«In deze bundel zijn de verhalen af.» – Marjo van Turnhout

VoorplatLottowinnaarOmslag75Over ‘De lottowinnaar’ van Sakoentela Hoebba op Leestafel, 1 april 2016:
Elf inkijkjes in het Surinaamse leven, meer specifiek in de Hindoestaanse bevolkingsgroep. (…) Het overkoepelend thema: Wat niet weet, wat niet deert. Dat niet iedereen alles hoeft te weten, uit zich in zwijgen. (…) Wat de verhalen nog meer gemeen hebben zijn de armoede, het overspel, de werkeloosheid, waar de hoofdpersonen mee moeten leren leven. Ook de minderwaardige rol van de vrouw is vaak aan de orde. Hoebba schrijft vlot, beeldend, en gebruikt vaak woorden uit het Sarnami, de taal die Hindoestaanse Surinamers spreken. Woorden (…) die een exotische sfeer oproepen. (…) In deze bundel zijn de verhalen compleet, ze zijn af. Met weinig maar doeltreffende woorden wordt een sfeer opgeroepen, een kenschets van een situatie, waarna een vaak verrassende wending volgt.
Lees hier de recensie en hier vanaf 1 mei 2016
Meer over ‘De lottowinnaar’

Léon de Winter – De (ver)wording van de jongere Dürer. Roman

Léon de Winter
De (ver)wording van de jongere Dürer
Nederlands, Roman
Paperback, 188 blz.
Eerste druk mei 1978
ISBN 978 90 6265 014 7
UITVERKOCHT

Na zijn opvallende intrede in de Nederlandse literatuur met de bundel prozateksten Over de leegte in de wereld presenteert Léon de Winter nu zijn eerste roman, die garant staat voor zijn definitieve doorbraak naar het Nederlandse lezerspubliek.

De hoofdpersoon van De (ver)wording van de jongere Dürer is een intelligente, net volwassen geworden jongeman, die door opvoeding en milieu niet tot ontplooiing is kunnen komen. Het boek begint als hij vrijkomt uit de jeugdgevangenis, waar hij twee maanden heeft gezeten voor het stelen van een taxi. In de gevangenisbibliotheek is hij zich voor het eerst bewust geworden van zijn gevoelens, waarbij de werken van de Romantici een krachtige invloed uitoefenden. Zijn, met name aan Jozef von Eichendorff’s Aus dem Leben eines Taugenichts ontleende, termen blijken echter niet geschikt om zijn ervaringen en relaties in de ‘vrije wereld’ voor zichzelf te verwoorden. Er ontstaat een conflict tussen wat Handke de Buitenwereld en de Binnenwereld noemt, een noodlottig conflict dat hem uiteindelijk terugbrengt tot wat hij in ht begin was: een wezen zonder macht over het woord, een dier. De vraag die overblijft is of dit laatste wording of verwording genoemd moet worden.

De (ver)wording van de jongere Dürer is vooral een zeer eigentijdse roman die, zonder ook maar even modieus of aan actualiteit gebonden te zijn, een indringend beeld geeft van het leven op de grens van de volwassenheid, op de drempel van de jaren tachtig, in de buitenwijken van de grote stad, waarin eenzaamheid, onleefbaarheid, werkeloosheid en jeugdcriminaliteit al bijna vertrouwde problemen zijn.