«De taal is eenvoudig en hij weet beeldend te schrijven.» – Jerry Dewnarain

VoorplatDrijfzand1KleinOver ‘Bouwen op drijfzand’ van Ronny Lobo in De Ware Tijd Literair, zaterdag 21 december 2013:
Al op de eerste bladzijde geeft de schrijver veel informatie prijs. Zo zijn er drie personages: de hoofdpersoon Karin, haar echtgenoot Roy en de architect Kenzo. Ook wordt meegedeeld dat Karin ooit binnenhuisarchitectuur heeft gestudeerd. De informatie is belangrijk voor de lezer, wekt de nieuwsgierigheid om door te lezen. Lobo slaagt hierin, want het boek leest makkelijk weg. De taal is eenvoudig en hij weet beeldend te schrijven. Met dit boek licht de schrijver-architect een tipje van de sluier op uit het leven van een geslaagde architect. Bovendien is het de schrijver gelukt om in de psyche van de mens (de personages) te kruipen en hun zwakheden bloot te leggen, vooral dat roem en rijkdom geenszins gelukkig maken.

Lees hier de recensie

Meer over ‘Bouwen op drijfzand’

«Vol melancholie maar geen moment larmoyant.» – Ezra de Haan

Opmaak 1Over ‘Een droom die ik heb’ van Nydia Ecury op Literatuurplein, 9 december 2013:
‘Herinnering’ was Ecurys lievelingsgedicht en dat verbaast mij niet. Het parlando tovert je een beeld voor dat lang op het netvlies blijft hangen. En voor wie het eiland kent zijn het in woorden gevangen herinneringen. (…) Interessant aan sommige gedichten is het zogenaamde gebruik van serial verbs, werkwoordsequenties, zoals in de gedichten ‘Een droom die ik heb’ en ‘Mijn liefde, een lint in de wind’. In het eerste gedicht tellen we zeventien werkwoorden in serie achter elkaar, in het tweede acht… Nydia Ecury had lessen in Papiaments van de grote dichter Pierre Lauffer gekregen en gezien de kwaliteit en originaliteit van de gedichten wist ze goed met die kennis om te gaan.

Lees hier de recensie

Meer over Nydia Ecury

«Van Leeuwen is één van de beste schrijvers die het koninkrijk heeft voortgebracht.» – Sheila Sitalsing

BoeliPortretHermanvanBergen75dpiOver o.a. Boeli van Leeuwen in column ‘Rijksgenoten’, de Volkskrant 20 november 2013:
‘Het koninkrijk bestaat niet’, kopte de Volkskrant dit weekend boven een artikel over wederzijdse wrevel en desinteresse. (…) Stuitend gebrek aan belangstelling in elkaar. Zo veroorzaakte de moord op Helmin Wiels – vergelijkbaar met die op Pim Fortuyn – aan de Noordzeezijde van Willem-Alexanders rijk amper een rimpeling. Mediacategorie aardbeving in Italië zonder Nederlandse slachtoffers. (…) Binnenkort belegt de Volkskrant een debat onder de zorgelijke titel ‘Kan het koninkrijk nog 200 jaar zo doorgaan?’
O jawel hoor, zou Boeli van Leeuwen opgewekt zeggen als hij nog zou leven. Van Leeuwen is één van de beste schrijvers die het koninkrijk heeft voortgebracht, en aan de Noordzeezijde schandalig onbekend. (…) Eigenlijk, schreef Van Leeuwen, zijn de ex-Antillen sinds 1634, ‘toen Johan van Walbeeck met merkbare tegenzin op Curaçao aan wal stapte, onafgebroken bezig ten onder te gaan’. Dat zullen ze vrolijk blijven doen, in rijksverband. Een kwarteeuw geleden voorspelde Van Leeuwen het al: ‘Je kunt die roteilanden eenvoudigweg niet meer kwijt. Wij hebben de onafhankelijkheid gezien op Haïti, wij krijgen dagelijks onafhankelijke hoeren uit Santo Domingo, die daar van de honger creperen, dank u zeer.’

Lees hier de hele column

Meer over Boeli van Leeuwen

Giselle Ecury – De rode appel

VoorplatRodeAppel75dpiKleinGiselle Ecury
De rode appel

Roman
Nederland / Aruba
Ingenaaid, 440 blz.
ISBN 978-90-6265-817-6 € 22,00
12 september 2013

Twee levensverhalen, één telefoongesprek. Dat is het uitgangspunt van deze bildungsroman De rode appel. Nick en Elisabeth wonen in Nederland en hebben beiden een achtergrond die zich deels heeft afgespeeld op Curaçao. De een heeft het gevoel, dat er vroeger iets verdrongen werd, de ander heeft zelf iets verdrongen.
Nick heeft zich altijd afgevraagd, waarom hij op subtiele wijze in zijn jeugd anders behandeld werd dan zijn broers en zus. Als zijn ouders 50 jaar getrouwd zijn, achterhaalt hij de waarheid. Wanneer hij er eindelijk over kan praten met Elisabeth, doorziet zij nog tijdens het telefoongesprek wat er in haar eigen leven onopgelost is. Zij keert direct schuldbewust vanuit Nederland terug naar Zuid-Frankrijk, waar zij de dubieuze gebeurtenissen uit haar au-pairtijd ontrafelt.
Wat in beide levens bepalend is, blijkt het schemergebied tussen liefde en lust te zijn tegen de achtergrond van de jaren zestig en zeventig met bij de jongeren veranderende opvattingen, een tweede feministische golf en het recht op openheid en seksuele vrijheid, terwijl hun ouders dat proberen tegen te houden. Met alle gevolgen van dien. De zoetzure appel, waar uiteindelijk toch het klokhuis van rest.

Giselle Ecury werd geboren op Aruba. Het hele gezin verhuisde in 1960 naar Nederland, waar haar moeder vandaan kwam. Zij doorliep hier haar middelbare school en behaalde een HBO-diploma. Zij werkte in het onderwijs en debuteerde in 2005 met de dichtbundel Terug die tijd en in 2006 als romancier met Erfdeel. In 2009 verscheen haar tweede roman Glas in lood en in 2010 haar tweede dichtbundel Vogelvlucht. Vooral uit haar romans komt naar voren dat haar leven onlosmakelijk verbonden blijft met de twee culturen die zij in zich draagt. En dat geldt ook voor haar derde roman De rode appel.

Hoe Nanzi de koning beetnam

NILDA PINTO
Hoe Nanzi de koning beetnam / Kon Nanzi a nèk shon Arei

Curaçao
Tweetalig Nederlands-Papiaments
Gebonden, groot formaat, 208 blz.
Met paginagrote illustraties van zes vooraanstaande Antilliaanse kunstenaars
Imprint: Veldboeket Lektuur Uitgeverij
Druk: Slinger Alkmaar
Van 24,95 voor 19,50
ISBN 978-90-52473-53-6
Tweede druk: uitverkocht

Nanzi de spin neemt niet alleen de koning beet, maar ook de tijger, de duivel en zelfs zijn vriendin. Hij is een hebberige luilak, maar ook een superbijdehante slimmerik. Hij weet zich altijd uit de penarie te redden, vooral door gebruik te maken van de domheid van anderen. De verhalen over de slimme spin komen oorspronkelijk uit West-Afrika, uit Ghana, van het volk van Ashanti. In de slaventijd speelde Nanzi een belangrijke rol als troost en vorm van protest voor de onderdrukten. De Afrikanen namen ze mee naar het Caribisch gebied. In Nederland zijn de verhalen tot nu toe vooral bekend uit Suriname, waar Nanzi Anansi heet. Dit tweetalige boek met 32 verhalen over de slimme spin Nanzi laat zien dat de Antillaanse verhalen een geheel eigen, authentieke sfeer ademen. Zowel voor volwassenen als voor kinderen vanaf ca. 5 jaar.

Joan Leslie – Compa Nanzi’s Capriolen

JOAN LESLIE
Compa Nanzi’s Capriolen

Antillen / Nederland
Ingenaaid, 192 blz., € 16,90
ISBN 978-90-6265-692-9

In Compa Nanzi’s Capriolen is Compa Nanzi, het Antilliaanse ‘broertje’ van de Surinaamse spin Anansi, géén spin maar een mens: slim, wijs, bijdehand, sluw maar zeker geen schurk. Net als zijn beroemde achtpotige naamgenoot haalt hij de wonderlijkste capriolen uit en weet hij handig gebruik te maken van de zwakheden en de naïviteit van zijn tegenstanders. Maar nooit zal hij iemand zomaar kwaad doen.

De Compa Nanzi van Joan Leslie is het voorbeeld van een ‘survivor’ en staat midden in het leven. In zijn avonturen komen algemeen menselijke thema’s aan bod zoals armoede, rijkdom, opvoedings-perikelen en het streven van ieder mens naar liefde en geluk. Maar ook misstanden als machtsmisbruik, discriminatie en het ontbreken van respect voor het multiculturele in onze samenleving worden niet geschuwd.

Nanzi omhelsde zijn vrouw. ‘Maak je geen zorgen, Maria. Het is tijd dat de rups een vlinder wordt. De tijd is gekomen dat ook wij onze thee uit kopjes met gouden oortjes gaan drinken.’
Het was niet de eerste keer dat Nanzi zulke mysterieuze uitspraken deed en Shi Maria begreep dat het onbegonnen werk was hem van gedachten te doen veranderen. Dat zou hetzelfde zijn als proberen een brandnetelstruik om te toveren in fluweel.

Net als in de verteltraditie van de Compa Nanzi-spinverhalen is letterlijk alles mogelijk. Het ene moment is Compa Nanzi een geslaagde zakenman, het andere moment een opstandige fabrieksarbeider. Ook is het de gewoonste zaak van de wereld dat hij in de meest extreme en fantastische situaties belandt. Shi Maria, de vrouw achter Compa Nanzi confronteert hem met de realiteit en weet hem met beide benen op de grond te houden.

Joan Leslie (Aruba) debuteerde in 2007 met de verhalenbundel De bloeiende flamboyant. Ook schrijft zij gedichten, recentelijk in de bundel Wie ik ben / Ta ken mi ta (2011).

Simia Literario – Wie ik ben ? Ta ken mi ta

SIMIA LITERARIO (red. Fred de Haas)
Wie ik ben / Ta ken mi ta

Nieuwe Antilliaanse gedichten en
verhalen uit Nederland.
Antillen / Nederland

Ingenaaid, 72 blz. € 15,00
september 2011

ISBN 978-90-6265-680-6

Met bijdragen van: Hilli Arduin, Frida Doma-cassé, Giselle Ecury, Eugènie Herlaar, Alida Kock, Joan Leslie, T. Martinus, Olga Orman, Collin Schorea, Lambertha Souman, Richard de Veer, Wendela de Vries en Natalie Wanga.

De Antilliaanse schrijversgroep Simia Literario onderneemt in Wie ik ben / Ta ken mi ta een indringende zoektocht naar identiteit. De 13 gebloemleesde auteurs zetten hiermee een tocht voort die zowel in het Caribisch gebied als in de Antilliaanse ‘diaspora’ in Nederland al vele decennia geleden is begonnen en nog steeds niet ten einde is, niet in de laatste plaats omdat de naweeën van de koloniale en postkoloniale tijd nog altijd voelbaar zijn.
Vanwege het feit dat zij in Nederland leven en niettemin een verbondenheid voelen met het vaderland overzee overschrijden zij in hun werk op natuurlijke wijze de diffuse scheidslijnen van de culturen die zij in zich meedragen.
Hun situatie verschilt in hoge mate van Antilliaanse dichters die altijd ‘thuis’ zijn gebleven, in hun Caribisch vaderland. Dichters als Pierre Lauffer en Elis Juliana hebben immers niet de cultuurschok hoeven ondergaan van migranten, die zich op ‘vreemde’ bodem met een andere cultuur hebben moeten verzoenen en, tot op zekere hoogte, identificeren.

Wie ik ben / Ta ken mi ta draagt alle kenmerken van een complexe, Creoolse creatie. Het steeds van kleur en sfeer wisselende existentiële landschap wordt ontsloten door wegen die, dankzij de zeer toegankelijke en uitnodigende literaire bijdragen, de met zorg gemaakte vertalingen/bewerkingen uit het Papiaments, de inleidende tekst en de verklarende noten, de lezer mee zullen nemen op een verrassende verkenningstocht van de Antilliaanse migrantenziel.

Woorden willen bloeien 4 september 2011


S i m i a L i t e r a r i o
presenteert in samenwerking met
Uitgeverij In de Knipscheer, Werkgroep Caraïbische Letteren,
Amsterdams Fonds voor de Kunst, NiNsee, Cake du Fortin
en Openbare Bibliotheek van Amsterdam (OBA)

Woorden willen bloeien – Palabranan ke floria

een spetterend programma waarmee Stichting Simia Literario haar tweede lustrum viert
op zondagmiddag 4 september 2011, 15.00 uur
met o.a. een dubbele boekpresentatie van

[1]
de bloemlezing onder redactie van Fred de Haas
Wie ik ben / Ta ken mi ta
met bijdragen van schrijvers en dichters van schrijfgroep Simia Literario:
Hilli Arduin, Frida Domacassé, Giselle Ecury, Eugènie Herlaar,
Alida Kock, Joan Leslie, T. Martinus, Olga Orman, Collin Schorea,
Lambertha Souman, Richard de Veer, Wendela de Vries, Natalie Wanga

De muzikale omlijsting wordt verzorgd door
Pro Guitara en Izaline Calister

[2]
de verhalenbundel
Compa Nanzi’s Capriolen
Joan Leslie
lid van de schrijfgroep Simia Literario

OBA Centrale Bibliotheek
Oosterdokskade 143, 1011 DL Amsterdam
Theater van ’t Woord, 7de etage
zondag 4 september 2011
zaal open 14.30 uur
programma 15.00 tot 17.00 uur
Na afloop signeren de auteurs voor belangstellenden hun boeken
Toegang: gratis
Bereikbaarheid: klik hier

Reserveren noodzakelijk:
via receptie OBA: 020 – 5230 801 of klik hier