«Na maar liefst 22 jaar verscheen een nieuwe dichtbundel: ‘Hecht en sterk’.» – Ko van Geemert

shrinivasi nov 2012Foto: Bea Moedt

Een interview met Shrinivási in Ñapa (weekendbijlage van dagblad Amigoe), zaterdag 28 maart 2015:
In 2013 liet de dichter weer van zich horen. Na maar liefst 22 jaar verscheen een nieuwe dichtbundel: Hecht en sterk, de naam van een plantage in het Surinaamse district Commewijne, waar hij in zijn jeugd gewoond heeft. (…) ‘Soms voel ik me wel eenzaam, maar je moet er niet aan toegeven. Als je je gaat opsluiten of in jezelf gaat praten, dan ben je rijp voor het gesticht. Je moet in je gedachten iemand hebben die je liefhebt. Of op papier. Eigenlijk zou ik een roman of mijn autobiografie willen schrijven, maar dat zal er niet meer van komen.’
Lees hier de versie in ‘Amigoe’, in april 2015 ook gepubliceerd in het Surinaamse magazine ‘Parbode’
Het oorspronkelijke, veel uitgebreidere artikel kunt u hier lezen
Meer over Shrinivási bij Uitgeverij In de Knipscheer

Boeli van Leeuwen – Geniale anarchie (7de druk)

Boeli van Leeuwen
Geniale Anarchie

Antillen, Columns
Gebrocheerd, 200 blz. 15,00
ISBN 978 90 6265 325 6
Eerste druk 1990
Zevende druk 2015

De Curaçaose auteur Boeli van Leeuwen (1922) schreef gedurende een jaar een wekelijkse column in de Curaçaosche Courant. De neerslag van zijn ‘bloed, zweet en tranen’ is nu gebundeld in Geniale Anarchie en toont Van Leeuwen in topvorm. Op zijn kenmerkende onnavolgbare wijze schetst de auteur een messcherp beeld van zijn geboorte-eiland: fascinerend, soms keihard, maar altijd diepmenselijk. Curaçao, eens een ‘isla inutil’ en voor velen ‘De rots der struikeling’ in de letterlijke betekenis, is volgens de schrijver de laatste wijkplaats voor geniale anarchisten in een wereld die beheerst wordt door technocraten. Geniale anarchisten, die van niets toch altijd nog iets wonderbaarlijks weten te maken.

Mooie woorden over Geniale anarchie:
“Dat Boeli van Leeuwen een overtuigd auteur is van grote thema’s als doodsangst en existentiële twijfels bewees hij reeds in zijn vijf romans; dat hij ook onder druk van een wekelijkse deadline in staat is in de beperkte ruimte van een column literatuur van gehalte te produceren, is met deze bundel uit 1990 bewezen.” – NRC Handelsblad
“Boeli van Leeuwen blijkt het genre tot in de perfectie te beheersen. Hier is iemand aan het werk die houdt van schrijven. Dat werkt aanstekelijk, want niet alleen houdt hij ervan, hij kan het als de besten. Boeli van Leeuwen lees je voor het genot van het lezen.” – Cees Zoon in De Volkskrant
“Met Geniale Anarchie is duidelijk dat Boeli van Leeuwen zoniet zijn eigen ziel dan toch wel de ziel van Curaçao heeft blootgelegd. Geniaal? Jawel: ze zijn onmisbaar voor een beter begrip van de anarchie die Curaço is en van de geniale anarchist die Van Leeuwen is.” – Jos de Roo in Trouw
“Geniale Anarchie geeft een mooi beeld zowel van de samenleving op Curaçao als van de beschouwer daarvan, een sterk betrokken beeld vol zelfspot.” — Koos Hageraats in de De Tijd
“Er is veel meer in te vinden dan een ironische beschrijving van de positie van het eiland Curaçao. Veel meer dan in zijn eerste werken is Boeli van Leeuwen de auteur geworden, die in een beeldende en knap gereconstrueerde taal een samensmelting bereikt tussen de Nederlandse literaire tradities en opvattingen en de Latijnsamerikaanse evocatieve en hartstochtelijke literatuur, waarin de verbeelding vande auteur door alle grenzen van werkelijkheid en de ordening heen moet breken.” – Jan Verstappen
Meer over Boeli van Leeuwen en Geniale anarchie

Janny de Heer – Gentleman in slavernij (2de druk)

JANNY DE HEER
Gentleman in slavernij

Roman
Nederland / Suriname
Gebrocheerd, 336 blz., € 19,50
ISBN 978-90-6265-832-9
september 2013
Tweede druk 2015

Janny de Heer debuteerde in 1999 met Landskinderen van Curaçao. In Suriname verrichtte zij uitgebreid historisch onderzoek voor het schrijven van Gentleman in slavernij, een roman over een Duitse immigrant in het 19de eeuwse Suriname.

Een jongeman uit een welgestelde Duitse familie, Johann Dieterich Horst, zoekt in 1827 zijn geluk in Suriname. In de loop der jaren klimt hij op van ‘blankofficier’, directeur tot administrateur op diverse plantages. Als hij zeker weet dat hij in Suriname wil blijven, koopt hij zelf plantages. In een maatschappij waar slavernij een gegeven is zou hij de slaven het liefst willen behandelen zoals hij vroeger thuis op het landgoed van zijn vader geleerd heeft met het personeel om te gaan. Hij is begaan met de slaven, en vanaf het begin voelt hij zich vooral betrokken bij het lot van Candasie en haar kinderen, al is hij niet altijd in staat de slavin te beschermen.

Horst leeft in twee werelden. De sympathie en vriendschap die hij voor Candasie voelt, mondt op een avond uit in meer. Dezelfde avond slaat het wantrouwen echter bij hem toe en dat verdrijft de liefde waar hij even daarvoor nog zo zeker van was. Afrika, een slavin, is weggelopen en Candasie zou haar geholpen hebben. Horst weigert die beschuldigingen te geloven totdat hij het haar rechtstreeks vraagt en hij in haar ogen een bekentenis meent te zien. Pas een jaar later hoort hij dat zijn zoon in slavernij is geboren en hij koopt het kind vrij zodra hij kan.

Gentleman in slavernij is een meeslepende geschiedenis over het koloniale Suriname in de 19de eeuw, een tijd van grote veranderingen in de verhoudingen tussen de bevolkingsgroepen. Meeslepend omdat de roman vertelt over hoe het dagelijks leven op en om de plantages werkelijk was. Janny de Heer ontraadselt daarbij knap de familiegeheimen die rond Johann Dieterich Horst zijn ontstaan tot aan zijn dood op 72-jarige leeftijd op een wel heel dramatisch moment.
Meer over ‘Gentleman in slavernij’

«Fascinerend hoe exotisch onze werkelijkheid in de ogen van een ander kan zijn.» – Marieke Visser

VoorplatZoekennaarSlory75Over ‘Zoeken naar Slory. Een reis door verrassend Suriname’ van E. de Haan in EFM Magazine (Paramaribo) jrg. 4, nr. 11, maart 2015:
Zelf noemt E. de Haan zijn boek een ‘road novel’. Dat botste meteen met het verwachtingspatroon dat hij daarmee bij mij als lezer opriep. Voor mijn gevoel moest het er in een ‘road novel’ toch wel wat ruiger aan toe gaan. De hoofdpersoon in ‘Zoeken naar Slory’ is de auteur zelf, die, zoals de titel al zegt, op zoek gaat naar de bekende Surinaamse dichter Michaël Slory. De Haan beschrijft hoe hij Suriname doorkruist, te voet, per taxi, met de boot. Heel vertrouwde situaties komen al lezend voorbij. Een vegetarische nasi (met kip) eten, een gesprekje op de markt, een taxichauffeur die overal een mening over heeft, dames met dikke billen, zwervers die ‘kunst’ proberen te slijten: kortom, het dagelijks leven. Maar wacht eens even … Dat is dus waar het ’m in zit: voor mij (en andere Surinaamse lezers) is het verhaal gesneden koek: dit is onze dagelijkse realiteit. Op het moment dat dat tot me doordrong vond ik het fascinerend hoe exotisch onze werkelijkheid in de ogen van een ander kan zijn. In het verslag dat E. de Haan doet over zijn zwerftocht citeert hij Slory zeer regelmatig. Wat een mooie poëzie hebben we te danken aan deze literaire grootheid die zo opgegaan is in het straatbeeld van alledag. Terwijl Slory toch ‘zal zingen om de zon te laten opkomen’.
Meer over ‘Zoeken naar Slory’
Meer over E. de Haan bij Uitgeverij In de Knipscheer
Meer over Michaël Slory bij Uitgeverij In de Knipscheer

‘Porto Marie’ scoort goed bij jury De Inktaap 2015

Op 10 maart werd in Antwerpen door 1.250 scholieren tussen de 15 en 18 jaar de winnaar gekozen uit de vier genomineerden voor De Inktaap 2015. Het was een spannende jurering waarbij de vier titels lange tijd gelijk opgingen. Opvallend was dat relatief veel Vlaamse deelnemende schooljury’s kozen voor ‘Porto Marie’ van de (overleden) Curaçaose auteur Els Langenfeld. Met slechts enkele tientallen stemmen meer dan de overige genomineerden werd Ilja Leonard Pfeijffer de winnaar met zijn roman ‘La Superba’. Het juryrapport meldt over ‘Porto Marie’: “Niet bang om de zwarte bladzijden uit de geschiedenis van Nederland aan te kaarten, trok Els Langenfeld naar Curaçao. Met veel adjectieven en een helder taalgebruik dompelde de schrijfster ons onder in de geschiedenis van de plantage ‘Porto Marie’. De stijlvolle verwoordingen en fraaie natuurbeelden staan in scherp contrast met de grimmige, donkere gebeurtenissen, die des te afgrijselijker zijn wanneer je beseft dat deze roman een hoog realistisch gehalte heeft. Het is een prachtig boek dat leest alsof je er zelf bij was. Langenfelds grootste verdienste vinden we in het herinneren aan ons koloniaal verleden. De pijnlijke beproevingen van de personages laten niemand onberoerd en vormen het boek tot een emotioneel geheel, dat de harde realiteit niet uit de weg gaat.”
Lees hier het juryrapport
Meer over De Inktaap
Meer over Porto Marie van Els Langenfeld

«En in Perdu bleek hij dus ook een voordrachtskunstenaar.» – Klaas de Groot

Mijn lief mijn leedzwOver Clyde Lo A Njoe met ‘Mijn lief mijn leed’ in Theater Perdu op Caraïbisch Uitzicht, 7 maart 2015:
Zondag 22 februari was er een bijzondere poëziemiddag in Theater Perdu aan de Kloveniersburgwal in Amsterdam. Het komt vaker voor dat dichters hun werk combineren met muziek, maar het optreden van Lo A Njoe was een nieuwe manier om beide kunstvormen te combineren. En dan heb ik het nog niet eens over het feit dat ook de dans aan bod kwam. Tijdens het optreden kon je zien dat de dichter moeite had om zijn danslust te beheersen en af en toe kon hij die drang niet bedwingen. (…) De stem van Lo A Njoe paste uitstekend in deze mengvorm van muzikale en verbale klanken. Door een onnadrukkelijke dictie en goede verstaanbaarheid was het duidelijk dat er in de dichter ook een voordrachtskunstenaar aanwezig is. (…) Muziek, woorden, beelden, dat zijn de drie motoren van het werk van Lo A Njoe. En in Perdu bleek hij dus ook een voordrachtskunstenaar.
Lees hier het artikel
Meer over Clyde R. Lo A Njoe bij Uitgeverij In de Knipscheer

«Het ritme van haar gedichten neemt je als lezer mee.» – S.M.J. Angenent

VoorplatDoorwaaiwoning72Over ‘Cas di biento/Doorwaaiwoning’ van Olga Orman voor NBD/Biblion, 4 maart 2015:
Alle gedichten in deze tweetalige bundel ademen een grote liefde uit voor Aruba, waar ze in haar jeugd regelmatig met haar vader de natuur introk, en waar duidelijk haar hart nog ligt. Het ritme van haar gedichten neemt je als lezer mee, zelfs wanneer je het Papiamento niet machtig bent. De Nederlandse vertaling is van Fred de Haas, die achterin ook een aantal verklarende noten biedt. Aanrader.
Lees hier de recensie
Meer over ‘Cas di biento/Doorwaaiwoning’

«Als een echte Stanley is De Haan op zoek naar zijn Livingstone, de dichter Slory.» – Karel Wasch

VoorplatZoekennaarSlory75Over ‘Zoeken naar Slory’ van E. de Haan op Leestafel, 15 februari 2015:
E. de Haan gaat in dit boek op zoek naar de bekende Surinaamse dichter Michaël Slory. Tegelijkertijd is dit roadboek een vakkundige inkijk in het Suriname van nu. Gelukkig vergelijkt De Haan de twee landen niet, maar hij schetst met vaardige pen wat er opvallend is en vooral schokkend. (…) De Haan trekt het binnenland in om met eigen ogen de jungle te aanschouwen en vooral te fotograferen. Kaaimannen, apen, vlinders, vogels, maar ook houtkap en illegale jagers komen op zijn weg evenals de bauxietontginning. In de ogen van Slory is dat een aantasting van de aarde en met dat gedicht beziet De Haan de zaak heel anders dan hij dat normaal gedaan zou hebben. De gedichten van Slory vormen een venster op de wereld. Een kritisch maar ook spiritueel venster, de aarde is een lichaam. Politiek is lijden. (…) Vlak voor zijn terugkeer naar Nederland ontmoet De Haan zijn idool dan toch op het terras van een restaurant. Hij ontdekt spoedig dat Slory eigenlijk Suriname is! Het water van de rivieren is zijn bloed, zijn stem de wind en zijn lichaam de aarde. Zijn geest zou je het ideaal kunnen noemen waaraan Suriname zou moeten werken, maar dat door de omstandigheden in de ijskast terecht is gekomen. De Haan kan maar één foto maken van Slory, de batterij van zijn toestel begeeft het daarna. Een mooi beeld, want de oude indianen in Amerika geloofden dat de blanken hun ziel stalen door foto’s te nemen. Slory’s ziel blijft dus intact. Het interview met Slory wordt bijna integraal weergegeven. Een mooi boek over Suriname met de dichter als gids en De Haan, die ons vakkundig bijlicht!
Lees hier de recensie
Meer over ‘Zoeken naar Slory’
Meer over E. de Haan bij Uitgeverij In de Knipscheer
Meer over Michaël Slory bij Uitgeverij In de Knipscheer

«Er valt zoveel te genieten in deze bundel.»

VoorplatSheherezade75Over ‘Een serenade voor mijn Shéhérazade’ van Walter Palm in Antilliaans Dagblad, 12 februari 2015:
Het gaat vooral om metaforen, tientallen voorbeelden van hoe schoon het geluk en de liefde zijn. Daarbij wordt veel gebruik gemaakt van de natuur die, in al zijn puurheid, uitstekend aansluit bij de gevoelens die de dichter probeert weer te geven. Interessant is de opbouw van de zinnen in Palms poëzie en ook hoe hij woorden durft te blijven herhalen. Zelfs een woord als liefde. Het is poëzie waar je je aan over moet geven. Zoals aan een geliefde. Walter Palm biedt de lezer nog veel meer dan liefde in deze bundel. Mooie regels ‘als staan vochtige tafels/ te transpireren van romantiek’ of ‘Zilverachtig de ochtendnevel/ die als Chinese zijde/ het bos drapeerde’. Er valt zoveel te genieten in deze bundel.
Lees hier de recensie
Meer over ‘Een serenade voor mijn Shéhérazade’

«Lees het nog eens, lezer, laat de aangehaalde gedichten zich ontvouwen.» – Jeroen Heuvel

VoorplatBelumbe-Waterlijn75Over ‘Belumbe / De waterlijn’ van Diana Lebacs in Antilliaans Dagblad, 7 februari 2015:
Het is een tweetalige bundel, oorspronkelijk heeft Lebacs de gedichten in het Nederlands geschreven, en zelf heeft ze ze in het Papiaments hertaald. Lebacs’ idioom is steengoed, ze beweegt zich als een vis in beide talen. En zoals het bij meerminnen hoort, als je denkt dat je haar kunt vasthouden, glibbert ze verder, ongrijpbaar als de waterlijn. (…) De gedichten zijn rijk aan associaties en niet bedoeld voor een eenduidige uitleg. Het is een spel van klanken, ritmes, tonen en betekenissen, een dartel spel, maar dan dartel – speels, verspringend, je niet door de tragedie van het leven klem laten zetten – in de zin van sanguinisch – volbloedig, vurig, niet voor één gat gevangen, dus niet kinderlijk, maar gelouterd dartel; poëzie die herinnert aan die van een Oda Blinder. (…). Wie de gedichten herleest ontdekt steeds meer samenhang, verdriet en vreugde van het leven. Diana Lebacs gebruikt een woord of zinsnede in een volgend gedicht soms verrassend net-niet-hetzelfde en geeft het daardoor een verdieping mee.
Lees hier de recensie
Meer over ‘Belumbe / De waterlijn’
Meer over Diana Lebacs bij Uitgeverij In de Knipscheer