«Mijn vader heeft gebeld: zijn hart is in orde. Ik ben opgelucht.» – Rogi Wieg

Dagboekfragment van 14 oktober 1997 van Rogi Wieg op So To Bed, 14 oktober 2024:

Dagelijks publiceert dit weblog een of enkele fragmenten uit dagboeken van Nederlandse schrijvers. Uit het dagboek over het jaar 1997 van Rogi Wieg (‘Liefde is een zwaar beroep’) viel voor deze aflevering vandaag de keuze op 14 oktober 1997 van Rogi Wieg (1962-2015): (…) Het wordt binnen en buiten langzaam kouder. Ik vind dat een prachtige sensatie. Net zoals het toenemen van de temperatuur als het lente wordt. De wisselingen van de seizoenen zouden de volgende eeuw nog scherper kunnen worden: ijskoude winters tegenover hete zomers. Wat voorspellen de klimaatdeskundigen voor de komende jaren? Hoe zal het weer in de toekomst de kleding, de mode gaan beïnvloeden? Zal c&a over tien jaar nog dunne zomerjasjes voor een lage prijs verkopen in oktober? Of zullen de specialisten dan koude zomers voorspellen met in de ochtend lichte vorst aan de grond? Tenslotte begint de zon op te branden. De mens heeft nog maar een paar miljard jaren voor zich. Een 84-jarige dronken spookrijdster is op de rondweg in Houten tegen een tegemoetkomende auto gebotst en daarna in volle vaart weggereden. Toen de vrouw van 84 later door agenten werd gearresteerd, stapte ze wankelend uit haar auto. Op de achterbank van de wagen lag een bijna lege fles sterkedrank. Mijn vader heeft gebeld: zijn hart is in orde. Ik ben opgelucht. (…)

Lees  ‘14 oktober 1997’
Meer over Rogi Wieg bij Uitgeverij In de Knipscheer