we waren in onze verkeringstijd vanaf 1966 in deze regio met enige regelmaat naar lokaal gevierde bandjes gaan kijken zoals Rob Hoeke en ook de Bintangs, want op mijn netvlies staat nog het beeld geëtst van Arti met lang haar in een lange jas die zijn onnavolgbare soli met zijn rug naar het publiek toe speelde.
Dat boek is er gekomen: ‘Bintangs Fifty Fifty’ en twee jaar later nog een tweede Bintangsboek: ‘Rhythm & Rhyme’. Maar Arti zat al decennialang in Spanje en heb ik nooit meer gezien.
franc knipscheer
Nog een keer Travelling in the USA (2016)
Meer over Frank Kraaijeveld en Bintangs bij Uitgeverij In de Knipscheer