«Afgeronde en geslaagde roman.» – Arjen van Meijgaard

Over ‘Op alles wat ik ben’ van Peter WJ Brouwer op Tzum, 10 mei 2024:

(…) Ellen, de hoofdpersoon, groeit op in de jaren ’80, de tijd waarin het geloof langzaam zijn invloed begint te verliezen in de samenleving. Maar niet in het gezin van Ellen, waar haar strenge en weinig empathische moeder de scepter zwaait. (…) Buitenshuis en op school voelt ze zicht vrij en zonder zich bewust af te zetten, komt ze op een dag aanzetten met een vriendje uit een heel ander milieu. (…) Het botst en wringt met het katholieke milieu van Ellen. Haar moeder verzet zich tegen de ontluikende vrijgevochten gedachtes van haar dochter. (…) Maar bij Ellen is een zaadje geplant. (…) Het verhaal springt door de tijd, van halverwege de jaren ’80 naar tien jaar later en het laatste deel speelt in 2015, wanneer Ellen getrouwd is en zelf kinderen heeft. Haar nieuwsgierige houding uit haar tienerjaren hebben haar tot een freelance journaliste gemaakt, geïnteresseerd in maatschappij en politiek. Wat ooit gezaaid werd, oogst ze nu. (…)  ‘Op alles wat ik ben’ geeft een mooi tijdbeeld van het einde van de vorige eeuw. Maar bovenal laat Brouwer zien dat we, net als Ellen, constant aan het puzzelen zijn met stukjes uit ons verleden om er een volledige ‘ik’ van te maken. Het zijn stukjes die door anderen worden aangereikt, subtiel op tafel zijn gelegd of plotseling boven komen drijven. Zie daar maar eens een passend geheel van te maken. Het is de auteur in ieder geval gelukt er een afgeronde en geslaagde roman mee te maken.

Lees hier de recensie
Meer over ‘Op alles wat ik ben’
Meer over Peter WJ Brouwer bij Uitgeverij In de Knipscheer

«Uiteindelijk brengt die zoektocht haar bij de rechts-populistische politiek.» – Marjon Nooij

Interview met Peter WJ Brouwer over ‘Op alles wat ik ben’ opBazarow, 3 mei 2024:

(…) “Ik zou vanuit het perspectief van een meisje schrijven. Ik had dat nodig om afstand te nemen, objectief te kunnen waarnemen. Niet emotioneel in mijn eigen verhaal verstrikt te raken. Ik besloot te schrijven over een meisje, later een volwassen vrouw, die gebukt gaat onder de kuren en de willekeur van een dominante moeder. Dat was het uitgangspunt.” (…)  “Een adolescent gaat gebukt onder de manipulatieve kanten van een stel volwassenen, daar komt het op neer. Maar uiteindelijk zijn zij marionetten in een groter geheel, en de kerk speelt daarin een dubieuze rol. Bepaalde zaken komen niet aan het daglicht of worden onder het tapijt geveegd. Gaandeweg wordt duidelijk dat het te maken heeft met cultureel en politiek fanatisme. Dat is ook de zoektocht waar Ellen haar verdere leven mee zoet is.” (…) Uiteindelijk brengt die zoektocht haar bij de rechts-populistische politiek. “Klopt. Ik was aanvankelijk helemaal niet van plan om actualiteiten te benoemen, laat staan om een historische roman te schrijven. Maar toen ik research deed, bleken zoveel zaken met elkaar vervlochten, waren er zoveel onvermoede verbanden, dat ik wel gedwongen werd om die een logische plaats binnen het verhaal te geven.” (…) “Nederland had, net als de heilige Bernadette van Lourdes, een eigen Maria-zieneres, Ida Peerdeman. Ik ontdekte dat deze vrouw, een historische figuur en bekendheid in Amsterdam, dezelfde was als een geloofsidolate ‘met speciale gaven begenadigde’ kloosterzuster in mijn eigen familie. Ik kende haar uit verhalen van mijn ouders, overigens niet in al te positieve zin. In mijn roman speelt een op deze persoon gebaseerde zieneres een veelzeggende rol. Tijdens verder onderzoek naar de historische context waarin ik mijn verhaal wilde plaatsen, deed ik nog een verrassende ontdekking, namelijk over een priesteroom en broer van mijn vader. Van daaruit leidde het spoor naar het wereldje van de zeer conservatieve katholieken en uiteindelijk naar de kring rond Thierry Baudet. De werkelijkheid is altijd weer absurder dan je haar verzint. Tegelijkertijd is ze logisch en begrijpelijk wanneer we haar met terugwerkende kracht bekijken. Achteraf is alles te begrijpen. Dat Mariavereringen een voedingsbodem bieden voor een politieke partij als Forum Voor Democratie, lijkt bizar. Maar de menselijke aard laat zich niet verloochenen.” (…).

Lees hier het artikel
Meer over ‘Op alles wat ik ben’
Meer over Peter WJ Brouwer bij Uitgeverij In de Knipscheer

«Literaire delicatessen. » – André Oyen

VoorplatExtaze15-75Over ‘Extaze 15 – Verwantschap’ op Ansiel, 6 maart 2016:
‘Extaze’ is een literair kwartaalschrift, gemaakt door een Haagse redactie maar bestemd voor heel Nederland en België. Het wordt samengesteld uit literair (verhaal, gedicht, essay) en beeldend werk van Nederlandse en Belgische schrijvers en kunstenaars. De afzonderlijke nummers van ‘Extaze’ zijn niet strikt thematisch geordend, maar enige samenhang tussen de bijeengebrachte stukken is er wel. Het karakter van het nummer wordt versterkt door het werk van een beeldend kunstenaar. Literaire inhoud, beeldend werk en vormgeving zijn nauw met elkaar verbonden. De rode draad in dit nummer is het thema ‘Verwantschap’. (…) Isolde Sanders schreef met ‘Ophouden’ een schitterend en beklijvend verhaal over een nogal bizarre moeder-zoonrelatie. P.C. Hooftprijswinnaar 2016 Astrid H. Roemer laat ons proeven van een voorpublicatie van een nieuwe roman in wording en daar staan zoals gewoonlijk familie en andere verwantschappen uiterst centraal. Voor nieuwsgierige lezers in Nederland en Vlaanderen biedt deze aflevering van ‘Extaze’ weer een keuze aan literaire delicatessen.
Lees hier en hier de recensie
Meer over Extaze 15

«Als hij met kleur werkt, maakt dat zijn zwart alleen maar intenser.» – Wim Noordhoek

VoorplatExtaze15-75Over Extaze 15 op Avondlog, vrijdag 09 oktober 2015:
Het zwarte licht van dit seizoen. Het duistere groen. Als de bladeren nog aan de bomen hangen, de zon laag staat en de eerste stormen nog niet geweest zijn. Dat is het licht, de duisternis van Marcel van Eeden. Als hij met kleur werkt, zoals de laatste tijd vaker, maakt dat zijn zwart alleen maar intenser. Het nieuwe nummer van Extaze werd gisteren in Den Haag gedoopt met onder meer een animatie door Els Kort van zijn tekeningen. Eens was Van Eeden bibliothecaris aan de Haagse Vondelstraat. Hij leest. Sinds jaar en dag is Van Oudshoorn (1876-1951) een voorkeur. Door hem ging ik het teruglezen. De onvergetelijke dronken struikeltocht door stad en duinen naar zee. Van Oudshoorn, de diplomaat die jaren in Berlijn zat, een Duitse mannequin trouwde en terugkeerde naar een heel Haagse portiekwoning. Waar zijn vrouw hem overleefde. En nu schrijft Marcel van Eeden een stukje waarin van Oudshoorn opduikt, die het eens probeerde aan de Haagse Academie. Wat niet lukte. ‘Nee,’ schrijft Marcel, ‘veel beter beschrééf Van Oudshoorn wat hij zag. Soms duiken er fictieve tekeningen op in zijn verhalen. Beelden, door niemand gezien, die alleen kunnen ontstaan in het hoofd van een lezer (…) ‘.
Lees hier verder
Meer over het Avondlog
Meer over Extaze 15

Extaze in Haagse Kunstkring

ExtazeinHKKb15.inddvergroot de afbeelding door te klikken; vormgeving Els Kort, tekening Nina Roos

Verwantschap, de presentatie van Extaze 15, op 8 oktober 2015:
Met medewerking van Marcel van Eeden (over verwantschap met J. van Oudshoorn in beeld), Johanneke van Slooten (over Pierre Boulez en zijn verwantschappen, (lezing met beeld en geluid). Verder Tobias Borsboom (piano) speelt Boulez, Willem ten Voorde met een geluidsperformance, Nina Roos met beeldende kunst, Giuseppe Minervini (voordracht) en Erika De Stercke (poëzie). Presentatie Cor Gout, licht en geluid Harold Verra.
Locatie Haagse Kunstkring, Denneweg 64, Den Haag. De zaal is open vanaf 19.45 uur (de deuren sluiten om 20.10 uur). Het programma begint om 20.15 uur precies en loopt door tot 22.00 uur. Entree: € 10,00 inclusief pauzedrankje.
Meer over Extaze 15

Literair tijdschrift Extaze 15 ‘Verwantschap’ [Jrg. 4, nr. 3]

VoorplatExtaze15-75Extaze 15 – Verwantschap
vierde jaargang nr. 3
Genaaid gebrocheerd, geïllustreerd, 112 blz.
€ 15,00
8 oktober 2015
ISBN 978-90-6265-890-9

Extaze 15 wordt op donderdag 8 oktober 2015 gepresenteerd in De Haagse Kunstkring. Rode draad in dit nummer is het thema ‘Verwantschap’ en bevat essayistische bijdragen van Johanneke van Slooten over de verwantschap van componist, dirigent en essayist Pierre Boulez met de poëzie van Stéphane Mallarmé en René Char en de muzikaal georiënteerde schilderkunst van Paul Klee; van Thomas Langerak over leven en werk van de in Oost-Rusland geboren dichteres Svetlana Kekova, wier politieke houding steeds meer naar het nationalisme neigt; van Léon Hanssen over de verwantschap van Menno ter Braak met de Duits-Britse socioloog Norbert Elias; van Annemarié van Niekerk en Pieta van Beek over de verwantschap van het Afrikaans met het Nederlands en alle overige invloeden op de ontwikkeling van deze taal; van Cees Bronsveld over de antropologie van Claude Lévi-Strauss – waarbinnen ‘verwantschap’ een fundamenteel thema is – met de revolutionaire taalwetenschap van Noam Chomski.
Verder verhalen van Marcel van Eeden, Bram Esser, Boudewijn van Houten, Mohana van den Kroonenberg, Giuseppe Minervini, Isolde Sanders, Astrid H. Roemer en Niki van Zuylen en gedichten van Erika De Stercke, Dorien Dijkhuis, Svetlana Kekova, Renée van Riessen en Theo van der Wacht. Het beeld in dit nummer is van Nina Roos.

Lees ook nieuwe verhalen, gedichten (o.a. Astrid H. Roemer), interviews en recensies op het digitale supplement van Extaze:
Meer over Extaze
Meer over de presentatie

Wim van Binsbergen – Zusters Dochters. Afrikaanse verhalen

Wim van Binsbergen
Zusters, dochters
Nederland, Afrika, verhalen
Paperback 160 blz.,
ISBN 90-6265-173-9

In Zusters, dochters, zijn eerste verhalenbundel, vervolgt Wim van Binsbergen het onderzoek van de thema’s die ook zijn poëzie en zijn wetenschappelijk werk tot nu toe hebben bepaald: religie, lichamelijkheid, verwantschap, verlangen en bevrijding, samenkomend in de confrontatie tussen Afrika en Europa.
De verhalen spelen in verschillende gebieden en tijdperken, maar in alle vier klinkt de geschiedenis van de onderdrukking en verzet in Afrika door; vooral echter vormen zijn een eenheid omdat zij als hoofdpersonen Afrikaanse vrouwen opvoeren die, in crisismomenten van hun leven, hun zelfstandigheid en identiteit tegenover mannen bevechten. Kernprobleem daar bij is de spanning tussen twee soorten bindingen met mannen: die welke zij vrijwillig aangaan, en die waaraan zij als zusters en dochters van mannen onderworpen zijn en die bijna onontkoombaar blijken. Die laatste zijn bedreigend, maar bieden even vaak bescherming tegen een nog bedreigender seksualiteit.

Wim van Binsbergen (1947) publiceerde de dichtbundels Leeftocht (1977) en Klopsignalen (1979), en vertaalde Okot p’Biteks Lied van Lawino en Lied van Ocol voor de Afrikaanse Bibliotheek (1981). Van zijn vele wetenschappelijke publicaties over Afrika heeft vooral Religious change in Zambia (1979, 1981) internationaal aandacht getrokken.
Meer over Wim van Binsbergen