Gedicht van Jan Kees van de Werk [2]

In zijn bijna dagelijkse Facebookbericht memoreert Wim van Til, oprichter van en coördinator bij Poëziecentrum Nederland, de geboorte- en sterfdagen van Nederlandstalige dichters. Vandaag (17 juli 2021) is het de geboortedag van onder anderen Jan Kees van de Werk (1948), Cees van Raak (1954) en Tsead Bruinja (1974). Ook is het de sterfdag van Elisabeth Cheixaou (1907-1997). Wim van Til kiest voor ‘ongezien‘, een gedicht van Jan Kees van de Werk (hoofdredacteur van de voormalige Afrikaanse Bibliotheek 1979-2000) uit zijn bij deze uitgeverij verschenen bundel ‘Gevleugeld vuur’ uit 2006.

ongezien

ongezien
leef ik
mijn lijf
nauwelijks weet
van zijn
bestaan
dan
vertrouwd verlangen
naar grenzen
ongezien
achter
spiegels
zuilen
sier en spel

Meer over Jan Kees van de Werk op deze site

Gedicht van Jan Kees van de Werk [1]

In zijn bijna dagelijkse Facebookbericht memoreert Wim van Til, oprichter van en coördinator bij Poëziecentrum Nederland, de geboorte- en sterfdagen van Nederlandstalige dichters. Vandaag (17 juli 2020) is het de geboortedag van onder anderen Jan Kees van de Werk (1948), Cees van Raak (1954) en Tsead Bruinja (1974). Ook is het de sterfdag van Elisabeth Cheixaou (1907-1997). Bij wijze van felicitatie/gedenken kiest Wim van Til voor een gedicht van Tsead Bruinja; uitgeverij In de Knipscheer kiest voor het gedicht ‘vrijdagmiddaggebed’ van Jan Kees van de Werk (hoofdredacteur van de voormalige Afrikaanse Bibliotheek 1979-2000) uit zijn bij deze uitgeverij verschenen bundel ‘Gevleugeld vuur’ uit 2006. Dit gedicht werd ook door Klaas de Groot gebloemleesd in ‘Grenzenloos. 40 jaar Knipscheer Poëzie’.

vrijdagmiddaggebed

vrijdagmiddaggebed
wassend hand
in woord
schuift schaduw
over stem

rug gebogen
vingers vouwend
om
de tijd

rust
hangt
even
aan een
stille draad

herneemt
het stof
van leven
weer
de straat

Meer over Jan Kees van de Werk op deze site
Meer over ‘Grenzenloos’

Flyer: Ton van Reen bij Uitgeverij In de Knipscheer

FlyerDeel1Na succesvolle carrières bij onder meer Uitgeverij Contact en Uitgeverij De Geus heeft Ton van Reen sinds voorjaar 2016 als schrijver onderdak bij Uitgeverij In de Knipscheer. Een logische bond want hun beider wegen als uitgevers kruisen elkaar sinds medio jaren zeventig toen de fondsen van de uitgeverijen Corrie Zelen en In de Knipscheer gezamenlijk werden vertegenwoordigd naar de boekhandel. Een kleine tien jaar later zou In de Knipscheer een nog prille Afrikaanse Bibliotheek van Corrie Zelen overnemen en dankzij de verantwoordelijke hoofdredacteur Jan Kees van de Werk tot en met 1999 uitbouwen tot een imprintfonds van 50 titels uit het Afrikaanse continent bezuiden de Sahara. In dat jaar 2016 vierde Van Reen (1941) zijn 50-jarig schrijverschap en kon hij terugkijken op een imposant en omvangrijk oeuvre. Maar schrijvers gaan niet met pensioen. Vrijwel dagelijks publiceert hij bijdragen op zijn facebookpagina met honderden volgers. Bij In de Knipscheer is Ton van Reen zijn lezers sinds 2016 blijven verrassen met prachtige nieuwe titels als ‘De verdwenen stad’, ‘Dochters’ en afgelopen jaar met een van zijn magna opera ‘Vlucht uit Montaillou’.

Klik hier voor de flyer
Meer over ‘De verdwenen stad’
Meer over ‘Geen oorlog’
Meer over ‘Katapult. Oproer in Amsterdam’
Meer over ‘Dochters’
Meer over ‘De lichtverkoper’
Meer over ‘Vlucht uit Montaillou’
Meer over Ton van Reen bij Uitgeverij In de Knipscheer

Presentatie roman ‘Dochters’ van Ton van Reen in Steyl

VoorplatDochters-75Op vrijdag 3 november 2017 lanceert Ton van Reen zijn nieuwste roman ‘Dochters’ in het Wereldpaviljoen in Steyl (L):
‘Dochters’ speelt grotendeels in Nederland, Duitsland en Zwitserland, maar het gaat vooral over Afrika. Op de vlucht voor zijn verleden is de hoofdpersoon er gaan werken als correspondent voor De Volkskrant. Op de reis naar de bruiloft van zijn dochter in Zwitserland raakt hij in gesprek met een jonge vrouw. Voor beiden wordt het een louterende ontmoeting. Peter Winkels zal Ton van Reen interviewen over zijn nieuwe boek en zijn levenslange band met Afrika. Al in de jaren zeventig was Ton van Reen initiatiefnemer en uitgever van ‘de Afrikaanse Bibliotheek’ onder redactie van Jan Kees van de Werk bij Uitgeverij Corrie Zelen. Ook schreef hij talloze artikelen over Afrika in kranten als De Volkskrant.

‘Dochters’ wordt gepresenteerd tijdens een gevarieerde avond van de Stichting Lalibela in het Wereldpaviljoen te Steyl-Tegelen. Tijdens de avond is er aandacht voor de stichting die tal van sociale projecten uitvoert in de gelijknamige plaats. De Stichting Lalibela is negentien jaar geleden opgericht door Ton van Reen en zijn twee jaar geleden overleden zoon David van Reen. Bestuurslid Marc van der Sterren zal vertellen over zijn projecten rond kleinschalige landbouw in Afrika. De film over het leven en het werk van David van Reen in Ethiopië, gemaakt door Marijn Poels voor L1-tv voor het programma Limburg helpt, zal worden vertoond. De presentaties worden omlijst door de muzikale inbreng van de Syrische groep Aroa and Friends. ‘Dochters’ is ter plekke te koop en wordt door de auteur op verzoek gesigneerd.

Locatie: Wereldpaviljoen, Sint Michaëlstraat 6a, 5935 BL Steyl. Inloop vanaf 19.30 uur. Programma van 20.00 tot 22.30 uur. Toegang gratis.
Meer over ‘Dochters’
Meer over Ton van Reen bij Uitgeverij In de Knipscheer
Meer over David van Reen

Chenjerai Hove (Zimbabwe, 1956) op 12 juli 2015 overleden

Chenjerai HoveFoto Els Knipscheer

Uit het Nawoord van Jan Kees van de Werk in de roman ‘Schaduwen’:
‘Leven en dood behoren niet alleen tot het verleden. Zij horen beide ook thuis in het heden en de toekomst. De beeldhouwers hakken, net als de schrijvers, ook het hedendaagse leven uit in hun materiaal: de schreeuwende dreiging van de townships, de werkeloosheid, de onzekerheid, de frustratie van de ouderen als ze ontdekken dat het door hen gekoesterde verleden alleen nog in hun verbeelding bestaat, de woede van de vrouwen in een door mannen beheerste maatschappij. Kunst werpt deze bestaande visie omver en plaatst ons in een ander perspectief. Ook een kunstwerk dat alleen een vacuüm creëert, biedt een andere visie. Als ik naar een beeld kijk, spreekt het, in zijn en mijn taal tot mijn ziel. We communiceren, we delen een visie, wij overwinnen de stilte van de steen. De menselijk ziel vermengt zich met die van de steen. We verrijken elkaar met nieuwe ideeën, nieuwe waarheden over de menselijke verbeelding. Wij willen allebei aan vrijheid en individualiteit. En dat is de kern van het menselijk bestaan.’

Chenjerai Hove schreef columns voor De Volkskrant in 1990/1/2 , in 1993 verzameld in Berichten uit Harare. In de epiloog (‘Schrijvend over mijn land’) bij deze bundel schrijft hij onder meer:
‘Het schrijven van de columns heeft mij de ogen geopend voor vele dingen, voor mijn eigen leven. Ik begon meer over tegenstellingen na te denken, over het typische van dit land, over deze steden, de kleine monsters, geleend van een andere eeuw, die hier zijn neergeplant zonder oog voor het land, de heuvels en rivieren. De huizen, de wolkenkrabbers, de gapende wegen, soms doen ze pijn aan je ogen, soms beschouw je ze als een heilzame ontsnapping aan de grillen van de natuur op het platteland, waar de vrouwen kilometers moeten lopen om een druppel water te halen voor hun huilende kinderen, terwijl de gieren wachten, vol vertrouwen, op hun dele van het vlees van het land.
Met andere woorden, het schrijven van de stukjes stelde mij in de gelegenheid om meer dan ik gewend was met mijzelf te spreken.’

‘Zo heb ik geleerd steeds meer van de woorden te lezen die geschreven staan op onze emotionele landkaart, waarin zich maar al te duidelijk de ervaring van de jarenlange oorlog aftekent. De stukjes gingen over wat mij in het diepst van mijzelf bezig hield; ze verkwikten mijn geest, verplaatsten mijn blik van het verre naar het nabije, het onmiddellijke dat, zo ontdekte ik, ons meer te vertellen heeft dan de omvattende visies op het leven welke ons worden aangereikt door tal van sociale filosofieën; visies die ons van onze innerlijke helderheid beroven zonder dat wij het merken.’

‘nu ik de sirenes van de macht hoor, kan ik mij de attributen van de macht voor de geest halen, zie ik het land en de stad naar elkaar staren, vewikkeld in een zinloze twist. Ik kan ze zien omdat ik al deze jaren over ze heb geschreven, omdat ik tot hen heb gesproken inde taal die zij me hebben gegeven. Droom en ervaring, leven.
Wat de lezer betreft, ik hoop dat mijn woorden ons hebben kunnen leiden tot een ontmoeting, een ontmoeting waarbij we elkaars geest binnendrongen, niet met speren en geweren, maar met woorden. Lezen is discussiëren, is de vitale drank van het leven brouwen, zodat de schrijver zich aan de greep van vele troebele visies, die hij voor aangenomen hield, kan ontworstelen.’

Lees hier het stuk van Wim Bossema op het Afrikablog van De Volkskrant
Lees hier het artikel van Toef Jager op NRC Boeken
Meer over Chenjerai Hove bij Uitgeverij In de Knipscheer

Ghanese dichter en schrijver Kofi Awoonor gedood bij aanslag in Nairobi

KofiAwoonorOp zaterdag 21 september 2013 is op 78-jarige leeftijd de schrijver en dichter Kofi Awoonor om het leven gekomen bij een aanslag in de Keniaanse hoofdstad Nairobi.
Kofi Awoonor (1935) behoorde met onder anderen Chinua Achebe tot de groten van de Afrikaanse letteren. Hij maakte vooral naam als dichter en trad ook op in 1994 op Poetry International in Rotterdam. In dat jaar verscheen ook in de Afrikaanse Bibliotheek de Nederlandse vertaling zijn roman Komt de reiziger weerom. Relaas van de terugkeer naar Afrika uit 1992. De Nederlandse uitgave is voorzien van een uitgebreid nawoord van Jan Kees van de Werk, die de hoofdredactie voerde van de Afrikaanse Bibliotheek: ‘Alle elementen uit het leven en werk van de schrijver komen in dit literaire hoogtepunt bijeen. De roman beschrijft de reis van de als slaaf gevangengenomen hoofdpersoon naar Amerika en zijn terugkomst in Afrika enige generaties later.’
Kofi Awoonor was ambassadeur van Ghana in Cuba en Brazilië en, van 1990 tot 1994, bij de Verenigde Naties.

Meer over Kofi Awoonor

Chinua Achebe, nestor van de Afrikaanse literatuur, overleden

Foto AFP

Op 21 maart 2013 overleed de Nigeriaanse schrijver Chinua Achebe (1930). Met Achebes ‘Een wereld valt uiteen’, de vertaling van ‘Things Fall Apart’, begon redacteur Jan Kees van de Werk in 1978 zijn ‘Afrikaanse Bibliotheek’ waarin in 20 jaar tijd 50 romans en verhalenbundels uit Afrika beneden de Sahara zouden verschijnen. Van Chinua Achebe verschenen verder in deze reeks: ‘Pijl van God’, ‘Weerzien met vreemden’, ‘Een zoon van zijn volk’, ‘Termietenheuvels in de savanne’ (‘Verlaten tempel van de macht’) en de verhalenbundel ‘Hoe meisjes oorlog voeren’.

Lees hier het overlijdensbericht op NRC.nl

Meer over Chinua Achebe

Chinua Achebe – Termietenheuvels in de savanne

Chinua Achebe
Termietenheuvels in de savanne

Nigeria, Roman
Vertaling Harrie Lemmens
Paperback 320 blz., € 17,90
ISBN 978-90-6265-313-3
Eerste druk 1988

Nog nooit is het machtsspel achter de schermen van een moderne Afrikaanse dictatuur zo genadeloos blootgelegd als in de spannende roman Termietenheuvels in de savanne van de ‘grote oude meester van de Afrikaanse literatuur’, Chinua Achebe (Nigeria, 1930)

Drie vrienden die dezelfde eliteschool hebben bezocht, komen na een staatsgreep in het centrum van de macht terecht, maar worden door interne en externe spanningen uiteen gedreven en kunnen uiteindelijk alleen nog proberen het vege lijf te redden.
Dit drama in een verafgelegen land brengt Achebe dichtbij door het de betrokkenen zelf te laten vertellen: zo wordt de veranwoordelijkheid niet anoniem.

«Een meesterwerk.» – (Vrij Nederland)

«Een waardige opvolger van klassiekers als Pijl van God en Een zoon van zijn volk.» – De Volkskrant

«De mooiste titel van de stapel, misschien wel van dit jaar, is Termietenheuvels in de savanne. De drie schoolvrienden die opgroeien tot corrupt staatshoofd, rebelse journalist en schipperende intellectueel zijn onvergetelijke creaties. Deze superieure roman had van mij de Booker Prize gekregen.» – NRC Handelsblad in 1989

Jan Kees van de Werk – Gevleugeld vuur

Jan Kees van de Werk
gevleugeld vuur
poëzie, Nederland
Ingenaaid, 128 blz.,
€ 16,50
ISBN 90-6265-571-8
Eerste druk 2006

De nieuwe dichtbundel van Jan Kees van de Werk bestaat uit twee delen: gevleugeld vuur en woorden op de wind.
Het eerste deel verwoordt zijn directe levensomgeving, het tweede deel roept zijn Afrikaanse ervaringen op. Twee werelden die elkaar overlappen, aanvullen en in evenwicht houden, en waarin de natuur een bindend element is. De staccato vormgegeven en hoofdletterloze gedichten worden voor de lezer een vloeiend verhaal waaraan hij zijn eigen interpunctie kan geven. “Een kunstenaar maakt slechts de helft van zijn kunstwerk.”

Wat over zijn eerder verschenen poëzie geschreven is geldt evenzeer voor gevleugeld vuur:

“Bij Jan Kees van de Werk is de verbeelding aan de macht. Met de verwondering van een kind en het inzicht van een volwassene zuigt hij indrukken op, met de kracht van het woord verbeeldt hij zijn ervaringen, ontmoetingen, gevoelens.” – Amersfoortse Courant

“Hij neemt de tijd om betekenis toe te kennen aan de bewegingen in het zand, aan het onzekere licht van een nieuwe dag op de horizon, (…), aan de schaduwen van het leven die over de gezichten van de mensen trekken.” – Breyten Breytenbach

“Geurende poëzie van de enige Nederlandse griot.” – de Volkskrant

Jan Kees van de Werk is ‘de peetvader’ van de Afrikaanse literatuur in Nederlandse vertaling. Hij startte in 1978 de Afrikaanse Bibliotheek waarin in 20 jaar 50 delen zijn verschenen en maakte zo de literatuur uit Afrika bekend in Nederland en België. Voor zijn journalistieke werk over Afrika en voor de Afrikaanse literatuur werd hij meermalen bekroond zowel in Nederland (Dick Scherpenzeelprijs, 1992) als in Afrika (o.a. APNET Award for Support to African Publishing, 2002). Als dichter werd hem in 2002 de Imbongi Yesizwe Poetry International Award toegekend.

De pers over Gevleugeld vuur«Bij deze dichter speelt de natuur een allesoverheersende rol. Het is de natuur van wandelen en vondsten oprapen, van ruiken, horen, voelen en proeven. De dichter roept, via indringende impressies, kleine herinneringen op aan zijn gezin, maar ook aan de sfeer van vroeger: de bewonderde, nu dementerende moeder die zo mooi piano speelde. In het tweede deel verplaatst het decor zich, bijna ongemerkt, naar het Afrikaanse landschap: het is dezelfde manier van kijken, nu naar een kleurrijker flora en fauna en met meer tromgeroffel. Daartussendoor poogt hij de vreemde cultuur te doorgronden. De vorm is liedjesachtig: korte regels, weing lidwoorden, maar wel veel alliteratie en assonantie. De intieme natuurimpressies van deze reiziger, Afrikakenner en dichter lijken door hun vorm en zangerigheid meer geschikt om te beluisteren dan om te lezen.» – Els van Geene NBD/Biblion

Jan Kees van de Werk: dichter, reiziger, waarnemer

«Jan Kees van de Werk is dichter, reiziger, waarnemer. In een vroeger leven was hij uitgever van de Afrikaanse Bibliotheek en vurig pleitbezorger voor een paar van de meest verrassende schrijvers die het continent heeft voorgebracht: veel te vroeg overleden kunstenaars als Sony Labou Tansi uit Congo en Yvonne Vera uit Zimbabwe; of Werewere Liking die in Ivoorkust werkt. Mensen die op hun eigen manier de taal naar hun hand hebben gezet.
Poëzie is een geconcentreerde vorm van de taal naar je hand zetten en Jan Kees van de Werk doet dat op een heel eigenzinnige manier. Hij stript de taal. Geen hoofdletters, punten of komma’s. Vaak niet meer dan één enkel woord op een dichtregel. Schaars gebruik van bijvoeglijke naamwoorden waar anderen zo vaak en zo kwistig mee strooien.
Als je zijn nieuwste bundel – Gevleugeld vuur – opendoet loop je dus geen overdadig geornamenteerde kathedraal binnen. Eerder bevind je je in een eenvoudige witgeschilderde dorpskerk, waar geen beeldenstorm woedt die je naar adem doet happen.
Toch is er veel te zien. Hollandse landschappen in het eerste deel van de bundel: de bossen in de buurt van het huis van de dichter, de hemel
erboven, reigers, vee en grijze regen. De Afrikaanse landschappen in het tweede deel zetten je in de schroeiende woestijnzon. Ook daar heerst de
hemel, lopen olifanten en kamelen over de pagina’s. Die landschappen worden ook bevolkt. In Afrika trekken de vrouwen de aandacht. Van de Werk beschrijft ze met een combinatie van verrukking en bewondering, zoals de zinnelijke godinnen op het eiland Gorée voor de kust van Senegal. Daar gaan ze, in “sirenen van goree”, bevrijd van de loden herinnering aan de slavernij, waar het eiland ooit de (Hollandse!) draaischijf van was. In Nederland staat zijn eigen familie meer op de voorgrond, vooral zijn dochters die hij liefdevol portretteert.

En de dichter zelf? Hij gaat, hij valt, hij krijgt een doorn in zijn voet ergens in een droge bijna-woestijn. En thuis wordt hij beslopen door een vuile ziekte, die hij verbeeldt in “menière”, een huiveringwekkende ervaring die alleen beëindigd wordt door de geruststellende aanwezigheid van één van zijn dochters.
‘geen visa/nodig/voor stilte/en geluiden’ begint het Afrika-deel van de bundel ferm. De dichter verlaat Nederland, trekt door delen van Afrika, maakt daar prachtige reisverslagen van (ze heten “de karavaan van de verbeelding” en “kaurischelpen en kamelen”) en sleept zijn eigen taal, het Nederlands met zich mee. Zo kan het zelfs gebeuren dat een groep toehoorders ergens in een dorp in Mali zich de regels ‘henna kleurt hand’ (uit “zandtaal”) eigen maakt en als een soort avondmantra blijft herhalen. Prachtig beschreven in “de karavaan…” Het kan best zijn dat voor sommigen de dichter teveel weglaat of te grote gedachtesprongen maakt. Dan helpt het wanneer je de Hollandse polder, de Zimbabwaanse savanne of de Sahel kent. Dan vallen de beelden goed op hun plek. Maar vaak hoeft dat helemaal niet; dan staat er gewoon wat er staat. Dat heeft te maken met het ritme dat Jan-Kees van de Werk zijn poëzie meegeeft, een metrum dat je oppakt als je de gedichten hardop leest. Het heeft ook te maken met de verassende woordwendingen. Ergens regent het ‘cirkels op de sloot’. Elders wast een meisje zich in de rivier en ‘hangt druppels in de lucht’. Denk maar eens aan het beeldgebruik van iemand als Dylan Thomas, die in Under Milkwood de nachtelijke zee beschrijft als ‘starless and bible-black’… Lees dus niet alleen de regels, lees er vooral ook naast en tussen. Daar zit je eigen verbeelding en die krijgt in gevleugeld vuur en de andere bundels van Van de Werk alle ruimte.» – Bram Posthumus (Kinshasa) in www.veritate.net/edm/viewer.jsp?m=djyN&s=l7RFC

Kofi Awoonor – Komt de reiziger weerom

90-6265-379-0kleinKofi Awoonor
Komt de reiziger weerom
Relaas van de terugkeer naar Afrika

Roman. Afrikaanse Bibliotheek
Ghana
Vertaling Irma van Dam
Nawoord Jan Kees van de Werk
Ingenaaid, 192 blz. € 14,75
ISBN 978-90-6265-379-9
1994

De dichter Kofi Awoonor (G’hana, 1935) behoort met Chinua Achebe tot de groten van de Afrikaanse literatuur. Awoonor beschouwt de mondeling overgeleverde poëzie van zijn eigen volk als zijn belangrijkste inspiratiebron.
De Frankfurter Allgemeine schreef: ‘Awoonor is een woord-magiër die op miraculeuze wijze beelden oproept en bezweert die we niet meer kunnen vergeten.’

In Komt de reiziger weerom wordt het verhaal over de gedwongen reis van de Afrikaan naar de Nieuwe Wereld ten tijde van de slavenhandel vervlochten met de in het heden spelende vertelling over de reis teug van Amerika naar het moederland. Het is een aangrijpend verhaal over slavernij en vrijheid, over mythen en bewustzijn, en over de uiteindelijke triomf van liefde en menselijkheid over haat en destructie.
In deze roman heeft hij veel ideeën en beelden uit Afrikaanse rituelen en ceremonies verwerkt. Kofi Awoonor: ‘Het woord is magisch: voorspellend, immer aanwezig, onmetelijk en bepaald door zijn rituele dimensie. Leven en dood worden door het woord bepaald.’

The Guardian: ‘Komt de reiziger weerom is een roman die de lezer meeneemt op een reis door zijn eigen leven.

Meer over Kofi Awoonor