De voorjaarscolleges van prof. dr Michiel van Kempen over de literatuur van Suriname, de Nederlands-Caraïbische eilanden en Indië

De colleges Caraïbische letteren worden vanaf 9 februari tot en met 24 mei 2024 gegeven telkens op een  vrijdag van 15.00 tot 18.00 uur in zaal 4.40 van het P.C. Hoofthuis, Spuistraat 138  in Amsterdam. Voor volgers van Uitgeverij In de Knipscheer zijn enkele colleges van bijzonder belang: op vrijdag  16 februari 2024 over Medardo de Marchena – Staatsgevaarlijk in koloniaal Curaçao (in aanwezigheid van bezorger dr Aart G. Broek);  op vrijdag 15 maart 2024 over Boeli van Leeuwen – Wie denk je dat ik ben? (gastcollege door redacteur Klaas de Groot); op vrijdag 19 april 2024 over  Edgar Cairo – Kollektieve schuld (gastcollege door Thalia Ostendorf MA). Wie graag de reeks of enkele colleges bijwoont kan zich per mail aanmelden: M.H.G.vanKempen@uva.nl . Het vooraf gelezen hebben van de te behandelen tekst is voorwaarde om het college te kunnen bijwonen. Auteurs aan wie de overige colleges worden gewijd zijn: Roline Redmond, Cola Debrot, J. van de Walle, Frank Martinus Arion, Ellen Ombre, Anil Ramdas, F. Springer en Chris Polanen m.m.v. onder anderen dr Karin Amatmoekrim, Mineke de Vries, dr Gábor Pusztai, prof.dr  Bert Paasman,

Klik hier voor het college-overzicht
Meer over Medardo de Marchena op deze site
Meer over Boeli van Leeuwen op deze site
Meer over Edgar Cairo op deze site

«Heling kan beginnen, lijkt Heloise te zeggen. Dat klinkt therapeutisch, maar ze maakt er een soort oerkracht van, in beweging met de wind, de zon en de zee van Curaçao.» – Martijn Nicolaas

Over ‘Blauwe tomaten’ van Elodie Heloise op Tzum, 13 februari 2024:

(…) Elodie Heloise past met haar geëngageerde romandebuut goed in deze nieuwe generatie Caribische auteurs. En met een proloog die herinnert aan Tip Maruggs klassieker ‘De morgen loeit weer aan’, plaatst ze zich ook mooi in de traditie. (…) ‘Blauwe tomaten’ schetst geen vrolijk beeld van Curaçao. Een grote rol in het verhaal speelt een opvanghuis voor zwervers en alcoholverslaafde mannen, ‘alle hopeloos losgeslagen en dolende zielen’ die in Willemstad rondhangen en last veroorzaken. (…) Dominique is journalist en ook zij bracht haar vroege jeugd door op het eiland maar remigreerde naar Nederland met haar moeder toen ze acht jaar was. Een vlucht was dat: haar vader mishandelde haar moeder. Nooit spraken ze daarover. Het eiland van haar jeugd begint echter herinneringen los te breken waar Dominique steeds moeilijker weerstand aan kan bieden. (…) Ondanks dat Dominique duidelijk het centrale personage is, bouwt Heloise haar verhaal op vanuit meerdere perspectieven. (…) Waar in het begin van de roman de personages nog sterk in zichzelf gekeerd zijn, kent de loop van het verhaal een patroon van steeds meer openheid en eerlijkheid. Waar mensen hun relaties verdiepen, door open te zijn naar elkaar en hun gedeelde verleden, kan heling beginnen, lijkt Heloise te zeggen. Dat klinkt therapeutisch, maar Heloise maakt er een soort oerkracht van, in beweging met de wind, de zon en de zee van Curaçao. (…) ‘Blauwe tomaten’ is een warm-menselijke roman die gezicht geeft aan de ketting van misbruik waar Curaçaose families in gevangen kunnen zitten. Het beeld van de blauwe tomaten als de afdruk van huiselijk geweld die slechts langzaam vervaagt, is tegelijkertijd wrang en hoopvol. Want wat vervaagt, zal uiteindelijk verdwijnen.

Lees a href=”https://www.tzum.info/2024/02/recensie-elodie-heloise-blauwe-tomaten/”>hier de recensie ‘De afdruk van huiselijk geweld’
Meer over ‘Blauwe tomaten’
Meer over Elodie Heloise bij Uitgeverij In de Knipscheer

«Ik had het voorrecht om drie Curaçaose schrijvers persoonlijk te kennen, namelijk Pierre Lauffer, Chal Corsen en Boeli van Leeuwen.» – Walter Palm

Over ‘De vele gezichten van mijn pen’ door Walter Palm in Antilliaans Dagblad, 8 januari 2024:

(…) Inmiddels is mijn manuscript gepubliceerd met als titel ‘De vele gezichten van mijn pen’. (…) De titel verwijst naar de vele gezichten van mijn schrijverschap: dichter, verhalenschrijver, essayist en recensent. Dit boek bevat gedichten, verhalen, essays en recensies plus literaire memoires. Laat ik daarmee beginnen. Ik had het voorrecht om drie Curaçaose schrijvers persoonlijk te kennen, namelijk Pierre Lauffer, Chal Corsen en Boeli van Leeuwen. (…) Mijn gedichten besprak ik ook met Boeli van Leeuwen. We spraken op een heel bijzondere plek af namelijk het kantoor van het Bestuurscollege van Curaçao. Boeli van Leeuwen was in de jaren zeventig een hoge ambtenaar bij het Bestuurscollege van Curaçao en ik had in zijn werkkamer stapels ambtelijke stukken verwacht die lagen te wachten op zijn machtige paraaf, maar niets van dat alles. Er lag een vuistdik boek van de katholieke theoloog Schillebeeckx op zijn bureau. Hij ging uitvoerig in op de theologische opvattingen van deze Nijmeegse theoloog, en ik stelde de theologische opvattingen van mijn moeder daar tegenover. Volgens mijn moeder had God zijn of haar enige zoon naar de mensen gestuurd om ze te leren hoe ze moesten leven, maar in plaats daarvan hebben de mensen de zoon gekruisigd. Volgens mijn moeder wou God toen niets meer weten van de mensheid. Een totaal afwezige God. Ik ben maar niet ingegaan op de theologische opvatting van mijn vader want die was een aanhanger van de Aristotelische Thomas van Aquino. (…) Was Chal Corsen onder de indruk van de beeldenrijkdom van mijn gedichten, Boeli was gecharmeerd van de muzikaliteit van mijn gedichten, wat hij niet vreemd vond want ik kom uit een muziekfamilie. Boeli van Leeuwen kwam weer ter sprake bij de toneelbewerking door John Leerdam van Boeli’s bestseller ‘Geniale Anarchie’. Dit boek gaat over de ervaring van Boeli met Curaçaose politici. Op verzoek van de regisseur heb ik voor deze toneelbewerking het gedicht Demagogen geschreven dat ook opgenomen is in ‘De vele gezichten van mijn pen’. (…)

Lees hier en hier
Meer over deze Inleiding bij Dutch Caribbean Bookclub
Meer over ‘De vele gezichten van mijn pen’
Meer over Walter Palm bij Uitgeverij In de Knipscheer

«Hoe een Venezolaanse rebel het Koninkrijk der Nederlanden vernederde.»

Eric de Brabander over ‘Urbina’ in Sociëteit Tweede Uitleg, 1 oktober 2023:

Op zondagmiddag 1 oktober 2023 was de Curaçaose schrijver Eric de Brabander in het kader van de lezingencyclus Tweede Uitleg 2023 spreker in de sociëteit van de stichting in de Nieuwe Looiersstraat 29, 1017 VA Amsterdam. Voor de pauze kwam zijn binnenkort te verschijnen roman ‘Urbina’ uitgebreid ter sprake. Curaçao 8 juni 1929: De Venezolaanse revolutionair Rafael Simón Urbina (1897-1950) zaait dood en verderf bij zijn overval op het Waterfort op Curaçao, waarmee hij zijn strijd tegen dictator Juan Vincente Gómez in zijn thuisland wil bekostigen. Hij gijzelt de Nederlandse gouverneur, plaatsvervanger van de koningin, en ontvoerde de arme man naar Venezuela. De buit – wapens en geld – valt echter tegen. Met zijn manschappen eenmaal terug op Venezolaanse bodem, loopt ook déze couppoging op een mislukking uit. Eric de Brabander deed onderzoek naar het historische verhaal en schreef er een roman over die eind dit jaar zal uitkomen. Na de pauze belichtte Eric de Brabander een viertal grote auteurs  van de Antilliaanse literatuur: Cola Debrot, Tip Marugg, Boeli van Leeuwen en Frank Martinus Arion.
Meer  over ‘Urbina’
Meer over Eric de Brabander bij Uitgeverij In de Knipscheer

«Een Curaçaose potpourri.» – Ko van Geemert

VoorplatPalmGezichten-75Over ‘De vele gezichten van mijn pen’ van Walter Palm in Argus, 16 augustus 2023:

Walter Palm werd in 1951 op Curaçao geboren. Op dit eiland is de familienaam Palm zo ongeveer synoniem aan muziek. Het lag dus voor de hand dat ook Walter Palm, kleinzoon van de vermaarde componist Jacobo Palm (1887-1982), in de muziek terecht zou komen. Maar de jonge Walter koos voor de literatuur, in het bijzonder: poëzie. Er zit echter ook zeker muziek in zijn poëzie, wat vooral valt te horen als hij zijn gedichten zelf, op melodieuze wijze, voordraagt. Walter Palm schrijft ook proza. Zo herinner ik me het verhaal ‘Curaçao steekt de oceaan over’ (1997), waarin hij als gedachtenexperiment zijn geboorte-eiland naar de Nederlandse kust versleept. Als de winter aanbreekt, ontstaan er problemen. (…)  Onlangs verscheen De vele gezichten van mijn pen, waarin Walter Palm reflecteert op eigen werk en van alles en nog wat samenbrengt: autobiografische schetsen, verhalen over Curaçaose kunstenaars die in zijn jeugd bij hem in de buurt woonden, een overzicht van zijn dichtbundels voorzien van achtergrondinformatie, een verslag van ‘twee memorabele avonden met Salman Rushdie’, twintig gedichten en drie korte verhalen waaronder het eerder genoemde ‘Curaçao steekt de oceaan over’, vijf recensies en twee beschouwingen over Dubbelspel van Frank Martinus Arion en Mijn zuster de negerin van Cola Debrot, door Palm consequent gespeld als Mijn zuster de n******. (…) In De vele gezichten van mijn pen staat Walter Palm onder meer stil bij zijn essay Het sluipend gif van islamofobie, 1989-2019, ‘een felle aanklacht tegen toxische islamofobie, een vurige verdediging van de Grondwet en een woedende uitval naar partijen die de Grondwet aan hun laars lappen, sterker nog als voetveeg gebruiken.’ (…)

Lees hier de recensie

Meer over ‘De vele gezichten van mijn pen’
Meer over Walter Palm bij Uitgeverij In de Knipscheer

Walter Palm – De vele gezichten van mijn pen. Literaire memoires

VoorplatPalmGezichten-75Walter Palm
De vele gezichten van mijn pen

literaire memoires
Curaça0 – Nederland
gebrocheerd in omslag met flappen,
288 blz., € 22,00
eerste druk 2023
ISBN 978-94-93214-90-3

Het overlijden van zijn vader, en het vertellen over zijn levenservaringen enige maanden daarvoor, maakten de auteur bewust van het belang van memoires. Om te voorkomen dat geïnteresseerden in Walter Palms literaire nalatenschap achter het net zouden vissen, wanneer hij voorgoed achter de horizon verdwenen was, heeft hij deze herinneringen aan het papier toevertrouwd en gebundeld in De vele gezichten van mijn pen.

Walter Palm duidt, als telg van de componistendynastie Palm, de artistieke en muzikale omgeving waarin hij opgroeide. De invloed van Curaçao, haar auteurs en musici klinken door in zijn poëzie. Kunstenaars als Jacobo Palm, Pierre Lauffer, Chal Corsen, Chris en Lucila Engels-Boskaljon worden in zeer persoonlijke portretjes eer betoond. De dichter gaat in op zijn bij uitgeverij In de Knipscheer verschenen dichtbundels, toont de nodige reis- en gelegenheidsgedichten en verklaart ze.

De doodstijding, soms in de vorm van de warawara, komt meermaals voor in dit boek. Bekend als Palm was op Curaçao met het magisch-realisme, maar ook dankzij zijn kennis van kwantummechanica, verbaasde het hem niet dat mensen door dromen met elkaar verbonden konden zijn. Het verslag ervan toont zijn ontvankelijkheid voor informatie en de creatieve wijze waarmee hij die benut. Als beleidsadviseur integratiebeleid op ministerieel niveau schreef Palm de nodige politieke opinieartikelen. Zijn essay Het sluipend gif van de islamofobie krijgt de nodige toelichting, net als de Toeslagenaffaire en de effecten van Covid-19 op de grondrechten. De omgang met etnische en religieuze diversiteit blijkt steeds weer een onuitputtelijke inspiratiebron voor de auteur. Een aantal korte literaire verhalen, vijf recensies en twee doorwrochte artikelen over Cola Debrot en Frank Martinus Arion zijn uitstekende voorbeelden van de vele gezichten van de pen waarvan Walter Palm gebruik heeft gemaakt.

Walter Palm is in 1951 op Curaçao geboren als telg van de bekende Curaçaose muziekfamilie Palm. Op twintigjarige leeftijd debuteerde hij met poëzie in het Antilliaanse literaire tijdschrift Watapana. Werk van Walter Palm is opgenomen in de prestigieuze Spiegel van de moderne Nederlandse en Vlaamse dichtkunst, de literaire eregalerij van alle belangrijke moderne Nederlandstalige dichters. Behalve Met lege handen ging ik slapen, met een gedicht werd ik wakker verschenen van hem de dichtbundels Sierlijke golven krullen van plezier en Een serenade voor mijn Shéhérazade. Mede vanwege zijn literaire verdiensten is hij benoemd tot Ridder in de Orde van Oranje Nassau. In 2019 verscheen de essaybundel Het sluipend gif van islamofobie – 1989-2019.

Meer over Walter Palm bij Uitgeverij In de Knipscheer

‘De langste maand’ van Diana Lebacs vertaald in de het Engels

LebacsFoundingFictions-75This satirical novel is set in the heady atmosphere of carnival on the tropical Dutch Caribbean island of Curaçao, where the contradictions of postcolonial existence come to a boil that is furious, often bitingly funny, and sometimes almost intolerably tragic. And through it all, the story manages by way of a genuinely African derived rhythm to offer a message of hope. The heroine of the novel is Bir, a woman in her late sixties, the mama grandi with her ancient wisdom, a solid root of the community, dispensing medicinal herbs, advice, and motherly love. The flavor of the island is unmistakable: it is an authentic Curaçaoan story by noted Curaçaoan author Diana Lebacs. Not only is it Curaçaoan in its subject matter but in the way the story is told. It is serious but full of humor, from gentle irony to slapstick, with a lot of social satire in between. Founding Fictions of the Dutch Caribbean: Diana Lebacs’ The Longest Month (‘De langste maand’), originally written in Dutch, is suitable for courses on Caribbean and postcolonial literature, women’s writing, and for readers of fiction in general.

Diana Lebacs, author, artist, and educator, was born in Curaçao. She died in 2022. Most known for her children’s literature and young adult novels written in Papiamentu and Dutch, she has also written poetry and drama. Lebacs has received international recognition for her books. ‘The Longest Month’ is her first novel for adults. Olga E. Rojer, PhD, is associate professor of German and Dutch Caribbean Studies at American University in Washington DC. The Longest Month is her third translated volume in the Founding Fictions of the Dutch Caribbean series published by Peter Lang. Joseph O. Aimone, PhD, now retired from academic life, collaborated with Olga E. Rojer on the Founding Fictions of the Dutch Caribbean series, including this volume.
Eerder verschenen in deze reeks Cola Debrot’s «My Black Sister», Boeli van Leeuwen’s «A Stranger on Earth» en Carel de Haseth’s «Slave and Master (Katibu di Shon)».
Bestel hier ‘The Longest Month’
Meer over ‘De langste maand’
Meer over Diana Lebacs bij Uitgeverij In de Knipscheer
Meer over Founding Fictions of the Dutch Caribbean
Meer over Founding Fictions of the Dutch Caribbean op deze site

«Een schot in de roos.» – André Oijen

VoorplatLoslaten-75Over ‘Loslaten zullen ze nooit meer’ van Marius Atmoredjo op Ansiel, 6 augustus 2022:
(…) Persoonlijk ben ik altijd heel erg geïnteresseerd geweest in Surinaamse literatuur in het bijzonder die van Astrid H. Roemer, Albert Helman, Cola Debrot, en Edgar Cairo. Sinds kort is daar nog een grote favoriet bijgekomen namelijk Marius Atmoredjo. Zijn debuutbundel ‘Loslaten zullen ze nooit meer’, geïnspireerd door de verhalen van zes generaties Javanen in diaspora was meteen een schot in de roos. Die verhalen beginnen bij de tewerkstelling van de overgrootmoeder van de dichter, wanneer zij als contractarbeider vanuit Java in Suriname aankomt en gaan daarna over haar kinderen en kleinkinderen die in Suriname en Nederland wonen. De moeder van de dichter, Marie Atmoredjo, vertelde haar kinderen die verhalen in de avonduren voor het slapen gaan. Zij hebben in sterke mate de verbeeldingskracht van de dichter gevormd. De dichter weeft van al die verhalen een prachtig geheel. Beeld voor beeld reizen wij mee vanaf het verblijf in de buitengebieden tot de aankomst in Nederland. Atmoredjo laat zien hoe opgroeien in een levende verhalentraditie prachtige poëzie kan opleveren. De kunstenaar Robert Bosari voorzag elk van de twintig gedichten van een fraaie tekening in zwart-wit en dat maakt van deze bundel een unicum.
Lees hier de recensie
Meer over Marius Atmoredjo bij Uitgeverij In de Knipscheer
Meer over Marius Atmoeedjo op Caraïbisch Uitzicht

«Essays on Dutch colonial classics, some well known, others hidden gems — I discovered Frans Lopulalan’s ‘Onder de sneeuw een Indisch graf ‘.» – Rosemarijn Hoefte

VoorplatSneeuw-75Over ‘Onder de sneeuw een Indisch graf’ van Frans Lopulalan in New West Indian Guide [nr.96], april 2022:
(…) ‘De nieuwe koloniale leeslijst’, edited by Rasit Elibol (Amsterdam: Das Mag, 2021, paper €21.99), consists of 22 essays by established authors, poets, and critics on how to (re)read, (re)discover, and rethink Dutch colonial classics. Some are well known, such as ‘Max Havelaar’ by Multatuli, others may be hidden gems—I discovered Frans Lopulalan’s ‘Onder de sneeuw een Indisch graf ‘ (1986) on Moluccan experiences in the Netherlands. Ten chapters cover nine novels and one volume of poetry on the Caribbean published between 1931 and 2018: ‘De Stille plantage’ by Albert Helman (Xandra Schutte), ‘Mijn zuster de n[egerin]’ by Cola Debrot (Stephan Sanders), ‘Sarnami, hai’ by Bea Vianen (Warda El-Kaddouri), ‘Dubbelspel’ by Frank Martinus Arion (Kees ’t Hart), ‘Kollektieve schuld’ by Edgar Cairo (Rasit Elibol), ‘Over de gekte van een vrouw’ by Astrid [H] Roemer (Basje Boer), ‘Schilden van leem’ by Boeli van Leeuwen (Yra van Dijk), ‘De morgen loeit weer aan’ by Tip Marugg (Michiel van Kempen), ‘Badal’ by Anil Ramdas (Manon Uphoff), and ‘Habitus ‘by Radna Fabias (Alfred Schaffer). Despite the (deliberately?) awkward title, this is a rewarding read.
Bron
Meer over ‘Onder de sneeuw een Indisch graf’
Meer over ‘De nieuwe koloniale leeslijst’ op deze site
Meer over Albert Helman bij Uitgeverij In de Knipscheer
Meer over Bea Vianen bij Uitgeverij In de Knipscheer
Meer over Edgar Cairo bij Uitgeverij In de Knipscheer
Meer over Astrid H. Roemer bij Uitgeverij In de Knipscheer
Meer over Boeli van Leeuwen bij Uitgeverij In de Knipscheer
Meer over Michiel van Kempen bij Uitgeverij In de Knipscheer

«Gevoelens van eenzaamheid, verlangen, angst.» – Ko van Geemert

VoorplatBecause-75Over ‘Because en andere gedichten’ van Carla van Leeuwen voor NBD Biblion, 17 juni 2021:
In 1979 verscheen de debuutbundel (15 gedichten) van Carla van Leeuwen: ‘Because’. Van Leeuwen, geboren in Caracas in 1955, maar vanaf haar vierde wonend op Curaçao, maakte in 1980 een einde aan haar leven. In 2019 werd een (niet gepubliceerde) privébundeling van 22 gedichten gevonden – ‘Interval’ – plus een reeks van 7 nagelaten gedichten. Een flink deel is in het Engels geschreven. Deze 44 gedichten zijn nu samengevoegd tot deze bundel ‘Because en andere gedichten’, bezorgd en van een Nawoord voorzien door Klaas de Groot. In deze bundel volgen we de gevoelens van Carla van Leeuwen, van haar eerste gedichten tot haar laatste, gevoelens van eenzaamheid, verlangen, angst. De broer van haar opa was Cola Debrot (auteur van de klassieker ‘Mijn zuster de negerin’ uit 1935) en de op Curaçao beroemde schrijver Boeli van Leeuwen was haar vader, over wie zij (in ‘Father’) schreef: ‘You / sit and stare / with sad, weary / eyes / questioning / your life’. Een mooie, intrigerende en ontroerende bundel van een jonge vrouw die het geluk zocht, maar niet vond.
Meer over ‘Because en andere gedichten’