Mark Insingel (Lier, 3 mei 1935 – Gent, 30 juli 2024) is op 89-jarige leeftijd overleden. Vanaf 1980 t/m 2000 gaf Uitgeverij In de Knipscheer 9 boektitels van hem uit: romans, essays, gedichten, verhalen. In zowel zijn poëzie als zijn proza valt herhaling (circulariteit) op zoals we dat kennen uit onder meer minimal music.
Zij was zo mooi in
Zij was zo mooi in
zijn verwarring.
Hij was zo tenger in
haar tederheid.
Zij waren zo opwindend
in elkanders armen.
Hij was zo tenger in
zijn tederheid.
Zij was zo mooi in
haar verwarring.
Zij waren zo opwindend
in elkanders armen.
Hij was zo mooi in
zijn verwarring.
Zij was zo tenger in
haar tederheid.
Zij waren zo opwindend
in elkanders armen.
Zij was zo tenger in
zijn tederheid.
Hij was zo mooi in
haar verwarring.
In het essay ‘We maakten zulke mooie dingen’ dat is toegevoegd aan zijn uitgave ‘Gezichten’ uit 2000 schrijft Tom van Deel: «Zijn gedichten zijn voor het oog te zien (…) Insingel is zich goed bewust van het feit dat taal niet alleen betekenis heeft, maar ook klank en vorm, vandaar dat hij in zijn teksten de muzikale en beeldende kant van woorden benut. (…) Hun schoonheid is gelegen in hun constructie, hun vorm, en die is hier tot in de puntjes doordacht en bedoeld. (…) Het resultaat is een taallichaam dat zo gedegen in elkaar zit dat het een grote houdbaarheid heeft en minder kwetsbaar is dan de mens die het heeft gemaakt. (…) De intense zuiverheid die hij aan zijn werk meegeeft zorgt voor een esthetische ervaring van de eerste orde.»
Van Mark Insingel verscheen bij Uitgeverij in de Knipscheer:
Mijn Territorium, roman, 1980
Woorden zijn Oorden, essays, 1981
Een Meisje nam de Tram, roman, 1983
Jij noemt stom wat Taal is, gedichten, 1986
In elkanders Armen, verzamelde gedichten, 1990
De Een en de Ander, verhalen, 1991
De druiven die te hoog hangen, gedichten, 1994
Eenzaam Lichaam, roman, 1996
Gezichten, gedichten, 2000
Meer over Mark Insingel op deze site