«‘Schutkleur’ van Bernadette Heiligers is een typisch moderne lokale roman.» – Brede Kristensen

VoorplatSchutkleur_Opmaak 1.qxdOver ‘Schutkleur’ van Bernadette Heiligers in Ñapa (Amigoe), 7 november 2015:
Daarover gaat het boek, over al die in wezen onzinnige dingen waarvan we last hebben en die ons nopen een schutkleur aan te nemen. Over de gevolgen daarvan. Argwaan, achterdocht, vooroordelen en vetes. En niet te vergeten over onzinnigheden die het functioneren van bijvoorbeeld het overheidsapparaat blokkeren. (…) De roman van Heiligers biedt in feite een hilarisch beeld van al deze interculturele ongemakken waar Curaçao zo vol van is. Curaçao-Nederland, zwart-wit, arm-rijk. (…) De roman is compact geschreven en wisselt regelmatig van perspectief zonder dat het ook maar een moment storend is. Qua compositie staat het als een huis. Een plot is er eigenlijk niet. Toch is er spanning. Het boek leest als een verzameling puzzelstukjes die gaandeweg ingenieus in elkaar worden geschoven.
Lees hier de recensie
Meer over ‘Schutkleur’
Meer over Bernadette Heiligers bij Uitgeverij In de Knipscheer

«Mooi maar ook messcherp proza.» – André Oyen

VoorplatSchutkleur_Opmaak 1.qxdOver ‘Schutkleur’ van Bernadette Heiligers op Ansiel, 4 november 2015:
Het hoofdpersonage Corine wordt gevraagd om een vriendenboek samen te stellen voor haar neef Harold, die met pensioen gaat en met wie ze nooit de beste vriendjes was. (…) Corine tracht zich neutraal op te stellen tegenover de gevoeligheden van mensen van verschillende achtergronden, die ze voor het vriendenboek gaat interviewen, maar wordt wel buiten haar wil in pijnlijke zaken betrokken. Door dat vriendenboek komen er ook dingen aan het licht die het leven van Harold en de hele aanverwante familie wel in een ander daglicht stelt. Het opzoekwerk van Corine laat schaduwen van het verleden herleven ook al had ze die voorgoed achter zich willen laten. In mooi maar ook messcherp proza schetst de auteur de (…) gemeenschappen van Curaçao.
Lees hier de recensie
Meer over ‘Schutkleur’
Meer over Bernadette Heiligers bij Uitgeverij In de Knipscheer

«Een zorgvuldig verteld, eerlijk en betrokken romandebuut met een prachtige literaire structuurvondst.» – Wim Rutgers

VoorplatSchutkleur_Opmaak 1.qxdOver ‘Schutkleur’ door Bernadette Heiligers in Antilliaans Dagblad, vrijdag 9 oktober 2015:
Een prachtige literaire structuurvondst, het verzoek aan hoofdpersoon Corine Serapio een vriendenboek voor haar neef Harold Serapio samen te stellen, biedt de verteller de mogelijkheid tot een meervoudig perspectief, niet alleen op de persoon voor wie het vriendenboek zal worden gemaakt, maar via dat procédé ook op het eiland in zijn geheel. Dit structuurprincipe levert een scherpe en gevarieerde analyse van zowel het eiland als zijn diversiteit aan bewoners op, een analyse die er niet om liegt in kritische helderheid. (…) Hoe kun je ontkomen aan de vooroordelen die jezelf en je omgeving koesteren? De oude generatie lijkt ze te koesteren, in hun poging om stand op te houden. Maar ook de jonge generatie is er nog niet vrij van. Harold lijdt aan zijn positie als ‘onecht’ kind, Corine aan de uitsluiting wegens haar donkere huidskleur. De verteller gaat geen problematiek uit de weg in haar ontmaskering van ‘schijn en decorum’. Ze schetst met talrijke bijzonderheden een gesegregeerd eiland waar kleur en klasse een grote rol speelden en spelen, een probleem waar maar weinig personen in het verhaal aan ontkomen.
Lees hier of hier de hele recensie
Meer over ‘Schutkleur’
http://www.indeknipscheer.com/?s=bernadette+heiligersMeer over Bernadette Heiligers bij Uitgeverij In de Knipscheer

Boekpresentatie in Haarlem op vrijdag 30 oktober 2015

PosterA4LetterijExtraOktoberi2015_Opmaak 1.qxdOp vrijdagavond 30 oktober 2015 presenteert Uitgeverij In de Knipscheer De blinde kamer, het romandebuut van Meine Fernhout. De roman, over de fascinatie van de hoofdpersoon voor de relatie tussen goddelijk en natuurlijk licht, speelt zich gedeeltelijk af in het Haarlemse Teylers Museum. Marjan Scharloo, directeur van het Teylers Museum, neemt het eerste exemplaar in ontvangst. Aan deze presentatie werken verder mee Peter de Rijk, redacteur en radiomaker (interview) en het duo Brass &Bass. U bent van harte uitgenodigd deze presentatie bij te wonen. Meld uw komst aan op indeknipscheer@planet.nl opdat u op de gastenlijst geplaatst kunt worden.
Locatie: Pletterij, Lange Herenvest 122, 2011 BX Haarlem. Aanvang: 20.00 uur precies. Zaal open: 19.30 uur.
Meer over ‘De blinde kamer’

Bekijk hier de foto’s van de presentatie gemaakt door Harry van Kesteren

Erich Zielinski – De Engelenbron (4de druk)

Erich Zielinski
De Engelenbron

Curaçao, Nederland
Gebrocheerd, 254 blz., € 19,50
ISBN 978-90-6265-561-8
Eerste uitgave 2004
Vierde druk 2015

In het oude stadsdeel Otrobanda op Curaçao meent Monchín zijn evenwicht te hebben gevonden. De Harley Davidson waarop hij als politieman reed is met keilbouten verankerd in een betonplaat op een oude waterput. Op die motorfiets vlucht Monchín uit de werkelijkheid en houdt hij existentiële monologen met zijn alter ego ‘Broeder Abt…’
Zielinski schildert met een gevarieerd pallet van emoties in De Engelenbron een wonderlijk en veelkleurig Caribisch decor waarin de mens te zien is, getekend door zijn noden en de verleidingen van het leven. De humor is nooit ver te zoeken, evenmin als de kritische ondertoon waar het penseel vluchtig overheen strijkt.
Handelen in drugs is een kunst, zoals balletdansen in een mijnenveld kunst is. Je moet goed opletten waar je je voeten neerzet en toch geen enkele noot missen van de muziek.
De personages in het boek ontkomen niet aan de dans. Petchie, Monchín en Hendrik van Alsum raken verstrikt in een mislukte drugsaffaire waarin twee vrouwen uiteindelijk de touwtjes in handen hebben: Aura die opgroeide in een sloppenwijk in Santo Domingo waar het instinct tot zelfbehoud sterker is dan alle deugden bij elkaar, en Rona. Zij was een Hindoestaanse, en dat alleen al omringde een deel van het huis met mystiek alsof daarin knielende mensen wierook offerden. Zij had een non kunnen zijn; een kloosterlinge die alleen nog haar God diende.
In dat huis ligt de invalide Hendrik en luistert naar Piaf: Et on danse, on danse, on danse

Erich Zielinski, zoon van een Duitse vader en een Curaçaose moeder, werd in 1942 geboren op Bonaire, maar groeide op in het oude stadsdeel Otrobanda op Curaçao. Na zijn opleiding in Nederland keerde Zielinski terug naar de Nederlandse Antillen waar hij werkzaam was als onderwijzer. Hij werd in die tijd oprichter en redacteur van het tijdschrift Vitó dat in de woelige jaren zestig als `kritisch tijdschrift tegen het establishment op de Nederlandse Antillen ageerde. Op Curaçao voltooide hij zijn rechtenstudie en vestigde hij zich als advocaat. Begin jaren zeventig was hij korte tijd hoofdredacteur van het voormalige dagblad Beurs- en Nieuwsberichten, waarna hij toch weer koos voor de advocatuur. De Engelenbron is zijn eerste roman.
Meer over ‘De Engelenbron’
Meer over Erich Zielinski bij Uitgeverij In de Knipscheer

De pers over ‘En de zee spleet in tweeën’

SelmanOver ‘En de zee spleet in tweeën’ van Ibrahim Selman:

«Deze roman is het indringende verhaal van een rusteloze vlucht. Ibrahim Selman, afkomstig uit Iraaks Koerdistan, is zeker niet de eerste vluchteling die zijn ervaringen aan het papier toevertrouwt. Wat zijn verhaal bijzonder maakt, is zijn stilistische aanpak. Het grootste gedeelte van de roman bestaat uit gesprekken zonder dat zelfs maar wordt aangegeven wie wat zegt – wat het gevoel van vervreemding versterkt. Selman wisselt de gesprekken af met een al even opmerkelijke stijlfiguur: dromen, gedachten, mijmeringen, herinneringen aan gebeurtenissen uit het heden en verleden, die consequent in de tweede persoon enkelvoud worden beschreven. Selman weet het gevoel van ontheemd zijn met zijn karakteristieke stijl overtuigend duidelijk te maken.» – Roeland Sprey in Leeuwarder Courant

«De kracht van de roman is de navoelbare angst van de vluchteling, zijn dreigende dromen. Elke vluchteling heeft uiteraard zijn eigen relaas. Maar zulke verhalen kregen we tot nu toe in onze taal nauwelijks te lezen. Daarom is het goed dat in ‘En de zee spleet in tweeën’ de bewogen geschiedenis van Shero is beschreven. De vaderlandse literatuur krijgt er op de koop toe een aantal uitheemse locaties bij. Nederland ligt aan de Maas maar zodoende ook een beetje aan de Tigris.» – Hans Warren in de Provinciale Zeeuwse Courant

«En dan schrijf je een boek als een film, onderbroken door passages die in de ‘jij-vorm’ zijn geschreven waarin je uitlegt wat je deed, waarin je relativeert. Het is een sober boek, dat wil zeggen er is geen colour locale, je moet het met de woorden doen. En dat is echt genoeg. Die woorden boren diep in het gevoelsleven van de lezer. Ze boren net zo hard als Farhad boorde in de berg om bij de vrouw die hij liefhad, Shirin te komen. Het is hem nooit gelukt. Het verhaal van Farhad en Shirin is een eeuwenoud verhaal over twee gelieven die elkaar niet kunnen bereiken ondanks alle inspanningen. Je vindt dit verhaal in allerlei vormen terug, in Iran, Irak, Turkije. Het is een symboolverhaal. Maar het boek van Ibrahim Selman is meer dan een symbool. Je kunt de woorden aanraken, je kunt praten over het verhaal en filosoferen over de gedachtewereld van de schrijver. Ibrahim Selman schreef het boek in een taal, die hij heeft geleerd in andere omstandigheden. En het is verbijsterend. Zijn taalgebruik heeft iets met een tuin te maken waarin bloemen bloeien, maar waarin ook rotsblokken liggen. Deels strelend, deels striemend. Het boek is hierdoor bijna een gedicht. De beeldspraak is soms zo mooi dat je de roman even weg moet leggen om de schoonheid van de taal tot je door te laten dringen.» – Anneke Krijthe
Meer over ‘En de zee spleet in tweeën’
Meer over Ibrahim Selman bij Uitgeverij In de Knipscheer

Gewaagd onderwerp integer verteld

VoorplatNjaiInem75Over ‘Njai Inem’ van Barney Agerbeek in Moesson, november 2014:
Barney Agerbeek waagde zich aan een onderwerp waarvan het makkelijk is om in een cliché te vervallen, maar dat deed hij gelukkig niet. In ‘Njai Inem’ beschrijft hij een periode in het leven van Inem, een Javaans meisje dat als contractkoeli naar Sumatra vertrekt maar door de planter wordt uitgekozen zijn njai te worden. Het verhaal wordt beurtelings verteld door Inem en de planter.
Meer over ‘Njai Inem’
Meer over Barney Agerbeek

«Deze schrijver laat ons eindeloos genieten!» – Karel Wasch

VoorplatNjaiInem75Over ‘Njai Inem. Kroniek van een steen’ van Barney Agerbeek op Leestafel.nl, 7 november 2014:
In ‘Njai Inem’ schetst Agerbeek het trieste verhaal van een jong meisje dat als njai komt te werken. Het speelt rond 1930. Een njai was de huidhoudster/concubine van meestal blanke kolonisten, die uit de dagarbeiders een meisje uitkozen, dat hun bed moest delen, hun rug moest wassen en hun drank moest inschenken. Maar er was de meer, de njai moest ook een luisterend oor lenen aan de ‘toean’ haar baas. Daarbij kon ze soms haar eigen mening te berde brengen, maar dat moest uiterst behoedzaam gebeuren. Wekte zij de ergernis op van haar meester en gebieder dan waren de gevolgen meestal afschuwelijk. Een positie van gegijzelde dus. Van iemand, die niet kan bewegen in vrijheid, kortom een steen. (…) Een stukje onvervalste Oosterse mystiek weeft Agerbeek knap door het verhaal in de gedaante van een blinde muzikant. Hij laat een waarschuwing horen in het voorbijgaan. Het verhaal heeft de structuur van de Wajangvertellingen en weet Agerbeek dat meesterlijk te doen als een volleerd jongleur. (…) Agerbeek weet sentimentaliteit te omzeilen, vooral door zijn gestileerde stijl en zijn vermogen situaties ‘uit te sparen.’ Deze schrijver laat ons eindeloos genieten!
Lees hier de recensie
Meer over ‘Njai Inem’
Meer over Barney Agerbeek

«Toch blijft de auteur heel sober in zijn vertelling.» – André Oyen

VoorplatNjaiInem75Over ‘Njai Inem’ van Barney Agerbeek op iedereenleest.be, 7 oktober 2014:
De ‘njai’ is een inheemse vrouw die in Nederlands-Indië gedwongen werd samen te leven met een Europese man, haar ‘toean’. Zij was zijn persoonlijke verzorgster en uit hun relatie kwamen vaak kinderen voort. De njai kan daarom worden beschouwd als de oermoeder van vele Indische mensen. Zonder enige inspraak wordt er over het lichaam van Inem beschikt. Ze voelt zich vernederd tot en met. Doordat de planter Inem seksuele gunsten afdwingt heeft het meisje een vrij comfortabel leven op materieel vlak maar op emotioneel vlak voelt ze zich eenzaam en misbruikt. Toch blijft de auteur heel sober in zijn vertelling, het verdriet en de pijn wordt in alle stilte beleefd. Niet tegenstaande het mijden van het melodrama wordt de lezer wel degelijk geconfronteerd met een mensonterend systeem en de uitwas ervan.
Lees hier de recensie of hier op ansiel.cinebelblogs.be
Meer over ‘Njai Inem’
Meer over Barney Agerbeek

«Hilarische situaties die plots een heel ernstige en beklemmende toon krijgen.» – André Oyen

Opmaak 1Over ‘Murphy Slaughter’ van Roni Klinkhamer op iedereenleest.be, 16 juli 2014:
Een lijvige roman over kunst en het prettig of minder prettig gestoord (het hangt er maar vanaf hoe je het bekijkt) bijbehorend kunstwereldje. (…) ‘Murphy Slaughter’ is een bijzonder goed geschreven boek, met heel veel angelsaksisch smakende hilarische situaties die plots een heel ernstige en beklemmende toon krijgen. Het boekt bulkt van knap geformuleerde zinnen, goed opgebouwde scènes, en bijzondere personages en krijgt daardoor ook een eigen literair karakter. Een bijzondere roman met heel veel sfeer en spirit!
Lees hier de recensie of hier
Meer over ‘Murphy Slaughter’