«Zeer de moeite waard voor de lezer die niet bekend is met het wel en wee op de Nederlands Caraïbische eilanden.» – Eric de Brabander

Over het werk van Ronny Lobo op Literatuurgeschiedenis, 24 oktober 2023:

Ronny Lobo werd in 1954 geboren op Curaçao waar hij ook opgroeide. Ronny’s Surinaamse ouders hadden zich ruim voor Ronny’s komst op Curaçao gevestigd, waar Ronny’s vader als chemicus voor de Shell ging werken. Ronny Lobo zelf studeerde in 1978 als architect af aan de Technische Universiteit van Delft in Nederland. Hij keerde terug naar Curaçao en werkte als architect voor de lokale overheid en bij een bestaand architectenbureau voordat hij in 1985 met zijn eigen architectenbureau begon. In 1991 won hij een prijs met een ontwerp voor sociale woningbouw, en een jaar later ontving hij voor zijn architectonisch werk de belangrijkste culturele prijs van Curaçao, de Cola Debrotprijs. In de roman ‘Bouwen op drijfzand’ smeedt Ronny Lobo zijn liefde voor de Nederlands-Caraïbische eilanden en zijn liefde voor de architectuur samen met het liefdesleven van zijn personages. (…) Ter verbeelding van de titel werd voor de foto op de omslag een mislukt project uit de jaren zestig gekozen op een van de mooiste plekken op het eiland. De natuur waar het project gerealiseerd moest worden was ongeschonden en lag aan een prachtige binnenbaai. Op deze idyllische plek verrezen plots spookachtige heipalen voor de bouw van een hotel. De bouw werd gestaakt na de opstand van 30 mei 1969, die Willemstad in brand zette. Tot op de dag van vandaag zijn de betonnen palen, die als kreeftenpoten uit de modder, het drijfzand steken, te zien.(…) ‘Tirami sù’  is een vervolg op Lobo’s eerste boek. Het verhaal over identiteit, over kleur, over afkomst leverde een meerlagige roman op. (…) Ronny Lobo’s derde roman, ‘De bouwval’ is een familiegeschiedenis over sociale stijging, over het overschrijden van grenzen, het betalen van een morele prijs, over illusies en ontgoocheling. (…) In de drie door Lobo geschreven romans is een ontwikkeling te zien van de architectuur naar de sociale, raciale en politieke dilemma’s op de Nederlands Caraïbische eilanden. (…)

‘Literatuurgeschiedenis’ is een initiatief van Koninklijke Bibliotheek en Taalunie en gericht op bovenbouw van het voortgezet onderwijs.

Lees hier het artikel
Meer over ‘Bouwen op drijfzand’
Meer over ‘Tirami sù’
Meer over ‘De bouwval’
Meer over Ronny Lobo bij Uitgeverij in de Knipscheer

«Antilliaanse literatuur niet langer beperkt blijft tot het veelvuldig beschrijven van de eigen omgeving.» – Quito Nicolaas

VoorplatLisa-75Over ‘E bida infinito die Doña Lisa’ van Eric de Brabander op Caraïbisch Uitzicht, 22 maart 2021:
‘Het hiernamaals van Doña Lisa’ is de debuutroman uit 2009 van Eric de Brander. Lucille Berry-Haseth maakte er nu een vertaling van in het Papiamentu: ‘E bida infinito di Doña Lisa’. Het is alweer de zoveelste Antilliaanse roman die gaat over de gebeurtenissen rondom 30 mei 1969. In 1970 publiceerde Edward de Jongh zijn historische roman ‘E dia di mas historiko’ in het Papiamentu. Ook andere auteurs hebben mei 69 als verhaalstof gebruikt. Maar in de versie van Eric de Brabander hebben de gebeurtenissen van mei 1969 meer als décor gediend. Vanuit de zijlijn wordt er nu gekeken naar deze dag, die een omwenteling teweeg bracht in de culturele identiteit en emancipatie van het Curaçaose volk. Op het eerste gezicht lijkt het alsof de roman bedoeld is voor liefhebbers van de koopvaardij, maar dan kom je bedrogen uit. Een thrillerelement maakt het boek avontuurlijk en spannend. (…) Het is een roman geworden die zich voornamelijk buiten de grenzen van Curaçao afspeelt en nieuwe inzichten aandraagt over de relatie yu di Korsòu en migranten. Het is een teken dat de Antilliaanse literatuur niet langer beperkt blijft tot het veelvuldig beschrijven van de eigen omgeving.
Lees hier de recensie
Meer over ‘E bida infinito die Doña Lisa’
Meer over ‘Het hiernamaals van Doña Lisa’
Meer over Eric de Brabander op deze site
Meer over Quito Nicolaas op deze site

«Het carnaval van Ricardo Bonifacio.» – Ko van Geemert

Opmaak 1Interview met Chesley Rach over ‘De terugkeer van Ricardo Bonifacio’ in Ñapa Literatuur (Amigoe), 11 maart 2017:
En dan verscheen een paar maanden geleden uit het niets een roman. ‘Ik teken en schilder eigenlijk al veel langer dan dat ik schrijf, maar dat schilderen heb ik lang niet meer gedaan. Het schilderij dat op het omslag van het boek staat, dateert uit 1994. Ik begon rond die tijd met een drietal verhalen over uiteenlopende onderwerpen, maar het verhaal over Ricardo Bonifacio boeide mij het meest. Daar ben ik mee doorgegaan. Het was een figuur die ik bedacht had, een jongen die in een wijk op Curaçao opgroeit en allemaal avonturen beleeft, om mijn kinderen verhaaltjes te vertellen voor het slapen gaan toen ze nog klein waren. Mijn oudste dochter merkte als tiener een keer op dat ze benieuwd was hoe het de kinderen uit de verhalen vergaan was. Toen was het zaadje geplant.’
Lees hier het interview
Meer over ‘De terugkeer van Ricardo Bonifacio’

«De sfeer die De Brabander neer weet te zetten, is treffend.» – Mark Weenink

Over ‘Het hiernamaals van Doña Lisa’ van Eric de Brabander in La Chispa, 1 juli 2010:
De Brabander vertelt het verhaal van drie boezemvrienden, mannen op leeftijd. Tandarts Boyo Raven, Kai en JonJon, die in een rolstoel zit. Het verhaal speelt tegen de achtergrond van 30 mei 1969, een van de roerigste perioden uit de geschiedenis van Curaçao. (…) Centrale thema´s van de roman zijn ouderdom, vriendschap en vergankelijkheid. De drie vrienden gaan per boot naar Venezuela om een nieuwe boot te kopen, Curaçao achterlatend in smeulende puinhopen. Onderweg overpeinzen de mannen het leven. Het aardige van De Brabanders werk is dat het Curaçao in een grotere, Zuid-Amerikaanse context plaatst. In Nederland bestaat nogal eens de neiging om het eiland af te doen als geïsoleerd en in zichzelf gekeerd. Niets is minder waar. Op een steenworp afstand ligt Venezuela. Vele latino´s bevolken de Antillen. Qua schrijfstijl is de roman onderhoudend.

Lees hier de recensie

Meer over ‘Het hiernamaals van Doña Lisa’