«John Coltrane en Ben Webster zingen door de bundel.» – Paul Lips

Opmaak 1Over ‘Haarlem Nocturne’ van Djordje Matic in Haarlems Dagblad, 19 januari 2016:
In het titelgedicht ‘Haarlem Nocturne’ beschrijft hij hoe hij ’s nachts een ‘potje’ gaat praten bij het standbeeld van de vermeende uitvinder van de boekdrukkunst op het ‘Grote Plein’. Allebei zijn ze buitenstaander: ‘…Met die geheime kennis/praten we vertrouwelijk met elkaar:/ik, de Vliegende Balkaniër/en hij, een lokale dromer/van vergane dromen…’. (…) Muziek inspireert hem name de jazz. Tijdens zijn onbezorgde jeugd in een intellectueel gezin kwam hem via de radio al het internationaal vermaarde ‘Hocus Pocus’ van Focus ter ore. Hij raakte geïnteresseerd in punk- en metalmuziek, stelde fanzines samen, en was verbluft toen hij in 1986 een concert van jazztrompettist Miles Davis in Belgrado bezocht. ‘Harlem Nocturne’ (een jazzstandard uit 1939 van Earle Hagen en Dick Rodgers), ‘Amsterdam after dark’ (Steve Coleman), John Coltrane en Ben Webster zingen door de bundel. Al zwervend en dichtend trekt de ‘expert in eenzaamheid’ Matic langs rood verlichte ramen in Amsterdam. Langs doodlopende wegen, reclames in brandende kleuren en ‘dreigende straatpalen’, om uit te komen bij de gedenkplaat van Chet Baker, die bij Hotel Prins Hendrik overleed. ‘…Een gemartelde zak botten en vlees/op de meedogenloze klinkers…’.
Lees hierhier het artikel
Meer over ‘Haarlem nocturne’

«Vele van zijn gedichten gaan over het gevoel van balling zijn.» – Katinka de Buck

Opmaak 1Over ‘Haarlem nocturne’ van Djordje Matic in Witte Weekblad, 6 januari 2016:
Vele van zijn gedichten gaan over het gevoel van balling zijn, het gevoel van nergens bij horen: “Ik zit tussen twee culturen in en tussen twee talen in. Het is een worsteling om voor het juiste begrip het juiste woord te vinden. De associaties zijn heel anders. Soms vind ik het woord niet in de ene taal, maar wel in de andere taal. Als balling is dit enige instrument wat ik heb, de taal is mijn thuis. Schrijven is een ingewikkeld maar prachtig spel!” Zijn gedicht Eerste dagen verhaalt over zijn kennismaking met de Nederlandse taal: “Zij heeft me aan haar dij vastgenaaid en over zes grenzen heengebracht. En wat een rumoer deze taal, wat een angstwekkend gebrom bijna als de stilte tussen mij en degenen met wie ik geen enkele taal deel en met wie ik zou willen praten.”
Lees hier het interview
Meer over ‘Haarlem nocturne’