Op zaterdagmiddag 8 oktober vindt (van 13.00 tot 17.00 uur) de 10de Caraïbische Letterendag plaats. Deze lustrumviering vindt plaats in het HNI (voorheen NAi) in Rotterdam. Na ruim twee jaar uitstel vanwege corona viert de Werkgroep Caraïbische Letteren eindelijk een nieuwe editie, gewijd aan de grote voorlopers. Bij deze gelegenheid verschijnt de bundel ‘Dat wij zongen’ (Uitgeverij Das Mag) met essays van 21 auteurs (waaronder Ken Mangroelal, Astrid H. Roemer, Tommy Wieringa, Eric de Brabander, Ruth San A Jong) over 20 groten die hen voorgingen (onder wie Albert Helman, Pierre Lauffer, Boeli van Leeuwen, Michaël Slory, Shrinivási, Edgar Cairo, Astrid H. Roemer, Bernardo Ashetu, Bea Vianen). Het eerste exemplaar van ‘Dat wij zongen’ wordt aangeboden aan de grootste levende Nederlands-Caraïbische dichter: Jit Narain. In gespreksronden, geleid door Raoul de Jong en Julien Ignacio, komt een groot aantal schrijvers uit de bundel ‘Dat wij zongen’ aan het woord. Verder zijn er intermezzi: Charlotte Doornhein herdenkt de onlangs overleden Diana Lebacs; Raoul de Jong leest voor uit zijn succesroman ‘Jaguarman’; Michiel van Kempen vraagt aandacht voor de ten onrechte onbekende Antilliaanse antikoloniaal Medardo de Marchena van auteur Aart G. Broek en een mystery guest zet Ronald Snijders – winnaar van de Boy Edgarprijs – in de schijnwerpers. De presentatie is in handen van Sarita Bajnath, van het AT5-boekenprogramma ‘Leesoffensief’.
Meer over ‘10de Caraïbische Letterendag’
Meer over ‘Dat wij zongen’
Tag: Ruth San A Jong
Delano Veira op 17 mei overleden
Foto: VOS
Over Delano Veira op Caraïbisch Uitzicht, 23 mei 2022:
Delano Veira is dinsdagochtend 17 mei 2022 overleden aan de gevolgen van kanker. Veira was sinds 1993 bestuurslid van Vereniging Ons Suriname en daarmee een van de langstzittende bestuursleden. Voor die tijd was hij ook al betrokken bij de vereniging als vrijwilliger. Veira was een icoon binnen de vereniging en een van de langst zittende bestuursleden. Twee maanden geleden op 27 maart, kreeg hij nog als eerste man de Gouden Vioolspeld onderscheiding tijdens de dokter Sophie Redmondlezing 2022. Delano Alfred Veira, geboren in Paramaribo op 18 januari 1955, laat drie kinderen achter. Hij is 67 jaar geworden. (…)
Lees hier verder
Naschrift van Franc Knipscheer: “De uitgeverij heeft zoveel in en met Vereniging Ons Suriname, meestal in de persoon van Delano, mogen doen, eigenlijk al vanaf eind jaren zeventig toen in november jaarlijkse boekenmarkten werden georganiseerd, en decennia later vervolgd door het jaarlijkse Boekenfeest. Tal van memorabele boekpresentaties van de uitgeverij vonden in samenwerking met hem plaats. Vereniging Ons Suriname was en is een tweede huis voor heel veel van onze Surinaamse auteurs en daarmee van de uitgeverij. Bijzonder was zijn initiatief om tot de verhalenbundel ‘Waarover we niet moeten praten’ (2007) te komen, waarin 20 vaak nog jonge en beginnende Surinaamse en ook Antilliaanse schrijfsters aan het woord kwamen ter gelegenheid van het eerste lustrum van het Boekenfeest op de podia van Vereniging Ons Suriname in het Hugo Olijfveldhuis in Amsterdam.”
Meer over Delano Veira en Vereniging Ons Suriname op deze site
“Zin om te schrijven.” Koos van den Kerkhof onverwacht overleden.
Deze zondag vernam ik dat in de nacht van zaterdag op zondag 14 november 2021 dichter en redacteur Koos van den Kerkhof (11 april 1946) onverwacht is overleden aan een gescheurde aorta. Als dichter debuteerde hij in 1978 bij de toenmalige Limburgse uitgeverij Corrie Zelen. Vanaf die tijd zit zijn naam in mijn geheugen, vanwege de samenwerking die Uitgeverij Corrie Zelen, de Rotterdamse uitgeverij Flamboyant/P en Uitgeverij In de Knipscheer in die jaren hadden op het gebied van vertegenwoordiging van hun fondsen naar de boekhandel toe. Pas in 2000 kwam het tussen hem in zijn hoedanigheid van redacteur en de uitgeverij tot een sindsdien ononderbroken samenwerking. De debuutroman De bruine zeemeermin van de toen in Paramaribo woonachtige auteur Annel de Noré was het eerste boek dat hij, al actief als schrijfdocent, voor In de Knipscheer redigeerde. Hij had antropologie gestudeerd en die gevormde belangstelling voor andere culturen gecombineerd met zijn dichterstalent voor taal maakte dat hij fascinatie had voor het schrijven van Surinaamse en Antilliaanse auteurs. Hij was begin deze eeuw een aantal jaar stadsdichter van Venlo; een aantal van die stadsgedichten is opgenomen in de bundel Oud zink, die in 2008 bij Uitgeverij In de Knipscheer verscheen. Enkele jaren later was hij gastdocent aan de Schrijversvakschool Paramaribo van Ruth San A Jong. Zijn laatste boek waaraan hij voor de uitgeverij werkte betrof de samenstelling en bezorging van een bloemlezing uit het poëtisch werk van Astrid H. Roemer Ik ga strijden moeder, die op het punt van verschijnen staat. Koos heeft de presentexemplaren nog net kunnen bewonderen. Onze laatste e-mailwisseling dateerde van een paar uur voor zijn overlijden:
Beste Franc, (…) Ik vond de kussenenvelop met twee exemplaren van Ik zal strijden moeder op de deurmat. Dank daarvoor. Mooi omslag met de handen, bijzonder mooie kleur ook. Ik heb met plezier en overgave aan de selectie gewerkt en het essay en de verantwoording geschreven. Het was een stimulerende opdracht. Ik kreeg erdoor zin om te schrijven. (…) Niets bepaalt wat ik schrijf dan mijn eigen verhaal en dat verhaal verandert steeds zoals alle deeltjes in mijn lichaam. Onlangs schreef ik onverwacht twee eerste versies van gedichten. Afbeeldingen van het werk van de Amerikaanse schilder Joan Mitchell brachten me ertoe terug te keren naar technieken die ik al vaker heb toegepast. (…). En ik mailde om 19:38 terug: Dag Koos, Ik hoop dat ze zullen leiden tot een bundel. Het is de tragiek van de redacteur: werk van anderen gaat voor.
Die anderen zullen hem dankbaar zijn: Barney Agerbeek, Peter Andriesse, Orchida Bachnoe, Alfred Birney, Eric de Brabander, Cándani [Yasmine Amores], Aly Freije, Els de Groen, Edwin de Groot, E. de Haan, Jopi Hart, Hans van Hartevelt, Elodie Heloise, Hanneke van der Hoeven, Hein van der Hoeven, Ernst Jansz, Mala Kishoendajal, Roni Klinkhamer, Helen Knopper, Frank Kraaijeveld, Karin Lachmising, Els Launspach, Diana Lebacs, Joan Leslie, Clyde R. Lo A Njoe, Ronny Lobo, Djordje Matic, Arjen van Meijgaard, Henriette de Mezquita, Quito Nicolaas, Annel de Noré, Frank Ong-Alok, Fred Papenhove, Glenn Pennock, Hans Plomp, Ton van Reen, Astrid H. Roemer, Arjen Sevenster, Brigitte Spiegeler, JP den Tex, Jacques Thönissen, Diana Tjin, Edith Tulp, Hans Vaders, Etchica Voorn, Bert Vuijsje, Karel Wasch, Rogi Wieg, Kristien De Wolf en de velen die ik zonder twijfel nu vergeet.
franc knipscheer
Haarlem, 14 november 2021
Meer over Koos van den Kerkhof bij Uitgeverij In de Knipscheer
Sakoentela Hoebba overleden
Sakoentela Hoebba-Kalka (Wanica, 7 augustus 1958 – 30 april 2021) behoorde met Karin Lachmising en Iraida van Dijk-Ooft tot de eerste drie studenten die eind 2013 afstudeerden aan de Schrijvervakschool Paramaribo van Ruth San A Jong, waar In de Knipscheer-redacteuren Koos van den Kerkhof en Peter de Rijk in die jaren enige tijd gastdocent konden zijn. Daarvoor was Sakoentela Hoebba (licentiaat rechten) meer dan 30 jaar bij de overheid werkzaam als juridisch medewerker en 13 jaar als presentatrice bij de Surinaamse Televisie Stichting. In 2014 zond ze haar eerste manuscript van elf verhalen in aan de uitgeverij. In dat jaar was ze met haar man in Nederland en kwamen zij op bezoek op de uitgeverij. In 2015 verscheen bij de uitgeverij haar prozadebuut, ‘De lottowinnaar’. Bij de presentatie van deze verhalenbundel in oktober 2015 in Theater van ’t Woord (OBA) moest zij vanwege een chemokuur verstek laten gaan. Vorig jaar, 2020, kwam na een periode van tijdelijk herstel haar tweede boek uit, de jeugdroman ‘Een schoolvakantie’. De tweede en laatste keer dat we elkaar zagen was in 2018 in Paramaribo toen Anja en ik getrakteerd werden op een ontmoeting met de aldaar wonende auteurs van In de Knipscheer.
Je weet dat de tijding gaat komen en toch bleef ik maar denken dat haar schrijverschap nog moest beginnen. Maria van Leeuwen noteert in haar studie ‘Wie doorbreekt het zwijgen?’ (2018): «Hoebba vertelde mij in het interview met haar dat zij een teruggetrokken bestaan leidt en niet zelf in het middelpunt van de aandacht wil staan, omdat zij als schrijver, de personages dit voor haar laat doen.» En in dat laatste is zij zeker geslaagd, getuige de ontvangst van haar debuut en ook dit citaat uit een recensie van Ezra de Haan: «Vaak hoop je dat een verhalenschrijver zich ook eens aan een roman zal gaan wagen. Bij Sakoentela Hoebba komt die vraag niet bij mij op. Haar verhalen zijn romans in een notendop.» In die zin heeft ze toch een groot oeuvre nagelaten.
Haarlem, franc knipscheer
Meer over Sakoentela Hoebba bij Uitgeverij In de Knipscheer
Lees hier ‘Wie doorbreekt het zwijgen?’
«Dichtend tegen de klippen op.» – Toef Jaeger
(foto Anja Brandse)
Necrologie van Michaël Slory (1935-2018) in NRC Handelsblad, 5 januari 2019:
‘Als een bedelaar loop ik op straat mijn dichtbundels te verkopen’, zei Michaël Slory over zichzelf. Het is een treurig, maar treffend zelfportret van de op 19 december op 83-jarige leeftijd overleden Surinaamse dichter. Hij was een van de belangrijkste dichters uit het land, zeker wanneer het gaat om gedichten in het Sranantongo, de taal waarin hij tot aan de onafhankelijkheid bleef dichten. (…) In Nederland studeert Slory Spaans aan de UvA en trekt hij op met de schrijversgroep rond het tijdschrift ‘De Gids’ – het blad waarin in de jaren zestig ook gedichten van hem worden opgenomen. Het is in die jaren dat hij aansluiting vindt bij de Surinaams-nationalistische beweging. De fascinatie voor de Cubaanse revolutie, de plek van Suriname in de wereld en de onafhankelijkheidsstrijd: ze typeren het engagement dat al in Slory’s vroege werk is te vinden. (…) Officiële erkenning was er wel (hij kreeg bijvoorbeeld in 1986 de Literatuurprijs van Suriname), bewondering ook, maar niet in de vorm die Slory voor ogen stond. Zijn huis had bij gebrek aan stroom geen ijskast of tv, op scholen droeg hij poëzie voor, maar zijn bundels gaf hij in Suriname in eigen beheer uit: papiertjes met een nietje erdoor. (…) Dichtend tegen de klippen op (in de woorden van Slory zelf: ‘Grote genade, komt er dan nooit een einde aan die woordenvloed’), voordragend en strompelend, was Slory de laatste jaren erg broos. (…)
Lees hier de necrologie
Meer over Michaël Slory bij Uitgeverij In de Knipscheer
Staatsbegrafenis voor Michaël Slory
Suriname heeft vrijdag 28 december een van zijn grote zonen, de dichter Michaël Slory, met staatseer begraven. De avond ervoor was er een herdenkingsavond georganiseerd waarop velen uit de literaire wereld van Suriname een toespraak hielden. Die van Michiel van Kempen werd voorgelezen door Ruth San A Jong: « (…) Skrifimarki tu de fanowdu ete? Doen letters er nog wat toe? Laat ik er dit van zeggen: als de letters van Slory er niet toe doen, dan kun je je afvragen of Suriname ertoe doet. En daarom eindig ik met hem de rust toe te wensen die hij in 83 jaar zo weinig heeft gevonden. En ik geef hem het woord terug, met een gedicht van zijn hand dat u nog nooit gehoord zult hebben, omdat het nog niet is uitgegeven, getiteld ‘Afscheid van de doden’:
Afscheid van de doden
Geurig het afscheid.
Geurig het avondlicht
waar de boot vertrekt
voor altijd.
O dit leven
dat gaat en gaat,
en nooit weerkeert
en nooit weerkeert
O mogen mijn woorden zijn als bloemen
in het zacht wegkwijnend licht
O dat zij daar van gene zijde
ons eens zenden een bericht!
Lees meer over de begrafenis
Lees hier de uitgesproken tekst van Michiel van Kempen
Meer over Michaël Slory bij Uitgeverij In de Knipscheer
Ulises Segura genomineerd voor ANV Debutantenprijs 2017
De nominatiejury van de ANV Debutantenprijs, de jaarlijkse prijs voor het beste oorspronkelijk Nederlandstalige fictiedebuut, heeft voor de editie van 2017 uit 80 inzendingen elf boeken op de longlist geplaatst, waaronder de verhalenbundel ‘De mooie mond van Bobby Cespedes’ van de Vlaamse auteur Ulises Segura. Op 7 april a.s. wordt bekendgemaakt welke drie boeken worden genomineerd voor de prijs door de juryleden Casper Markesteijn, Jelle van Riet, Kees Snoek, Esther Op de Beeck, Arjan Peters. In eerdere jaren werden drie auteurs uit het fonds van Uitgeverij In de Knipscheer genomineerd: Erich Zielinski, Ruth San A Jong en Ilona Verhoeven. Over ‘De mooie mond van Bobby Cespedes’ van Ulises Segura schreef o.a. Rob Schouten in Trouw: ‘De bevolking van Segura’s korte verhalen bestaat uit alternatievelingen, zwervers, gelukszoekers of mensen in precaire situaties die praten over hun soms visionaire werkelijkheid. (…) Ze zijn als het ware de hallucinogenen in het verder tamelijk nuchtere en samenhangende literaire klimaat van onze generatie, maar als correctie op al die goed doortimmerde, kritische, psychologisch verantwoorde bouwsels van tegenwoordig laten ze de andere, meer verrassende, onduidelijker kant van de realiteit zien.’ Dit debuut van Ulises Segura verscheen als eerste deel in de Extazereeks van Uitgeverij In de Knipscheer, een serie debuten van talentvolle auteurs die eerder in het literaire tijdschrift Extaze publiceerden. In de reeks verschenen inmiddels ook de prozadebuten van Annette van ’t Hull en Rob Verschuren.
Meer over de ANV Debutantenprijs 2017
Meer over ‘De mooie mond van Bobby Cespedes’ van Ulises Segura
Rights Catalogue 2016
In de Knipscheer’s Rights Catalogue 2016
40 years of publishing since 1976: Literature – History – Music
Introductions Wim Rutgers
Translations Scott Rollins
Frankfurt Book Fair 2016
Gebrocheerd, 76 pages, € 5,00
ISBN 978-90-6265-944-9
Niet in de boekhandel
Ter gelegenheid van de Frankfurter Buchmesse 2016 stelden Scott Rollins en Franc Knipscheer een catalogus samen met Engelstalige informatie over met name een gedeelte van de Nederlandstalige Caribische literatuur (Suriname en v/h Nederlandse Antillen) uit het fonds van Uitgeverij In de Knipscheer. De catalogus bevat drie inleidingen van Wim Rutgers, voor dit doel in het Engels vertaald: ‘Short History Dutch Caribbean Literature’, ‘Living and Reading: Erich Zielinski: the double meaning of age’, ‘An Island at a Crossroads – [Joseph Hart:] Literature at a Crossroads’. Dit keer ‘Caribische’ aandacht voor Albert Helman, Hugo Pos, Boeli van Leeuwen, Erich Zielinski, Eric de Brabander, Bernadette Heiligers, Ruth San A Jong, Hans Vaders, Joseph Hart, Carel de Haseth, Janny de Heer, Els Langenfeld, Aart G. Broek, 40 Years of Surinamese Music in the Netherlands, alsmede voor Els Launspach, Pim Wiersinga, Els de Groen, Wim Verbei, Lutgard Mutsaers, Dirk W. de Jong.
Zie voor Engelstalige informatie over de Papiamentse literatuur in ‘The Colour of my Island’
Zie voor ‘het Afrikaanse diasporafonds’ [ = ]
«Proeve van schrijfbekwaamheid met succes afgelegd.» – Ko van Geemert
Over ‘De lottowinnaar’ van Sakoentela Hoebba in Parbode, januari 2016:
Deze debuutbundel van de in Suriname (Wanica, 1958) geboren Sakoentela Hoebba bestaat uit elf verhalen, in lengte variërend van 8 tot 23 pagina’s. Het titelverhaal gaat over een vrouw die een loterij tot haar grote teleurstelling niet wint. Even groot als deze teleurstelling is de verrassing als ze leest wie die loterij dan wel gewonnen heeft. (…) De verhalen over de jongen die als gay grote moeilijkheden ondervindt uit de kast te komen (‘Anders’) of dat over een ongewenste zwangerschap die een onverwachte wending krijgt (‘Hoe te beginnen’) bekoorden me. Of het ontroerende ‘Uit liefde’, over een moeder die in het ongelukkige bezit is van maar liefst 81 bulten op haar lijf. (…) De proeve van schrijfbekwaamheid heeft Sakoentela Hoebba met deze bundel met succes afgelegd. Ze kan over alles schrijven.
Lees hier de recensie
Meer over ‘De lottowinnaar’
«Een deel van de Surinaamse geschiedenis een stem gegeven.» – Ezra de Haan
Over ‘Geen weg terug’ van Iraida van Dijk-Ooft op Literatuurplein.nl, 8 december 2015:
Met haar debuutroman Geen weg terug toont Iraida van Dijk-Ooft aan dat de Surinaamse literatuur zich inmiddels kan meten met de wereldliteratuur. Zelden las ik een op historische feiten gebaseerde roman die zo authentiek overkwam. Waar Cynthia McLeod het bij de ontsluiting van de Surinaamse geschiedenis voor een groot publiek hield, gaat Van Dijk-Ooft verder. Bij haar gaat het eerst om de taal, om het schrijven, pas daarna komt het ongelooflijke verhaal van de Afobakadam en het Brokopondostuwmeer, en wat dat allemaal teweeg bracht, aan bod. (…) Iraida van Dijk-Ooft heeft de roman dusdanig vernuftig in elkaar gezet dat ieder puzzelstukje pas tevoorschijn komt als het verhaal het echt nodig heeft. Juist door heen en weer in de tijd te springen, zie je hoe Suriname in de periode van 1962 tot 2012 veranderde. Daarmee heeft ze een deel van de Surinaamse geschiedenis een stem gegeven. Geen weg terug is een meesterlijke roman. Een roman die qua verhaal en schrijven alles biedt wat je mag hopen van een boek. Het is soms best ontluisterend en regelmatig keihard wat je leest, maar het is wél een boek over echte mensen.
Lees hier de recensie of op Caraïbisch Uitzicht
Meer over ‘Geen weg terug’