Over ‘De stem van het vuur’ van Meine Fernhout voor NBD / Biblion, 19 september 2019:
Vanuit het perspectief van een vijftigjarige man wordt het verhaal verteld over het vertrek van zijn jongere geliefde. Hun verhouding is onder spanning komen te staan door de diagnose van Parkinson bij hem. De verwijdering is daarnaast ook te wijten aan een verschil in leefstijl. Zijn herinneringen gaan zestien jaar terug toen ze elkaar leerden kennen. Zij was studente aan een kunstacademie, hij was kunstcriticus. Hij imponeert haar met zijn interpretatie van het beroemde en beruchte schilderij ‘Who’s Afraid of Red, Yellow and Blue’ van Barnett Newman. Het schilderij werd vernield en daarna gerestaureerd. Een volledig herstel van de oude staat bleek niet haalbaar. Dit voorval dient als een knap gehanteerde metafoor voor het persoonlijk verhaal van de man. Op dezelfde manier vinden de twee geliefden een nieuw evenwicht, maar blijft hun voormalige omgang niet meer haalbaar. Zij heeft een expositie, hij schrijft een recensie daarover. Een melancholiek verhaal over een voorbije liefde krijgt een fascinerende verdieping door de inbreng van de rode draad van reflectie op de impact van kunst. Tweede roman van Meine Fernhout (na ‘De blinde kamer’, 2015). De kunstwereld kent hij van binnenuit, onder andere als directeur van een kunstacademie.
Meer over ‘De stem van het vuur’
Meer over Meine Fernhout bij Uitgeverij In de Knipscheer
Tag: Who’s Afraid of Red
«Kalme, betrokken stijl met levendige en zeer realistische dialogen.» – Kees de Kievid
Over ‘De stem van het vuur’ van Meine Fernhout op Boekenbijlage, 17 januari 2019:
Deze roman tel drie hoofdpersonen. De eerste is het schilderij ‘Who’s Afraid of Red, Yellow and Blue?’. Het is gemaakt door Barnett Newman, een Amerikaanse kunstschilder van Poolse afkomst. Het werk en de geschiedenis ervan spelen een grote rol in het leven van Derk K. en Aartje, de twee andere hoofdpersonen. Fernhout geeft het doek als het ware menselijke trekken. Derk en Aartje hebben elkaar ontmoet tijdens zijn gastles met een vlammend betoog over Who’s Afraid. Aartje vind het prachtig en raakt ondanks het leeftijdsverschil verliefd op Derk (het vuur). Ze gaan samenwonen. Helaas wordt bij Derk na een tijdje Parkinson geconstateerd. Hij gaat achteruit, Aartje kan dit niet verwerken en vertrekt. (…) Hij stuurt anderhalf jaar later een brief aan Aartje. Daarna vindt een ontmoeting tussen de twee plaats, waarbij ze hun relatie overzien. Aartje, heeft als kunstenares zelf haar draai gevonden in nieuw werk. Het wordt geëxposeerd en samen met Derk bekijken ze de collectie. Dat zijn de feiten. Veel belangrijker is wat Meine Fernhout met die feiten doet. Newman adviseert het schilderij te bekijken op een afstand van dertig centimeter van het doek. Je moet de indruk krijgen dat het om je rug krult. Als je dan achter je rug zou kunnen kijken ontmoeten de gele (agressie) en de blauwe (vertrouwen/betrouwbaarheid) stroken elkaar. Wat gaat er dan gebeuren? Ketsen de kleuren op elkaar af of vermengen ze zich? Hierin vindt de auteur een parallel met de levens van Derk en Aartje. Who’s Afraid wordt zwaar beschadigd – Derk wordt ook zwaar beschadigd zowel door Parkinson als het vertrek van Aartje. Het doek wordt zo gerestaureerd, dat het eigenlijk geen Newman meer is – Derk ondergaat de hersenoperatie, maar hij is daarna niet meer dezelfde Derk als voorheen. (…)
Lees hier de recensie
Meer over ‘De stem van het vuur’
Meer over Meine Fernhout