«‘De door de regering aangeboden excuses zijn het begin van een lange weg.’ Deze zinsnede van koning Willem-Alexander in zijn jongste kersttoespraak is een gotspe.» – Aart G. Broek


Presentatie over ‘Medardo de Marchena’ van Aart G. Broek in Pletterij, 5 maart 2023:
Dit boek over Medardo de Marchena is opmerkelijk: het bevat een pamflet (‘Onwetendheid of De vorming van een volk’) dat even opzienbarend is als ‘Wij slaven van Suriname’ uit 1934 van Anton de Kom: Suriname heeft Anton de Kom, maar Curaçao blijkt in Medardo de Marchena zijn evenknie te hebben! Op 1 juli 1863 maakte een proclamatie van koning Willem III formeel een einde aan slavernij op de Nederlands-Caribische eilanden. De slaven verloren de status van bezit en zouden gaandeweg volwaardige burgers worden. Ruim 65 jaar later schreef Medardo de Marchena in 1929 (!) in het Papiaments een schotschrift, waarin hij onomwonden stelde dat van de beoogde emancipatie niets terecht was gekomen. Vooral de katholieke kerk krijgt er van langs. Het kwam De Marchena duur te staan. Gebrandmerkt als ‘staatsgevaarlijk’ bracht hij de oorlogsjaren door in een interneringskamp op Bonaire. Een poging om hem van overheidswege op te nemen in een psychiatrische inrichting mislukte. Dat pamflet is onlangs herontdekt en nu eindelijk door Aart Broek vertaald in het Nederlands.
Kijk hier naar de presentatie vanaf 1.12.25 op de tijdlijn
Meer over Medardo de Marchena
Meer over Aart G. Broek bij Uitgeverij In de Knipscheer
Meer presentaties van Uitgeverij in de Knipscheer in Pletterij
Kijk ook naar De Epiloog-livestreams en podcasts Uitgeverij In de Knipscheer in de Pletterij

«Je staat verwonderd hoe men dit vroeger zo heeft kunnen laten passeren.» – Fred de Haas


Presentatie over ‘Servus’ van Fred de Haas in Pletterij, 5 maart 2023:
Een van de gezichten van uitbuiting en vernedering is het verschijnsel slavernij, dat een mondiaal verschijnsel is. Slavernij begon niet drie, vierhonderd jaar geleden in Amerika of het Caraïbisch gebied. Eeuwenlang was slavernij de normaalste zaak in Europa en iedereen kon in handen komen van slavenhandelaren. Hier werd de basis gelegd voor de Trans-Atlantische slavenhandel. Fred de Haas laat de historische en religieuze processen zien, die verklaren waarom juist zwarte mensen het slachtoffer werden van de slavenhandel: eerst in Europa – met name Portugal, Spanje en islamitische landen – en later in het Caraïbisch Gebied. Servus is een compacte geschiedenis van macht en onderdrukking, het beangstigende verhaal van koloniale en postkoloniale overheersing.
Kijk hier naar de presentatie
Meer over Servus
Meer over Fred de Haas bij Uitgeverij In de Knipscheer
Meer presentaties van Uitgeverij in de Knipscheer in Pletterij
Kijk ook naar De Epiloog-livestreams en podcasts Uitgeverij In de Knipscheer in de Pletterij

«Humor is een manier om tegenslag te verwerken. Paleaux bewijst wederom zijn talent.» – Peter de Rijk

VoorplatZucht1-75Over ‘Als de dood zucht, houd ik mijn adem in’ van Lex Paleaux in Straatjournaal, nr. 300, maart 2023:
Lex Paleaux schreef een roman met autobiografische elementen over acht jongeren in een psychiatrische jeugdkliniek in de jaren negentig. Met Als de dood zucht houd ik mijn adem in, zijn vierde boek, bewijst hij wederom zijn talent. De schrijver vertelt over het schrijfproces: (…) Ik ken en herken die karakters natuurlijk heel erg. Ook in hun gekte wijs ik ze in het boek niet af. Als je dat niet doet heb je ook de vrijheid om een grap over iemand zijn problematiek te maken. Humor is een manier om tegenslag te verwerken. Ik behandel ze gelijkwaardig. Ik ga ze niet met een fluwelen handschoen aanpakken omdat ze een handicap hebben. Ik wil zelf niet zo behandeld worden en ik ga een ander ook niet zo behandelen. In het boek zijn de personages nietsontziend hard naar elkaar. Dat is hun manier om te zeggen: ik zie je voor wie je bent met je mooie kleuren, maar ook met je donkere kleuren. Ik maak geen onderscheid, ik accepteer je. Voor mij zijn die cynische grappen dus essentieel. (…)
‘Straatjournaal’ is sinds 1996 de (maandelijkse) straatkrant van Noord-West Nederland.
Lees hier en hier het interview
Meer over ‘Als de dood zucht’
Meer over Lex Paleaux bij Uitgeverij In de Knipscheer

«Shrinivási’s poëzie: een ereplek in de nieuwe koloniale leeslijst.» – Arjen Mulder

ShrinivasiOver de poëzie van Shrinivási in Indies Tijdschrift, 28 februari 2023:
Bernardo Ashetu (pseudoniem van Hendrik George van Ommeren, 1929-1982) is voor mij één van de grote ontdekkingen in de bundel ‘Dat wij zongen’, naast Shrinivási (pseudoniem van Martinus Haridat Lutchman, 1926-2019). Over hem schreef Antoine de Kom een al even zoekende en enthousiasmerende bijdrage [als Alfred Schaffer over Bernardo Ashetu] , ‘Shrini’. Waar je Ashetu een minor poet kunt noemen omdat hij hoogst persoonlijke ervaringen lijkt te verwoorden, was Shrinivãsi een major poet, in de zin dat hij over en voor de bevolking van Suriname en uiteindelijk de wereld dichtte. De Kom: ‘Zijn poëzie lezen is voor Nederlandse poëzieliefhebbers even wennen. Hij spreekt vaak gedragen en kan nogal veel beelden op elkaar stapelen. Dat laatste is voor een Surinaamse dichter bijna onvermijdelijk. Het leven en de natuur zijn daar overweldigend in hun uitbundige bloei, die liefdevol aandoet, maar uiteindelijk wreed en onverbiddelijk is.’ Een goed voorbeeld van deze kant van Shrinivási’s ‘major’ dichterschap biedt het gedicht ‘Suriname’ dat ik vond in ‘Een weinig van het Andere’, een bloemlezing uit zijn oeuvre (door Geert Koefoed) die in 1984 bij In de Knipscheer verscheen: Dit land / heb ik gekozen / hier geplant / in het getij van / de dagen en nachten / mijn leven, / bij de schrokkige zee / die het strand / van mijn hart / aanvreet en / stuk slaat / op gezette tijden, / maar in een vergevingsgebaar / legt tussen de wortels / van wanhoop / kust voor de latere geslachten. (…) Vooral het woord ‘gekozen’ in regel twee vind ik treffend. De inwoners van Suriname hebben ervoor gekozen daar te (blijven) wonen, en dus niet weg te trekken naar Nederland, zoals een aanzienlijk deel van de bevolking vanaf eind jaren 1970. (…) Ook de Verzamelde gedichten van Shrinivási lijken me dringend gewenst. Door publicaties als ‘Dat wij zongen’ kan daar ook een leespubliek voor ontstaan, dat deze poëzie een ereplek zal geven in de nieuwe koloniale leeslijst waartoe deze verzameling essays een goede ingang biedt. (…)
Lees hier het artikel
Meer over Shrinivási bij Uitgeverij In de Knipscheer

«In diens poëzie spreekt een stem op een manier zoals ik van geen enkele Nederlandse dichter ken.» – Arjen Mulder

AshetuOver de poëzie van Bernardo Ashetu in Indies Tijdschrift, 28 februari 2023:
(…) Het aanstekelijk enthousiasme van ‘Dat wij zongen’ nodigt uit tot het zelf ontdekken van deze schat aan onbekende Nederlandstalige boeken uit Suriname en de Caraïbische eilanden. In ‘Dat wij zongen’ probeert Alfred Schaffer in zijn stuk ‘Met één stap miljoenen mijlen vooruit’ wikkend en wegend om met behulp van postkoloniale theorie iets concreets te snappen van de rebusachtige, zangerige poëzie van Bernardo Ashetu. (…) Ik ben het met Schaffer eens dat het hoog tijd is het werk van Ashetu (duizend gedichten waarvan er tot nu toe slechts zo’n tweehonderd zijn gepubliceerd) uit te geven in een ‘kloeke, prachtig vormgegeven verzamelbundel’. In diens poëzie spreekt een stem op een manier zoals ik van geen enkele Nederlandse dichter ken: niet exotisch (al gebruikt Ashetu veel exotische namen) en ook niet vervreemdend (want het vertrouwde ontbreekt grotendeels), maar wel ‘anders’. Waar veel modernistische en postmoderne literatuur zich heeft ingespannen op een ‘andere’ manier te kijken naar de westerse cultuur door te experimenteren met de standaard literaire middelen, maar slechts zelden in haar opzet slaagde, is die ‘andere’ blik het vanzelfsprekende uitgangspunt van Ashetu’s poëzie. Schaffer verwoordt dit knap in ‘Dat wij zongen’: ‘Deze poëzie viert niet zozeer de schoonheid van de Nederlandse taal, maar de schoonheid van het ongerijmde. Ashetu’s gedichten bejubelen in elk geval niet het ego van de dichter; misschien stelt deze poëzie zich wel té bescheiden op. Het is in elk geval typerend dat de dichter in ‘Dat ik zong’ – een kleinood waarin een verlangen doorklinkt samen te vallen met muziek, lyriek en vervoering – zich niet groot, maar juist klein maakt, als een insect. Lijkt het in de eerste regels nog te gaan om een wens, door die vervolgens in woorden te vangen wordt ze daadwerkelijk ingelost, al is het maar voor even, en klinkt in het kortstondige zingen ook het afsterven mee.’ (…)
Lees hier het artikel
Meer over Bernardo Ashetu bij Uitgeverij In de Knipscheer

«Buitengewoon goed.» – Marianne Janssen

VoorplatZucht1-75Over ‘Als de dood zucht, houd ik mijn adem in’ van Lex Paleaux op LeesKost, 27 februari 2023:
Frank, Thea, Mirjam, Quintin, Reinout, Joachim, Fenna en Felix wonen in een psychiatrische jeugdkliniek, geleid door Bea, Bertram en Erik. Al deze kinderen, tieners, hebben van het leven een rugzak meegekregen. De een zwaarder dan de ander, maar wel zo zwaar dat ze geen van allen bij hun ouders kunnen wonen. Áls ze al ouders hebben. En in het laatste geval hebben ze daar een zware klap van opgelopen die hen tijdelijk ongeschikt voor het burgerlijk leven maakt. (…) Zo heeft iedere jongere in het huis een eigen verhaal. Verhalen die je wél en die je níet wil weten. Want als je ze als lezer weet maak je je mét hen woedend op groepsleider Erik, die er genoegen in lijkt te scheppen zijn pupillen in de isoleercel vast te leggen, flink aangesnoerd in de riemen, voorzien van een injectie die hen ver van de wereld laat gaan. Erik is wreed, hij lokt geweld uit en geeft het dan in veelvoud terug vanuit zijn machtspositie. (…) Lex Paleaux (…) schrijft buitengewoon goed, weet de spanning en de karakters voortreffelijk te tekenen en komt met een filmisch verhaal dat de lezer van begin tot eind meetrekt in de materie. (…) Een beklemmend en fascinerend boek.
Lees hier de recensie
Meer over ‘Als de dood zucht’
Meer over Lex Paleaux bij Uitgeverij In de Knipscheer

«Als ik neger, zwart en blackie in een verhaal heb bedoel ik neger, zwart en blackie.» – Annel de Noré

Annel-2002 Annel de Noré tijdens optreden in Winternachten 2002 – foto Serge Ligtenberg

Met name haar verhalen in de bundels ‘Het kind met de grijze ogen’ en ‘Vers vlees oud bloed’ worden in recensies wel vergeleken met het werk van Roald Dahl. In een e-mailbrief aan vrienden en relaties schrijft ze o.a.:
«(…) Ik verbeeld me niet (…) dat ik een goede schrijver ben of dat ik ( ooit) aan iemand als Roald Dahl, een van mijn schrijfhelden, zal kunnen tippen maar wanneer de woorden slecht en schrijfster na mijn dood niet meer mogen dan graag een paar ooggetuigen (leesgetuigen) van wat ik nooit zou willen dat met mijn schrijfsels gebeurt. (…) Aan Suriname zijn wij verpand. Overal elders zijn wij vreemdelingen. In sommige landen blijven wij ongewenste vreemdelingen, allochtonen, knuffelnegers, werkschuw tuig, stontyi-trekkers zolang de voorraad strekt en onze kleur niet blank genoeg is tot in het achtste geslacht of ons haar niet glad genoeg is. En mijn haar bijvoorbeeld is gewoon en blijft gewoon kroezig. Het zit op niemands hoofd behalve op dat van mij en moet niemand hinderen en ik heb geen eufemisme nodig want het is geen wan- of misdaad. En alle mensen die zich beledigd voelen door mij? Heb je negerbloed of Egyptisch of Marokkaans of Joods bloed? Heb je krullend haar of kroes haar. KROES is geen ziekte. Als het een ziekte was: a no bay yu bay en. A so yu tan. En als het een ziekte was: elke ziekte heeft een naam. Geen enkele ziekte heet … Hoe erg die ziekte ook is. Ik mag wel AIDS hebben, maar o wee, geen negerbloed. O pe so? Waarom doen mensen alsof het een belediging is dat ik gekleurd ben, kroezig haar heb, negerbloed, rimpels, grijs haar en aartslelijke handen en een konijnenbek heb. En ik ben een VROUW. Al hoeft niemand die feiten te verdoezelen, ik wil evenmin dat die te onpas worden aangehaald. Dat weer niet. En behandel me menswaardig. (…)»
Lees hier de hele brief
Kijk hier naar interview over ‘Lambarosa’ uit 2021
Meer over Annel de Noré bij Uitgeverij In de Knipscheer

«Een bravourestuk waarin passie voor taal en kennis de lezer als een geestelijke wierook benevelen.» – André Oyen

Opmaak 1Over ‘Zena’s arena’ van Pim Wiersinga op Ansiel, 25 februari 2023:
Met ‘Zena’s arena’ levert Pim Wiersinga een historische roman van formaat af. Een schoolvoorbeeld van het ware meesterschap. (…) In ‘Zena’s arena’ vieren luisterrijke taal in gesproken woord en in talrijke dialogen en tussentijdse beschrijvingen hoogtij. Het boek start met de voorstelling van de nieuwsgierige en vooral slimme Zena. Haar leven komt in een stroomversnelling wanneer de landheer, die haar als wees in zijn familie heeft opgenomen, sterft. De machtsbalans in de streek is daarmee verstoord en daar wordt direct misbruik van gemaakt. Zena moet Agaue, die haar leerde wat werkelijk belangrijk voor haar was, achterlaten. Alleen zo kan ze plundering en moordpartijen ontlopen. (…) Ze sluit vriendschap met de legendarische Hypatia, een filosofe met hoofdzakelijk manlijke volgelingen . In de twintigste eeuw werd ze, bij het dagen van een nieuwe tijd, gezien als voorvechtster van de onafhankelijkheid van vrouwen, tegen een patriarchaat dat de sociale rol van vrouwen en hun carrièremogelijkheden beperkte. (…) Wieringa levert met ‘Zena’s arena’ een bravourestuk af waarin passie voor taal en kennis de lezer als een geestelijke wierook benevelen.
Lees hier de recensie
Meer over ‘Zena’s arena’
Meer over Pim Wiersinga bij Uitgeverij In de Knipscheer

«Lees dit boek! Geef het cadeau. Stop het iemand toe.» – Femke Liemberg

VoorplatZucht1-75Over ‘Als de dood zucht, houd ik mijn adem in’ van Lex Paleaux in De Ochtend op NPO Radio, 25 februari 2023:
(…) Dit boek moet je lezen. Over het algemeen ben ik niet van het herlezen; daarvoor verschijnt er te veel nieuws. Maar bij dit boek is het zeker het overwegen waard. (…) ‘Als de dood zucht… ’ vertelt verhalen uit een psychiatrische jeugdkliniek. Over acht jongeren, allemaal met hun eigen verhaal. Door het verhaal vanuit een van hen te horen, van binnenuit, leer je ze gaandeweg steeds beter begrijpen en vallen puzzelstukjes op hun plaats. Het verklaart bepaalde patronen en gedragingen. Tot het einde nadert. Dan is alles anders en is niets meer wat het lijkt. Een verrassend einde, dat ik niet zag aankomen. Maar het geeft het boek zeker nog weer een extra dimensie. (…) Ik vind het een kei van een boek. Maar volgens mij is het ook uitermate geschikt voor jongeren op de middelbare school. Juist om hun blik te verbreden. (…) Hopelijk zijn de vertaalrechten verkocht en is de film al in de maak.
Luister hier naar de uitzending van KRO-NCRV
Lees hier de bijdrage van Femke Liemburg
Meer over ‘Als de dood zucht’
Meer over Lex Paleaux bij Uitgeverij In de Knipscheer

«Aangrijpende roman over acht jongeren in een psychiatrische kliniek.»

VoorplatZucht1-75Over ‘Als de dood zucht, houd ik mijn adem in’ van Lex Paleaux in Mezza, 25 februari 2023:
(…) ‘Ik loop naar de kast in de hal. Ik graai in het donker tot ik het fotoboek onder mijn vingertoppen voel. Ik blader er doorheen en de holle ogen stellen mij de vragen die ik zo lang heb ontweken. (…) Alles wat ik zolang had weggestopt komt als een vloedgolf naar boven.’ Aangrijpende roman over acht jongeren in een psychiatrische kliniek. ‘Ik was onhandelbaar geworden.’ Lex Paleaux neemt zijn lezer mee naar de tijd waarin hij als puber achter de omheining van een inrichting verdween. ‘Na een week wist ik, hier moet ik zo snel mogelijk weg.’ ( …)
Mezza is het wekelijkse magazine van Algemeen Dagblad, Brabants Dagblad, BN De Stem, De Gelderlander, De Stentor, Eindhovens Dagblad, PZC en Tubantia.
Lees hier het verhaal in Mezza
Meer over ‘Als de dood zucht’
Meer over Lex Paleaux bij Uitgeverij In de Knipscheer